Tekort aan sociale woningen nog nooit zo groot

Op dit moment staan maar liefst 46.000 Brusselaars op de wachtlijst voor een sociale woning, 16.000 meer dan in 2005. Dat blijkt uit de Welzijnsbarometer 2016 van het Observatorium voor Gezondheid en Welzijn Brussel-Hoofdstad. Er komen nauwelijks sociale woningen bij, ondanks het stijgende aantal rechthebbenden. Minder dan de helft van hen krijgt uiteindelijk effectief een sociale woning.

Door de hoge huisvestingskost in het Gewest kunnen steeds minder Brusselaars hun huur nog betalen. Als we er van uit gaan dat de huurprijs niet boven een kwart van het gezinsbudget mag liggen, dan heeft 60 procent van de Brusselaars toegang tot maar 9 procent van de private huurmarkt.

Het aantal gezinnen dat in aanmerking komt voor een sociale woning stijgt dan ook ieder jaar. Tien jaar geleden lag dat aantal nog onder de 30.000, vorig jaar was het al bijna 46.000. Ondertussen stijgt het aantal beschikbare sociale woningen nauwelijks mee, toont de barometer aan.

Gevolg is dat minder dan de helft van de rechthebbende gezinnen ook echt een sociale woning krijgen. Slechts 46 procent van de huishoudens die sinds 2005 op de wachtlijst staan, kregen ook effectief een sociale woning toegewezen.

Veel gezinnen komen daardoor terecht in een (niet sociale) woning van slechte kwaliteit. In 2013 gaf 22 procent van alle Brusselse gezinnen aan dat ze in hun woning minstens één van de volgende problemen hadden: vocht in de woning, overbezetting, of geen mogelijkheid om de woning te verwarmen.

Aantal huishoudens op de wachtlijst (voor en na schrapping) voor een sociale woning en aantal (verhuurde) sociale woningen, Brussels Gewest, 31 december 2005-2015. © Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij