Verbod op tijdelijke slachtvloer is wettig

Het Brussels verbod op tijdelijke slachtvloeren is niet in strijd met de godsdienstvrijheid. Daarover heeft het Europees Hof vandaag definitief geoordeeld.

Sinds de zomer van 2017 mogen er in Brussel geen tijdelijke slachtvoeren meer georganiseerd worden tijdens het Offerfeest. In Vlaanderen is dat al sinds 2014. Verschillende moslimorganisaties trokken naar de rechtbank tegen dat verbod. Ze vinden dat het indruist tegen de vrije beleving van hun godsdienst.

Het Europees Hof van Justitie oordeelt nu dat dat Vlaamse verbod, en bij uitbreiding dus ook dat in Brussel, niet in strijd is met de godsdienstvrijheid. Daarmee volgt het Hof het advies van de advocaat-generaal een paar maanden geleden.

Schapen slachten voor het Offerfeest kan in Brussel dus alleen in erkende slachthuizen. Daar is er maar één van in heel het Gewest, namelijk Abattoir in Anderlecht. Die aanvaarden bovendien geen privépersonen, die hun eigen schaap daar willen laten slachten.

Onverdoofd slachten

Op het kabinet van Brussels staatssecretaris voor Dierenwelzijn Bianca Debaets (CD&V) zijn ze blij met die uitspraak. “We willen in de toekomst naar een totaalverbod voor onverdoofd slachten in Brussel. Helaas staan de andere Brusselse partijen daar niet voor open, nochtans de zelfde partijen die zo’n verbod in Vlaanderen en Wallonië wél goedkeurden,” zegt woordvoerder Eric Laureys.

Tegen dat totaalverbod op onverdoofd slachten in Vlaanderen en Wallonië, voorzien voor 2019, lopen momenteel nog gelijksoortige rechtszaken bij het Europees Hof.

Het Offerfeest vindt dit jaar plaats op 21 augustus.