Rookverbod blijft knelpunt in shishabars en bij nachtcontroles

Bij controles op het rookverbod in drankgelegenheden zijn in 2018 voornamelijk inbreuken vastgesteld in shishabars of waterpijpbars (70 procent inbreuken) en in discotheken (52 procent). In gewone cafés werd 10 procent inbreuken vastgesteld, de bevestiging van een dalende curve sinds 2015.

Dat blijkt uit cijfers van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu die Belga opvroeg.

Het algemeen rookverbod in drankgelegenheden is sinds 1 juli 2011 van kracht. Die eerste zes maanden leverden 5.003 rookcontroles van Volksgezondheid 10 procent inbreuken op. "Een laag cijfer. De controles na campagnes waren eerder gericht op steden. Via sociale media verspreidde controleacties zich als een lopend vuurtje", zegt Paul Van den Meerssche, adviseur-generaal.

Waar in 2013 nog 22 procent inbreuken werd vastgesteld, is de algemene trend sinds 2015 (15 procent) stabiel en dalend: 13 procent inbreuken in 2016 en 2017, en 14 procent in 2018 op in totaal 4.175 controles.

Shishabars

Vanaf 2015 zijn er aparte cijfers per categorie drankgelegenheden. In gewone cafés werden minder inbreuken vastgesteld: 13 procent in 2015 naar 10 procent vorig jaar. Er is duidelijk een probleem in de shishabars. De rookcontroles in 2015 leverde 50 procent inbreuken op. Dat percentage steeg naar 64 procent in 2017 en 70 procent in 2018.

"Vroeger hadden enkel grote steden een shishabar, nu telt elke stad er", aldus Paul Van den Meerssche. Ook in discotheken worden nog veel inbreuken opgetekend: 44 procent in 2015, 57 procent in 2016 en 52 procent in 2018.

Het grootste aantal inbreuken worden 's avonds en 's nachts vastgesteld. Met 27 procent inbreuken was 2018 een lichte opflakkering tegenover 22 tot 23 procent inbreuken de drie voorgaande jaren. Overdag gaat de lijn sinds 2012 (19 procent inbreuken) gestaag naar beneden, naar 9 procent inbreuken vorig jaar.