Gewest maakt potje van bescherming opmerkelijke bomen
A ls een padvinder op zoek naar plaatsen waar bomen 'met hoge erfgoedwaarde' stonden, schuimde uw reporter Sint-Agatha-Berchem af. Om vast te stellen dat de wereldkundig gemaakte gegevens van het gewest, de realiteit geweld aandoen. Want hoe is de situatie in situ? Talloze 'Merkwaardige bomen', die de eerste bomenerfgoedlijst van 2002 sierden, werden de jongste tien jaren gerooid. Het was oud-minister voor Natuurbehoud en Leefmilieu Didier Gosuin (MR), die in 1998 twee wetenschappers van het toenmalige Brussels Instituut voor Milieubeheer (BIM, nu Brussel Leefmilieu) als eerste opdracht meegaf om het erfgoedwaardig bomenbestand van Berchem in kaart te brengen: 'Inventarisatiecampagne Merkwaardige bomen' heette dat. De rest van het gewest zou volgen.
Achteraf belandde het beheersprestigeproject bij de Directie Monumenten en Landschappen (M&L), die de erfgoedlijst nog steeds beheert, aanvult, superviseert en aftoetst bij de Commissie voor Monumenten en Landschappen. Van zodra een Merkwaardige boom op de inventarislijst staat 'volgt het Gewest de gezondheidstoestand ervan verder op en adviseert het de eigenaars over de eventuele vergunningen die zij nodig hebben om de bomen te onderhouden (snoeien, verzorgen, (…) eventueel vellen,' zo herinnerde minister-president Vervoort op 4 juni. M&L heeft de opdracht om de bomen te valoriseren, inventariseren, vrijwaren, de onderhoudswerken op te volgen, de vergunningen te adviseren en de burger te informeren en sensibiliseren over de waarde van het bomenerfgoed voor de samenleving. Maar wat is een merkwaardige boom? Daar heeft M&L een hele reeks criteria voor, waarvan de voornaamste zijn: de stamomtrek (bepaalt de ouderdom), de zeldzaamheid in het gewest, de historische en landschappelijke waarde (één oude boom in de bebouwde kom is meer waard dan in een park) en de alleenstaande groei.
Hoeveel bomen?
Kersvers minister-president Rudi Vervoort (PS) gaf onlangs de cijfers prijs die hij geërfd heeft van minister-president Charles Picqué (PS), vanaf 2009 bevoegd voor de erfgoedbomen. Het gewest telt ongeveer 6.000 merkwaardige bomen. Daarvan zijn er 120 beschermd in twintig jaar tijd - eigenlijk zijn het er 107, want de beschermingsprocedure voor dertien bomen loopt nog. Het grote cijfer is een optelling van een ouder getal 3.450 (in 2002), aangevuld met nieuw geselecteerde bomen (hoofdzakelijk in parken) en oudere lijsten, geeft M&L mee. Al bij al een weinig transparant kluwen, want zoals uit websitegegevens van M&L en veldwerk af te leiden valt, worden sommige bomen tweemaal geteld, en staan andere bomen vandaag nog met foto te bluffen op de site, terwijl ze in werkelijkheid gerooid werden. De rush om alles in parken te beschermen weegt echter niet op tegen de 'meerwaarde' van de solitairen in het straatbeeld. En precies daar hakt de bijl het sterkst in het 'groene' stadsbiotoop.
Neem nu de tachtigjarige hoogstammige perelaar ("Met opvallend typische peervormige kroon. Momenteel draagt de boom nog steeds rijkelijk vruchten" stelt het dossier van het BIM in 2002) en de 'fraai uitgegroeide' notelaar, beide op het hoekterrein Josse Goffinlaan-Strijdersstraat. Zij pronkten als laatste getuigen van de gemengde hoogstamboomgaarden, die het landelijke Berchem kenmerkte in vorige eeuwen. "Om cultuurhistorische redenen is het belangrijk dat dergelijke landschapselementen bewaard blijven. Eventuele (bouw)projecten zouden derhalve met de resterende bomen rekening moeten houden," preciseert het erfgoeddocument. Maar de fruitstammen werden gerooid. "Dit is gebeurd in het kader van de stedenbouwkundige vergunning van de verkaveling Jardins du Nord, met akkoord van het Gewest," verdedigt burgemeester Joël Riguelle. En kon die oude perelaar dan niet in de tuinen van de nieuwbouw staan, of verjongd worden, als hij een cultuurhistorisch referentiepunt was? "Woongelegenheid is ook een noodzaak: we moeten de keuze maken tussen één boom en een honderdtal appartementen," aldus Riguelle.
En dan is er natuurlijk die 'natuurlijk uitgeschoten oude es' in de beschermde oude dorpskerk, tegen een bijhuis van het Centre Culturel Le Fourquet. In de weg van een nieuw toilet. "Heel de site wordt authentiek gehouden, maar zonder toelating van het Gewest zou de kap niet gebeurd zijn," geeft Riguelle toe. "De es veroorzaakte barsten in het gebouw, stelt het rapport." Wat met de vijf witte paardenkastanjes voor het gemeenschapscentrum De Kroon? Ook omgehakt, alhoewel nu vervangen door inheemse eiken. Hier was de Vlaamse Gemeenschapscommissie opdrachtgever. Al langer klaagden de cafégebruikers over vallende kastanjes, en "door de standplaats (terrasbedekking) en het zwaar knotten verkeren deze bomen in een slechte conditie (…) verminderde vitaliteit, (…) advies tot rooien," zo gaf gediplomeerd boomverzorger Jan Vaes mee in het verdictverslag dat in 2012 de rooi hard moest maken. Nochtans had de inventarislijst van Merkwaardige bomen van 2002 al gewaarschuwd: "De groep is in een meer dan één opzicht merkwaardig (…) ze verdienen het volste respect en een optimale verzorging en bescherming.(…) Hun huidige trieste aanblik is te wijten aan een te drastische snoei." Werd het erfgoed dan slachtoffer van opzettelijke of onprofessionele kortsnoei? De zieke toestand en het gevaar waren er alleszins het gevolg van.
Goede redenen
En dan zijn er nog de opmerkelijke bomen op privégrond. Twee blauwe atlasceders in de voortuinen (Helenalaan en De Selliers de Moranville/rotonde Koning Albertlaan), betekenden "een gevaar voor auto's" zegt Riguelle. De "majestueuze ballonvormige rode beuk" naast het vervallen historisch pand Le petit Trianon Sans-Souci was "hol en gevaarlijk," luidde de vergunning. Vreemd. De administratie prees de beuk in 2002 als bijzonder mooi, met stevige stam. Inmiddels veranderde de voorbouw bij de boom. En de unieke treurzilverlinde, restant van ambachtelijke "siersnoei van voorbije eeuwen" op het lusthof Hof ter Wilst, ook die was 'niet direct bedreigd , maar vraagt om verzorging' schreef het BIM. De boom is weg. Er werd geen procesverbaal opgemaakt. De burgemeester weet van niets. "Il y avait un champignon dedans," wimpelt de eigenaar onze bemoeizucht af. De Japanse kerselaars op de Keizer Karellaan (Basilix) heeft het gewest zelf gerooid, om de busbaan en het trottoir te verleggen. Maar die werden wel vervangen door sierperen, die beter bij Zavelenbergweiden passen volgens M&L. De treurbeuk in die weide is alleszins geen onderwerp van stedenbouwkundige herbestemming, enkel de koeien snoeien de vorm bij. Wel zijn ook relicten als een groep valse acacias (Robinia) in de Strijdersstraat, waar appartementenbouw is gestart, in gevaar. Zij dragen nochtans bij "tot het genot van de wijk met hun overweldigende geurige bloemen." Of de rij van vijftien knotwilgen, gespaard als landschapsgetuige op Hunderenveld: daarvan kun je eentje met de hand zo omduwen, de rij is zwaar verwaarloosd. Een en ander brengt ons terug bij de burgemeester, die het dossier "zeer merkwaardig" vindt, en samen met zijn administratie tot de conclusie komt: "Het label 'merkwaardige boom' heeft geen enkele wettelijke waarde. Een merkwaardige boom is niet meer dan een gewone dikke boom. Ze ondergaan dezelfde regel: tegen een kapvergunningsaanvraag met een grondige reden kun je als overheid niets inbrengen."
Lees meer over: Sint-Agatha-Berchem , Samenleving
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.