Fatima Abbach (41) organiseert met haar man Saïd El Maliji en met de vrijwilligers van hun vzw Divers-city komende vrijdag voor de vierde keer de Diwan Awards, een prijsuitreiking die succesvolle Belgen van Marokkaanse afkomst in de schijnwerpers zet. “Rolmodellen zijn levensbelangrijk. Als ik zie wat er in Parijs is gebeurd, kan ik niet anders dan concluderen dat we gefaald hebben bij de Brusselse jeugd.”
Fatima Abbach (Diwan Awards): 'We hebben gefaald met de Brusselse jeugd'
Door de grote belangstelling verhuizen de Diwan Awards dit jaar van de Schaarbeekse Event Lounge naar Paleis 10 aan de Heizel. Minister-president Rudi Vervoort (PS), premier Charles Michel (MR) en de minister van Marokkanen in het buitenland Anis Birrou zullen erbij zijn, net als 1.100 genodigden. Ongeveer 22.000 mensen hebben gestemd.
“Ik vind het belangrijk om ook de positieve zaken te belichten”, zegt Abbach in haar woning in Vorst, waar wit de boventoon voert. “Je hebt een aantal treinen die te laat komen, maar af en toe rijden er ook treinen op tijd.”
“Ik kom uit het Limburgse, en als je dan in Brussel aankomt, valt er meteen iets op. Groepen komen niet met elkaar in contact, er is gewoon geen dialoog.”
“Tegelijk merkten we dat er in de media heel vaak een negatief beeld werd opgehangen van de Belgische Marokkanen. Ik vind het jammer dat wij zo zelden het nieuws halen met iets als “chirurg van Marokkaanse afkomst redt een kind”. En dat terwijl de Koning Boudewijnstichting vorig jaar nog een rapport uitbracht dat aantoont dat hoogopgeleide Belgo-Marokkanen het beter doen dan gemiddeld.”
Wat betekent ‘Diwan’?
“Diwan betekent ‘licht’ in het Arabisch. Met de Diwan Awards willen wij de aandacht vestigen op diegenen die het wel heel goed doen, en die tegelijk ook een rolmodel kunnen zijn voor de jeugd. We moeten jongeren tonen dat je een buitenlandse afkomst kunt hebben en geboren zijn in een arme buurt, maar het toch tot advocaat, apotheker of ondernemer schoppen.”
“Toen ik opgroeide in Sint-Truiden heb ik altijd gespeeld met allerlei kindjes, ook met veel blanke kindjes. Dan heb je sowieso al een heel andere perceptie dan als je opgroeit in een gemeente waar iedereen dezelfde cultuur heeft als jij, dezelfde taal en dezelfde godsdienst, zoals nu in Molenbeek. Daar creëren ouders een probleem. Als je dan ook nog in je opvoeding niet de juiste waarden meekrijgt, dan creëren ouders gewoon sociale bommen.”
“Vorig jaar zei een magistrate uit Wallonië bij de prijsuitreiking: ‘Het is niet omdat je de zoon of dochter van een arbeider bent, dat je jouw droom niet kan waarmaken. Het is door heel hard te werken dat je die droom realiseert.’ Ik vond het ook heel leuk dat ze aanhaalde dat dat mogelijk was precies omdat we in België leven.”
Heeft u zelf zulke voorbeelden gehad?
“Mijn ouders komen uit het uiterste zuiden van Marokko: mijn vader was mijnwerker, mijn moeder is altijd huisvrouw geweest. Maar in ons gezin werd het altijd aangemoedigd om te studeren. Mijn vader had een vaste volgorde van doelen die hij voor ons uitzette. Vandaar dat ik het ook echt belangrijk vind dat je als ouder heel aanwezig bent in het leven van je kinderen. Hier in Brussel vraag ik mij af of een aantal jongeren die aanwezigheid en betrokkenheid niet tekort zijn gekomen. Je voelt dat ook in het culturele idee dat het de verantwoordelijkheid van de school is om de kinderen op te voeden. Dat is fout natuurlijk, de opvoeding begint thuis.”
“Mijn moeder heeft nooit de kans gehad om te studeren, om de wereld te zien, om allerlei mensen te ontmoeten. Ze is op haar zeventiende getrouwd, en heeft vier dochters gekregen, maar ze was een echte feministe. Ze moedigde ons voortdurend aan om alle kansen te grijpen.”
“Ik ben nu zelf mama van drie kinderen – van 12, 10 en 5 – en ik erger er mij aan hoe sommige mensen zich opsluiten binnen hun eigen gemeenschap. België en vooral Brussel is één grote smeltkroes. Als je je kinderen afsluit van de buitenwereld, dan dan vind ik dat je als ouder medeverantwoordelijk bent voor de dingen die later verkeerd lopen.”
Is dat een oproep aan de Marokkaanse gemeenschap?
“Tuurlijk. Ik ben er zeker van dat de meeste Belgische Marokkanen dat niet slecht bedoelen. Ze houden zich gewoon vast aan wat voor hen belangrijk is: cultuur, taal, godsdienst. Maar het ene moet het andere niet uitsluiten. Het is niet omdat je bevriend bent met mensen uit andere groepen dat je dingen kwijtspeelt.”
“Je moet ook veel aandacht hebben voor de maatschappij waarin wij leven en waarin onze kinderen hun toekomst zullen opbouwen. Daarom moet je je kinderen vanaf het begin leren omgaan met dingen die van jouw eigen opvoeding verschillen. Want een kind pikt op wat jij hem of haar aanleert en meegeeft.”
Hoe bent u zelf in Brussel beland?
“Ik ben als studente vertaler–tolk naar Brussel gekomen, en in het begin was er wel een cultuurshock: hier is het niet zo netjes (lacht). Ik kwam immers uit een kleine Vlaamse stad waar het wél netjes was. Hoewel Brussel heel anders is, was er iets wat mij innerlijk meteen ‘pakte’, dat me nooit meer heeft losgelaten. Ik wist al snel ik iets wou doen om deze stad in ‘de goede richting’ te stuwen. Ik wil weten wat de mensen stoort en wat hen tegenhoudt om met elkaar in contact te komen, en wat ze van elkaar denken.”
“Toen ik in Anderlecht woonde, kwam ik toevallig een vrouw tegen die me vertelde dat haar bejaarde buurman acht weken dood in zijn flat had gelegen. Dat is ongelooflijk, dat is bijna surrealistisch.”
“Ik werk nu zestien jaar voor de koning Boudewijnstichting, waar ik organisaties help bij het indienen van hun kandidaatsdossiers. Tien à elf maanden per jaar ben ik bezig met de voorbereiding van de Diwan Awards.”
Wat geeft u zelf uw kinderen mee als boodschap?
“Heb nooit angst, is het allerbelangrijkste dat ik hun voorhoud.”
“En: sta open voor andere meningen en culturen. Ik vind het heel belangrijk dat ze de twee culturen als bagage meekrijgen, maar ik spreek altijd Nederlands met hen. Ze zitten op een Nederlandstalige Brusselse school met kinderen uit een twintigtal verschillende gemeenschappen.”
Met de Diwan Awards wilt u positieve Marokkaanse voorbeelden belichten. Wat dacht u toen u hoorde over de daders van de aanslagen in Parijs?
“Dat we gefaald hebben met de Brusselse jeugd. We hebben gefaald omdat het niet normaal is dat je op 20 of 25 jaar liever jezelf opblaast dan een mooie toekomst met job en partner en kinderen uit te bouwen.”
“Ergens is het een paradox: vroeger waren er geen Marokkaanse advocaten of artsen om naar op te kijken, maar toch gaat het nu veel slechter met de jongeren.”
“Tegelijk is het ook niet normaal dat je zo veel krotwoningen hebt in Molenbeek, dat daar zo’n concentratie van één bevolkingsgroep leeft. We moeten aan een inclusieve samenleving werken. Als iemand zich van jongs af aan uitgesloten voelt, als die voortdurend met racisme kampt, met uitsluiting, met een negatieve aanpak, dan krijg je niets uit die persoon.”
Lees meer over: Samenleving
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.