De Moor in beroep tegen vonnis kraakpand Wetstraat: 'Uitspraak is absurd en pure Kafka'

'Ik vind het absurd dat de rechtbank ons nu verplicht om opvang te organiseren in een kraakpand, terwijl diezelfde rechtbank eerder besliste om een goed werkend opvangcentrum te sluiten. Dat is pure Kafka." Dat zegt staatssecretaris voor Asiel Nicole de Moor (CD&V) aan onze redactie. Daarom gaat ze samen met Fedasil in beroep tegen de beslissing van de arbeidsrechtbank. Die stelde dat de Belgische staat fatsoenlijke leefomstandigheden moet garanderen in het kraakpand, waar nu al maandenlang tachtig asielzoekers verblijven.

Sinds 23 april bezetten ongeveer tachtig asielzoekers het gebouw naast het CD&V-hoofdkwartier. Er was voor hen geen plaats in het Fedasil-netwerk, waar ze wettelijk wel recht op hebben.

Het collectief ‘Stop de opvangcrisis’ en een team advocaten trokken begin juni naar de rechtbank, met als doel het beheer van het kraakpand over te dragen aan Fedasil, om op die manier betere leefomstandigheden te garanderen. Als de staat en Fedasil het specifieke bevel niet naleven binnen drie dagen na betekening ervan, zijn ze verplicht een dwangsom van 100 euro per dag per asielzoeker te betalen, aldus het vonnis van de Brusselse Arbeidsrechtbank.

'Absurd'

De Belgische staat en Fedasil tekenen nu hoger beroep aan tegen het vonnis van het Brusselse arbeidshof. Dat heeft begin juli België en Fedasil bevolen fatsoenlijke leefomstandigheden te garanderen voor de groep asielzoekers die een gebouw aan de Wetstraat bezetten.

"Een opvangcentrum organiseer je niet zomaar ergens", zegt De Moor aan BRUZZ. "Een gebouw moet een vergunning hebben voor een residentiële functie, moet brandveilig zijn, er moet personeel werken. Ik vind het absurd dat de arbeidsrechtbank van Brussel de overheid nu verplicht om opvang te organiseren in een kraakpand, terwijl diezelfde rechtbank onlangs besliste dat een goed werkend opvangcentrum in een oud woonzorgcentrum, met residentiële bestemming, dan weer niet over de nodige vergunning beschikte. Dat is pure Kafka. Nog meer omdat op 28 juni nog de Rechtbank van Eerste Aanleg de mensen uit datzelfde kraakpand in exact dezelfde zaak in het ongelijk stelden. Dit is echt niet werkbaar."

‘Verontrustend’

De aantekening in beroep voelt voor de advocaten van de asielzoekers als een donderslag bij heldere hemel. “Dit is het bewijs dat het geen kwestie is van ‘niet kunnen’, maar ‘niet willen”, reageert Marie Doutrepont, een van de advocaten van de asielzoekers, verontwaardigd. “Het vonnis blijft geldig tot er een arrest is in beroep, dus ze zijn verplicht om dat na te leven.”

Intussen verslechteren de leefomstandigheden in het kraakpand iedere dag, volgens Doutrepont. “Het kan nog verschillende weken duren voor er een arrest is in beroep, maar intussen is er door een gebrek aan hygiëne een uitbraak van schurft in het pand en zijn asielzoekers aan het verhongeren.”

De Belgische staat is intussen al meer dan achtduizend keer veroordeeld nadat asielzoekers naar de rechtbank waren gestapt omdat ze geen opvangplaats kregen, met nu al tientallen miljoenen euro’s aan dwangsommen tot gevolg. “Een minister die een vonnis niet naleeft, is een gevaar voor onze democratie”, volgens Doutrepont.