De Brusselse minister van Dierenwelzijn Bernard Clerfayt (Défi) heeft dinsdag een bezoek gebracht aan het slachthuis van Anderlecht. Dat is het enige erkende slachthuis in het Brussels Gewest. Het doel van het bezoek was te bespreken wat de mogelijkheden zijn om de dieren te verdoven voor hun slachting. Vandaag gebeurt dat meestal onverdoofd in Anderlecht. Het slachthuis zelf waarschuwt voor een snel verbod op onverdoofd slachten.
Clerfayt bekijkt mogelijkheden onverdoofd slachten tijdens bezoek Abattoir
Volgens het Grondwettelijk Hof zijn de Vlaamse en Waalse decreten die het onverdoofd slachten van dieren verbieden niet in strijd met de Grondwet. In Brussel bestaat een dergelijk verbod nog niet.
Het is in die context dat het ook Brussels minister van Dierenwelzijn Clerfayt (Défi) zich opnieuw over de kwestie buigt. "Het is belangrijk om het enige slachthuis in Brussel te bezoeken en de huidige omstandigheden waarin dieren gedood worden te kunnen onderzoeken," zegt hij. Clerfayt plant de kwestie van het onverdoofd slachten ook op de regeringstafel te leggen.
Hij heeft in het slachthuis gesproken met de verantwoordelijken over kwesties die verband houden met het welzijn van de dieren, voornamelijk tijdens het slachten. Tijdens het bezoek kon de minister alle praktijken van de slachtketen observeren, van de aankomst van het dier tot het uitsnijden ervan. Hij stelde vast dat de richtlijnen werden gevolgd. Een dierenarts is aanwezig, net als een verantwoordelijke voor het dierenwelzijn. Het slachthuis is volledig uitgerust met een videobewakingssysteem. Dat is bedoeld om de naleving van de maatregelen te controleren en om slachthuismedewerkers op te leiden.
"Verdoofd slachten verplichten zou nefaste gevolgen kunnen hebben voor het Slachthuis van Anderlecht"
Controles
Er vinden dagelijks inspecties plaats door dierenartsen van het federaal voedselagentschap FAVV. De dienst Dierenwelzijn van Leefmilieu Brussel voert een maandelijkse controle uit, waarbij hij vooral kijkt naar de omstandigheden waarin de dieren worden geslacht.
Het overgrote deel van de dieren wordt ritueel geslacht in het slachthuis van Anderlecht, dat al 130 jaar in het zuiden van het gewest gevestigd is. Het gaat om 65 procent van de ossen, 85 procent van de kalveren en 80 procent van de schapen. In totaal worden er elk jaar gemiddeld 50.000 dieren geslacht. Het slachthuis is dus ook een belangrijke economische factor.
'Nefaste gevolgen'
"Een verplichting tot verdoving voor het slachten zou nefaste gevolgen kunnen hebben voor Anderlecht," zegt Paul Thielemans aan BRUZZ. Hij is woordvoerder van de Slachthuizen van Anderlecht. "Denk alleen al aan de tewerkstelling. Een enorme bedrijvigheid zou wegvallen, van medewerkers van het slachthuis tot de charcutier in de omgeving of de handelszaak voor horecabenodigdheden. Terwijl de vraag naar ritueel geslacht vlees nog altijd zou bestaan onder de lokale bevolking. Dat zouden we dan moeten importeren uit het buitenland."
Het is volgens Thielemans beter om nieuwe regelgeving in Brussel uit te stellen tot er ook Europese wetgeving is gemaakt. Te snel handelen zou wel eens het einde van het enige Brusselse slachthuis kunnen betekenen, denkt Thielemans. "Dat strookt niet met de filosofie van de korte keten," verwijst hij naar de vorm van voedselproductie waarbij slechts één schakel zit tussen producent en consument.
Lees meer over: Anderlecht , Samenleving , Economie , Dierenwelzijn , Bernard Clerfayt , slachthuizen anderlecht , Onverdoofd slachten