“Hoogst inefficiënt”, zegt Jean Hindriks, professor economie aan de UCL. “België telt negen ministers van Volksgezondheid, van wie er maar liefst zes met Brussel in verband kunnen worden gebracht. Het teveel aan ministers van Volksgezondheid is dus vooral een Brussels probleem,” aldus Hindriks. "Met zoveel verschillende actoren kunnen geen efficiënte beslissingen genomen worden."
Zes ministers van Volksgezondheid in Brusselse institutionele knoop
De professor reageerde in La Libre Belgique op de vraag van federaal minister van Volksgezondheid Maggie De Block (Open VLD) om de gezondheidszorg te herfederaliseren. “Gezondheidszorg is het meest versnipperde departement dat er bestaat en tussen de deelstaten is er geen hiërarchie,” liet de minister enkele weken geleden optekenen.
Met die versnippering is Hindriks het volledig eens. Op dit moment telt België immers maar liefst negen Ministers van Volksgezondheid. Op federaal niveau is dat Maggie De Block, voor het Waals Gewest is dat Alda Gréoli (CDH), voor Vlaanderen is dat Jo Vandeurzen (CD&V) en voor de Duitstalige Gemeenschap is dat Antonios Antoniadis (SP).
Maar in tegenstelling tot Vlaanderen – waar de Vlaamse overheid de bevoegdheden van zowel het Vlaams Gewest als de Vlaamse Gemeenschap uitoefent – zijn de bevoegdheden voor Wallonië nog verdeeld. Bijgevolg is minister-president Rudy Demotte (PS) zelf ook bevoegd voor de volksgezondheid van de Franse Gemeenschap.
Brussels kluwen
In het Brussels Gewest wordt het nog wat ingewikkelder. Daar is Didier Gosuin (Défi) bevoegd voor de Brusselse volksgezondheid via zijn zitje in de GGC, die de gemeenschapsbevoegdheden in het Brusselse Gewest beheert, die beide gemeenschappen delen. Zijn Vlaamse tegenhanger Guy Vanhengel (Open VLD) neemt in die organisatie dezelfde bevoegdheid waar. Hulp aan personen met een handicap, ziekenhuisbeleid, ouderenbeleid en geestelijke gezondheidszorg zijn enkele van de bevoegdheden waarmee beide ministers zich bezighouden.
Maar daarnaast is er nog Cécile Jodogne (Défi) die, wegens haar zitje in de Franse Gemeenschapscommissie, bevoegd is voor de gezondheidszorg die enkel de Franstaligen in Brussel aanbelangt. Zij houdt zich voornamelijk bezig met preventie. De Nederlandstaligen in Brussel vallen dan weer onder de bevoegdheid van Bianca Debaets (CD&V), binnen de VGC bevoegd voor Gezondheid. Zij verdeelt Vlaams geld over de verschillende, lokale, Brusselse initiatieven.
Een Brussels probleem
De negen ministers van Volksgezondheid zijn volgens professor Hindriks nefast voor de efficiëntie. Toch ziet Hindriks de oplossing niet in herfederalisering, zoals De Block eerder voorstelde. “Kijk naar het aantal Ministers van Volksgezondheid: zes van hen kunnen in verband met Brussel gebracht worden. Het is dus de Brusselse configuratie die aangepakt moet worden,” zegt Hindriks aan La Libre.
“Met zoveel verschillende actoren kunnen geen efficiënte beslissingen genomen worden. Het antwoord ligt daarom niet in de herfederalisering, maar wel in het bundelen van bevoegdheden in Brussel. Pas dan zal er minder verwarring zijn omtrent verantwoordelijkheden en zal er veel efficiënter geregeerd kunnen worden,” aldus Hindriks.
Lees meer over: Brussel , Politiek , Samenleving , Maggie De Block , volksgezondheid , ministers , Guy Vanhengel , Didier Gosuin , Bianca Debaets , Cécile Jodogne
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.