Cozonac gebak, Ursusbier, groentepastei uit blik, en dozen vol puddingpoeder. U vindt het allemaal terug in La Bunicuta, een Roemeens winkeltje in de Masuiwijk. Door het groeiend aantal Roemenen in Brussel, is La Bunicuta al aan een derde vestiging toe.
In de Roemeense winkel: 'We blijven hier'
Lees ook: Roemenen steeds talrijker
Steeds meer Roemenen strijken neer in Brussel en vestigen zich er voor langere tijd, zo bleek uit recente cijfers van het BISA. Meer dan zeven procent van de niet-Belgen in Brussel zijn Roemeens. En winkeltjes als La Bunicuta, aan de Koninginnelaan in de Masuiwijk, met typisch Roemeense producten, zijn daar het resultaat van.
La Bunicuta betekent grootmoedertje, en heeft zijn naam niet gestolen. “Wij zijn de oudste Roemeense winkel van Brussel”, vertelt Silvia Olari. “Zeven jaar geleden zijn mijn man Dani en ik gestart. We vonden nergens de producten waarmee we opgegroeid zijn. Borsjt om soep te verzwaren, het juiste graan voor polenta, lekkere charcuterie, kruiden waarvan ik je de naam niet in het Frans zou kunnen zeggen maar die voor ons echt onontbeerlijk zijn. We kenden veel mensen met hetzelfde probleem, dus waagden we het erop.”
Een schot in de roos, want rond Bockstael wonen heel wat Roemenen. Ook de tweede winkel aan de Paleizenstraat, aan de Roemeense orthodoxe Nicolaaskerk, wordt druk bezocht. En zaterdag openden Silvia en Dani zelfs een derde Bunicuta, in Namen. “Want Roemenen zitten tegenwoordig in alle steden.”
Het goede leven
Volgens winkelmeisje Adela komen er ook wel eens Belgen de zaak binnen, maar deze middag krijgt ze enkel Roemenen over de vloer.
Zoals Tereza, die met haar kinderen langskomt om chips te kopen na schooltijd. Roemeense chips, welteverstaan. “De producten die je kent van thuis blijven toch het lekkerste”, zegt ze.
In Roemenië werkte ze voor 300 euro per maand, hier werkt ze als poetshulp via dienstencheques. Ze is niet de enige. Twee procent van alle werknemers in de sector zijn Roemenen. "Daarmee kan je je hier al heel wat permitteren. Mijn man en ik zijn heel blij dat we naar hier verhuisd zijn. De scholen zijn hier ook veel beter. Wij hebben hier nu alles wat we nodig hebben."
Dinu is minder optimistisch. Hij werkte eerst jaren in Portugal, tot daar de economie begon te slabakken. “Daarna was het Frankrijk, en nu al vier jaar Brussel. We hebben geen keuze, ons land is helemaal leeggestolen. We zijn gedwongen als nomaden te leven. Mijn zus zit nu in Frankrijk, als ik het goed heb. Maar mijn gezin en ik hopen nu toch hier te blijven. Alleen niet in deze buurt, want die is te vuil om mijn zoontje in groot te brengen.”
Roemeens theater
Meer en meer Roemenen volgen zijn voorbeeld. Waar de Roemeense migratie eerst een tijdelijk karakter had, beslissen steeds meer mensen zich definitief te vestigen.
Dat zegt ook Robert Adam van het Institut Culturel Roumain Bruxelles. "Voor veel Roemenen is Portugal of Spanje de eerste stop, ook landen met een Romaanse taal. Maar door de instabiele economie trekken ze steeds vaker naar elders, Brussel bijvoorbeeld. Hier draait de economie beter, en de meesten hebben minstens een basiskennis Frans. Steeds vaker beslissen ze daarom voor langere tijd te blijven."
Dat de Roemeense gemeenschap in Brussel groter wordt, merken de klanten van La Bunicuta ook. “Er zijn steeds meer activiteiten en de Roemeense gemeenschap is erg close”, zegt Adela. “Veel mensen, ook de jongeren, gaan elke week naar de orthodoxe kerk aan de Paleizenstraat. Ik volg er Franse les. Ik heb eigenlijk vooral Roemeense vrienden, er is altijd genoeg te doen.”
Silvia nuanceert. “We organiseren veel, zoals een Roemeense dag in traditionele klederdracht, en muziekevenementen. Maar er zijn er ook genoeg die liever wegblijven en hun eigen gangetje gaan.”
Simona koos bijvoorbeeld een andere weg. Zij kwam tien jaar geleden aan, nadat een vakantie in Brussel haar zo goed beviel dat ze besliste er verder te studeren. “Ik heb wel weet van al die activiteiten, maar ik laat ze eigenlijk liever links liggen. Vroeger ging ik wel eens naar een Roemeens theaterstuk, maar uiteindelijk word je toch maar beter snel Belg onder de Belgen”, zegt ze. “Al kom ik hier nog wel eens eten halen. Nostalgie gaat toch nooit echt weg.”
Lees meer over: Brussel-Stad , Samenleving
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.