Begrafenisondernemers vragen prioriteit bij vaccins: ‘Staan zwaar onder druk’

De uitvaartsector voelt zich in de steek gelaten. Hoewel zij nauw in contact komen met aan het coronavirus overleden patiënten en hun familieleden, hebben zij nog steeds geen zicht op een vaccin. Brusselse begrafenisondernemers getuigen: “Al meerdere collega’s raakten besmet. Eén collega overleed zelfs.”

Na de bewoners en het personeel van de woonzorgcentra, en het personeel van de zorginstellingen, komen 65-plussers, risicopatiënten en essentiële beroepen aan de beurt voor een vaccin. Een sector die ondanks de risico's evenwel nog geen zicht heeft op een spuitje, is de uitvaartsector. Die situatie wordt volgens de betrokkenen steeds zwaarder.

“Onze federatie Funebra heeft herhaaldelijk de vraag gesteld wanneer de medewerkers in onze sector een vaccin zouden mogen ontvangen, maar kreeg nog steeds geen reactie,” vertelt de Brusselse begrafenisonderneemster Cindy Hulsmans (44) uit Sint-Agatha-Berchem. “Dat terwijl wij toch in nauw contact komen met mensen die overleden zijn aan het virus, en mogelijk nog tot 72 uur nadien besmettelijk zijn, en hun familieleden.”

“Onlangs belde een familie ons op om ter plekke te komen. Mijn collega gaat en haalt het lichaam op. Nadien meldt de familie pas dat de overleden vrouw al vier dagen koorts had. De dag nadien bleek ook de vader besmet met het coronavirus. Het risico dat wij lopen, is dus echt wel reëel.”

Hulsmans zag bijgevolg al heel wat collega’s besmet raken, inclusief zichzelf. “Eén collega overleed er zelfs onrechtstreeks aan. Hij had het coronavirus op zijn werk opgelopen en moest gehospitaliseerd worden. Daar liep hij een ziekenhuisbacterie op en overleed hij.”

Naast de menselijke trauma’s die het virus met zich meebrengt, brengen de besmettingen ook organisatorische problemen met zich mee. “Wij zijn allemaal kleine ondernemingen. Als wij allemaal samen uitvallen, kan er niemand de begrafenissen uitvoeren. Dat brengt veel leed mee voor de betrokken families. Onlangs raakten twee van onze vier medewerkers besmet. Mijn broer durfde zich amper te laten testen uit schrik dat we alle begrafenissen hadden moeten uitstellen.”

Agressieve mensen

Ook begrafenisondernemer Xavier Bouvy (41), die zowel een winkel in Jette als in Elsene uitbaat, vindt dat de overheid de nodige prioriteit moet geven aan de uitvaartsector. “Wij komen vaak bij mensen thuis, al dan niet met de nodige uitrusting. Al drie van mijn collega’s overleden aan het coronavirus: twee in Brussel en één in Wallonië. Het waren mensen van in de vijftig jaar.”

Bovendien lijden begrafenisondernemers zelf ook onder de beperking van het aantal mensen tijdens een uitvaart. “In het begin verliep het nog goed. Maar de laatste tijd reageren mensen erg agressief en verdragen ze geen opmerkingen meer. Wij vragen om een mondmasker te dragen en dat leidt tot boze reacties terwijl wij die regels zelf niet opgesteld hebben.”

De voor de uitvaartsector teleurstellende vaccinatiestrategie komt bovenop een jaar dat voor de begrafenisondernemers al erg heftig is geweest. “In april vorig jaar hebben we 111 begrafenissen moeten doen terwijl het gemiddelde normaal gezien rond de 40-45 ligt,” aldus Hulsmans uit Sint-Agatha-Berchem. “Dat was niet menselijk. We hadden geen plaats meer om lichamen te leggen. Zoiets blijft emotioneel ook hangen.”

“Maar het erge is dat we noch in de eerste golf, noch vandaag materiaal hebben gekregen van overheidswege. Ik ben zelf nog via een Duitse website aan de nodige uitrusting geraakt. We hebben laten weten dat we dat beschermingsmateriaal nodig hadden, maar het is ons nooit aangeboden geweest.”

Hulsmans had dan ook gehoopt dat de uitvaartsector in de vaccinatiestrategie tot dezelfde groep als de politieagenten en de apothekers zou behoren. “Maar dat is blijkbaar niet zo. Wij staan echter zwaar onder druk. We weten niet wat er nog op ons afkomt. Nu stijgen de besmettingen: de gevolgen daarvan komen altijd met een beetje vertraging tot bij ons.”

De kans dat de begrafenisondernemers echter als prioritair in de vaccinatiestrategie zullen beschouwd worden, is relatief beperkt. In De Morgen liet minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (SP.A) optekenen dat de afspraak werd gemaakt om geen opbod te starten van verschillende beroepsgroepen. Na de ouderen, risicopatiënten en de agenten is het gewoon de beurt aan de brede bevolking van oud naar jong, zonder verdere uitzonderingen, klinkt het.