In de nacht van zaterdag 27 op zondag 28 maart schakelen we opnieuw over op zomertijd. Om 2 uur wordt de klok een uurtje verder gedraaid. We mogen dus wat minder lang slapen, maar het blijft 's avonds wel langer licht.
Minder slapen, maar langer licht: we schakelen over op zomertijd
Lees ook: Paasweekend brengt zomertijd
De zomer- en de wintertijd worden in België sinds 1977 toegepast. De belangrijkste reden hiervoor was om energie te besparen: dankzij de zomertijd kunnen mensen 's avonds namelijk langer van het daglicht profiteren en is er dus geen elektrisch licht nodig.
Tegenstanders wijzen echter op de verstoring van het bioritme. Bovendien zorgt het in veel landen ook voor verwarring, want niet elk land schakelt op hetzelfde moment over, waardoor het een ingewikkeld kluwen wordt. Volgens verkeersinstituut Vias gebeuren er in de eerste week na de omschakeling naar de zomertijd ook meer ongevallen op de wegen.
Laatste keer?
Het Europees Parlement wil dat er dit jaar voor de laatste keer overgeschakeld wordt tussen zomer- en wintertijd. Het zijn de lidstaten zelf die mogen beslissen of ze de zomer- of wintertijd willen behouden. Landen die de permanente wintertijd verkiezen, zouden dan in oktober een laatste keer de klok een uur terugdraaien.
In ons land moet de federale regering nog een beslissing nemen of we permanent op winter- of op zomertijd overgaan. Uit bevragingen van de FOD Kanselarij van de Eerste Minister blijkt dat het grootste deel van de Belgen voorstander is van het afschaffen van de zomer-/wintertijd. Als ze moeten kiezen, is er een lichte voorkeur voor de wintertijd tegenover de zomertijd.
Lees meer over: Brussel , Samenleving , zomertijd , wintertijd