De Brusselse jeugdhulporganisatie Minor Ndako mag aparte opvang uitbouwen voor jonge slachtoffers van mensenhandel. Ze hoeven dan ter bescherming niet meer naar een gemeenschapsvoorziening, berichten De Standaard en Het Nieuwsblad vrijdag.
Aparte opvang voor jonge slachtoffers van mensenhandel
De Vlaamse overheid heeft Minor Ndako de principiële toestemming gegeven. De organisatie, die bekend is voor haar opvang van niet-begeleide minderjarige vluchtelingen, wil een aparte opvang met zes plaatsen uitbouwen voor meisjes die slachtoffer zijn geworden van mensenhandel. Veelal komen die meisjes uit het buitenland en worden ze hier gedwongen tot prostitutie.
Een veilige plaats
Het plan voor de nieuwe opvang past binnen het jeugddelinquentiedecreet, dat jongeren die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd, wil scheiden van jongeren die bescherming nodig hebben vanwege een precaire leefsituatie. Vandaag komen die twee groepen nog met elkaar in contact in de besloten gemeenschapsvoorzieningen van Beernem en Mol.
Vlaams Parlementslid Lorin Parys (N-VA) is blij met het nieuws. In Wallonië bestaat dat al langer en hij pleitte al eerder voor een Vlaams initiatief. "Je kunt pas een netwerk in mensenhandel oprollen als de kinderen en jongeren er fysiek uit worden verwijderd en zich op een andere plek weer veilig en beschermd voelen, en ondersteund worden om een gewoon leven te beginnen."
Lees meer over: Brussel , Samenleving , minor ndako , Lorin Parys
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.