Johan Van Eetvelde (Poverello)

| Johan Van Eetvelde, coördinator Poverello.

Brusselaars in de frontlinie (6): Johan Van Eetvelde, coördinator Poverello

Jean-Marie Binst
06/04/2020

Elke avond weerklinkt in de straten applaus voor het medisch personeel. Terecht. Maar naast ziekenhuispersoneel staan nog tal van minder belichte beroepen vandaag in de frontlijn. Of het nu kassiersters, welzijns­werkers, apothekers of agenten zijn, allemaal zorgen ze ervoor dat de stad ook in tijden van pandemie niet stilvalt. Vandaag: Johan Van Eetvelde, coördinator Poverello.

“Zeker 150 behoeftige mensen kwamen tot voor kort ’s middags eten en hun dag doorbrengen bij ons. Maar sinds onze sluiting maken we ons zorgen over hen. Waar zitten ze? Vinden ze iets te eten? Waar vinden ze warmte? In een station, of ergens op straat?” De coördinator van vzw Poverello doet wat hij kan, maar zonder veel helpende handen.

Johan Van Eetvelde is een vertrouwd gezicht voor wie dagelijks een maaltijd neemt en een praatje komt slaan bij vzw Poverello in de Huidevettersstraat, hartje Marollen. Hij wordt doorgaans geholpen door zuster Beatrijs, maar zij kan door de coronamaatregelen haar bureau niet meer uit. Toch probeert Johan ook nu de behoeftigen te bereiken.

“Op een gewone dag zitten hier een 150-tal mensen, en hebben we vrijwilligers – bijna allen senioren. Ze schillen groenten, koken, smeren boterhammen, doen de vaatwas en poetsen. Nu moeten we het runnen met twee, drie vrijwilligers die nog tot hier durven of mogen komen. Gelukkig zijn ook drie Franse jongeren van de geloofsgemeenschap Taizé op eigen initiatief naar hier gekomen. Ze blijven hier een maand wonen.”

“Ook al is de buitendeur nu dicht, in ons huis wonen zo’n veertig mensen. Ook zij moeten drie keer per dag eten"

Johan Van Eetvelde, coördinator Poverello

Binnen de oude kloostermuren van Poverello is het nog niet helemaal doods. Johan: “Ook al is de buitendeur nu dicht, in ons huis wonen zo’n veertig mensen. Ook zij moeten drie keer per dag eten. We beredderen ons in afzondering van de buitenwereld.”

“In een huis dat we in de Groenstraat bij het Noordstation hebben, openen we sinds vorige week een raam, enkel op het middaguur. Zo kunnen we een twintigtal van onze habitués toch bereiken. Hopelijk groeit de rij niet aan, want we hebben momenteel niet genoeg volk om meer soep te bereiden en te bedienen.

Ik vrees dat onze mensen nu in de stad ronddolen. Wie weet moeten ze in de stations voor de koude schuilen.”

De Poverello-man heeft het moeilijk: hij wil de armen steunen maar kan ze niet bereiken. De Bijbelregel ‘Ik was vreemdeling, en gij hebt Mij opgenomen (Mattheüs 25: 35)’ zit nu als een mot in zijn jas. “We willen hen bijstaan, want ze hebben er nood aan,” luidt de frustratie. “Hier vonden ze alles om de dag door te komen. Mogelijk vinden ze zelfs geen toilet meer in de stad, zo ver gaan de coronamaatregelen.”

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel , Samenleving , coronavirus , poverello , Brusselaars in de frontlinie

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni