Slechts 4 procent van personeel bij openbare vastgoedmaatschappijen is Nederlandstalig

Op 1.400 personeelsleden bij de Brusselse openbare vastgoedmaatschappijen (OVM) zijn er slechts 50 Nederlandstalig. Dat blijkt uit een antwoord van Brussels staatssecretaris Nawal Ben Hamou (PS) op een vraag van N-VA-parlementslid Mathias Vanden Borre. “Nederlandstaligen zijn nog al te vaak tweederangsburgers in hun eigen hoofdstad,” klinkt het bij de N-VA.

Uit een antwoord van staatssecretaris Ben Hamou op een vraag van N-VA-parlementslid Mathias Vanden Borre in de commissie huisvesting bleek dat er sprake is van een ondervertegenwoordiging van Nederlandstaligen binnen de 16 Brusselse openbare vastgoedmaatschappijen (OVM).

“Slechts 4 procent van de personeelsleden is Nederlandstalig. Op 1.400 personeelsleden zijn er slechts 50 Nederlandstalig. Minstens drie huisvestingsmaatschappijen hebben geen enkel Nederlandstalig personeelslid en bovendien hebben drie maatschappijen gewoon niet geantwoord,” aldus Vanden Borre in een persbericht.

“Dit heeft natuurlijk een negatieve impact op de dienstverlening voor de vele Nederlandstalige Brusselaars, die op deze manier niet gegarandeerd kan worden. Nederlandstaligen zijn nog al te vaak tweederangsburgers in hun eigen hoofdstad,” klinkt het.

Website wordt vertaald

De staatssecretaris kondigde wel aan dat de eentalig Franse officiële benaming van de OVM “En Bord de Soignes”, die het resultaat is van een fusie van de huisvestingsmaatschappijen van Watermaal-Bosvoorde, Oudergem en Sint-Pieters-Woluwe, na vier jaar een officiële Nederlandse tegenhanger zal krijgen: “Aan de rand van het Zoniënwoud”.

Ook de website van deze OVM, die eentalig in het Frans is opgesteld, wordt momenteel vertaald volgens de staatssecretaris. “Ik stel met genoegen vast dat mijn vraag hierover dan toch tot resultaten leidt, en dat de website en de benaming eindelijk ook rekening zal houden met de Nederlandstalige Brusselaars. Het moet gedaan zijn met het systematisch negeren van legitieme taalrechten en -wetten in onze hoofdstad,” zegt Vanden Borre.

“De OVM’s worden gefinancierd met gewestmiddelen en moeten de taalwetgeving respecteren, en dus hun diensten in het Nederlands en het Frans aanbieden. Met 4 procent Nederlandstalige personeelsleden is dit natuurlijk niet haalbaar. Ik pleit voor een fusie van de zestien huisvestingsmaatschappijen onder Gewestelijk beheer, zodat er betere controle kan zijn op de dienstverlening voor de Nederlandstalige Brusselaar,” besluit Vanden Borre.