Eén jaar na de invoering heeft 20 procent van de leidinggevende federale ambtenaren een verplicht taalexamen afgelegd. Opvallend genoeg slaagde nog niet de helft, zo blijkt uit cijfers die N-VA-Kamerlid Brecht Vermeulen opvroeg bij minister van Ambtenarenzaken Steven Vandeput (N-VA).
Slechts helft topambtenaren slaagt voor taaltest
Sinds 1 mei 2017 moeten leidinggevenden een mondelinge proef een test begrijpend lezen afleggen. Wie een directiefunctie heeft, riskeert ontslag bij een onvoldoende, zoals begin maart effectief gebeurde bij een directeur bij de federale overheidsdienst Economie.
Wie een andere leidinggevende functie heeft, mag geen personeelsleden evalueren in die taal tot hij of zij geslaagd is. Ze hebben daarvoor 30 maanden de tijd, dus nog tot 1 november 2019.
'Slaagpercentages zorgwekkend'
Tot nu toe hebben 474 leidinggevende ambtenaren het examen afgelegd. Voorlopig konden 148 Nederlandstaligen en 66 Franstaligen hun functionele tweetaligheid bewijzen. Minder dan de helft slaagde dus voor het examen. Dat staat in De Morgen.
Franstaligen scoren slechter dan Nederlandstaligen: 52 procent van de Nederlandstaligen die deelnamen, was geslaagd, tegenover 30 procent bij de Franstaligen.
"De lage slaagpercentages zijn zorgwekkend", reageert Vermeulen. "Hoe kan een leidinggevende nog gezag, leiding en toezicht hebben over een medewerker als hij er niet eens functioneel mee kan communiceren? "
Lees meer over: Brussel , Samenleving , taaltest , federale ambtenaren , Brecht Vermeulen , Steven Vandeput
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.