BBRoW: 'Middelgrote woningen mogen sociale woningen niet verdringen'

De Brusselse Bond voor het Recht op Wonen (BBRoW) maakt zich zorgen over de wijziging van de Huisvestingscode waaraan de Brusselse regering werkt. “Tot 20 procent woningen voor gezinnen met middelgroot inkomen: dat is ontoelaatbaar.”

Volgens de BBRoW is er in een voorontwerp van de nieuwe Huisvestingscode sprake van een grotere nadruk op woningen voor gezinnen met een middelgroot inkomen, ten koste van sociale woningen. Tot 20 procent van de nieuwbouwprojecten van Openbare Vastgoedmaatschappijen (OVM) zou uit dergelijke woningen mogen bestaan.

Vandaag moet officieel 100 procent naar sociale woningen gaan, maar in de praktijk maakt de regering veel uitzonderingen. Zes projecten uit het Plan voor de Huisvesting tellen zelfs meer middelgrote dan sociale woningen. "Dat zulke uitzonderingen de regel zouden worden, is ontoelaatbaar. Temeer omdat het resterende aantal bouwterreinen, in het bijzonder voor sociale woningen, zeer laag is en omdat Brussel alsmaar meer in de greep komt van een huisvestingscrisis."

De Bond wijst erop dat de helft van de Brusselaars in aanmerking komt voor een sociale woning. Er staan meer gezinnen op de wachtlijst dan dat er sociale woningen zijn. "Eigenlijk zou het aantal sociale woningen moeten worden verdubbeld."

Het argument dat meer middelgrote woningen de sociale mix moeten bevorderen, wijst de Bond af. "Uit de praktijk blijkt dat gezinnen met een middelgroot inkomen toch moeilijk naar sociale projecten te lokken zijn. En waarom kan die gewenste sociale mix nooit in de andere richting gerealiseerd worden? Wij pleiten bijvoorbeeld voor quota, waarbij publieke en private operatoren een bepaald percentage sociale woningen moeten voorzien in hun projecten."