Coöperatieve gsm-provider in laatste rechte lijn naar opstart

Een honderdtal mensen kwam op zaterdagnamiddag samen in het bedrijvencentrum Les Ateliers des Tanneurs om te vieren dat Neibo in de laatste fase van ontwikkeling is aanbeland. De nieuwe coöperatie wil vanaf volgend jaar een vorm van mobiele telefonie lanceren, waar burgers en abonnees mee aandeelhouders van zijn.

Neibo werd in mei 2018 gelanceerd en bereikte zonet de laatste fase van ontwikkeling. De crowdfunding die eerder op poten werd gezet, loopt immers af op 30 november. Het doel was om tegen dan 150.000 euro te hebben verzameld. Vandaag staat de teller op 85.000 euro.

“Of we dat bedrag gaan halen tegen 30 november is moeilijk te voorspellen,” zegt Quentin Verstappen van Neibo aan BRUZZ. “Maar die deadline is op zich niet zo belangrijk en we hebben momenteel goede contacten met mogelijke inversteerders.”

Bovendien telt de jonge provider op dit moment al 650 coöperanten. “Die komen van overal van het land en op zaterdag was het de eerste keer dat we elkaar ontmoetten,” aldus Verstappen. De bijeenkomst bestond daarom hoofdzakelijk uit een presentatie van de geschiedenis en de toekomst van Neibo, gevolgd door enkele vragenrondjes.

Ethisch investeren

Neibo wil vanaf juni 2019 een nationale dienst voor mobiele telefonie worden. Opvallend daarbij is dat de operator plant om een deel van zijn winst in lokale, ethische en duurzame initiatieven te investeren én de beslissingen daarover steeds uiterst democratisch wil laten verlopen.

Daarom kan iedereen vanaf 20 euro aandeelhouder worden bij Neibo. Het plan is om bij elke algemene vergadering een grote zaal te huren, waardoor mensen fysiek aanwezig kunnen zijn en mee kunnen beslissen over de voorstellen.

Om de onderneming een steuntje in de rug te geven, werd tijdens de bijeenkomst een getuigenis getoond van Olivier De Schutter, Speciaal VN-Rapporteur voor het Recht op Voedsel tussen 2008 en 2014. “We hopen dat dit initiatief het idee zal verspreiden dat wij als consument macht hebben. Versterken we met ons geld de grote bedrijven of dragen we bij aan een duurzame toekomst waarin de rijkdom beter verdeeld is?”