Verdubbeling testcapaciteit tilt Brussel sneller boven alarmdrempel

Brussel heeft de alarmdrempel van 50 besmettingen per 100.000 inwoners bereikt en voert de algemene mondmaskerplicht in. Maar dat komt ook omdat Brussel haar testcapaciteit heeft verdubbeld. "Alleen naar het aantal besmettingen kijken, is misleidend. Dat we door de verhoogde testcapaciteit sneller over de alarmdrempel van 50 zitten, is een feit,” zegt Inge Neven, hoofd van de Brusselse Gezondheidsinspectie.

De onenigheid tussen wetenschappers over de Brusselse coronacijfers valt op. Hoofdviroloog van Sciensano Steven Van Gucht uitte zich er dinsdagochtend voorzichtig optimistisch over, terwijl radicalere veiligheidsmaatregelen volgens biostatisticus Geert Molenberghs (KU Leuven/UHasselt) niet snel genoeg kunnen genomen worden.

Het aantal Brusselse besmettingen steeg de afgelopen weken snel in Brussel, maar het gewest verdubbelde dan ook haar testcapaciteit: van zo'n 2.000 coronatests per dag twee weken geleden naar ongeveer 4.000 tests per dag vandaag. Het gewest voert dat getal momenteel nog meer op.

“Dat we door de verhoogde testcapaciteit sneller over de alarmdrempel van 50 zitten is een feit,” aldus hoofd van de Gezondheidsinspectie Inge Neven. “Maar we breiden onze testcapaciteit natuurlijk ook net uit omdat we vaststellen dat het virus aan kracht wint. Meer positieve gevallen leiden ook tot meer hoge risicocontacten, en dus meer testen.”

Positiviteitsratio

Aangezien testcapaciteit een belangrijke parameter is, maar die bijna nooit getoond wordt in de inmiddels bekende besmettingsgrafieken, is het dan niet juister om naar de positiviteitsratio (de verhouding van het aantal uitgevoerde tests tegenover het aantal positieve besmettingen) te kijken? Ook dat beeld blijkt vertekend, zegt Neven. “Hoewel de positiviteitsratio een belangrijke corona-indicator is, kunnen we het cijfer niet alleenstaand gebruiken om eventuele striktere maatregelen op te leggen. Het is één van de vele parameters die in rekening wordt gebracht, maar als er grote clusters zijn kan het positiviteitsgetal snel stijgen. Toch is en blijft het een belangrijke factor.”

“Tijdens de eerste golf werd er symptomatisch getest, wat zorgde voor een zeer hoog ratio," klinkt het verder. "Nu wordt er veel willekeuriger getest en kunnen Brusselaars die geen symptomen vertonen zich veel makkelijker laten testen, wat een heel laag ratio met zich meebrengt."

“De Brussels positiviteitsratio lag twee weken geleden nog op 2%, nu ligt het op 5%. Zo’n stijging kan natuurlijk niet genegeerd worden en is een indicator dat het virus aan kracht wint. Anderzijds gaat het gewest nu beginnen met het testen van alle woonzorgcentra, wat de positiviteitsratio dan normaal gezien ook weer zal beïnvloeden.”

Reproductiecijfer

Kijken we dan best naar het reproductiecijfer? “Het reproductiecijfer is een soort van virologische zwarte magie,” klinkt het dan weer bij viroloog Marc Van Ranst. “Een ingewikkelde rekenformule gebaseerd op het aantal hospitalisaties, maar met nog een resem andere factoren. Het aantal ziekenhuisopnames is de zuiverste factor.”

“Maar ook de ziekenhuisopnames geven geen volledig beeld van de epidemiologische situatie,” verheldert Neven dan weer. “Het virus gaat nu vooral rond bij de jongere actieve bevolking die veel minder vatbaar is voor het virus. Daardoor zijn er op dit moment minder hospitalisaties en vertonen de patiënten die in de Brusselse ziekenhuizen liggen veel mildere symptomen, wat de situatie minder ernstig doet lijken dan in maart en april.”

Focus op tendensen

“Het is dus zeer kortzichtig om naar één cijfer te kijken,” concludeert Neven. “Ons team houdt rekening met enorm veel verschillende cijfers en parameters. Het klopt dat de verhoogde Brusselse testcapaciteit ervoor zal zorgen dat er sneller gewestelijke veiligheidsmaatregelen worden genomen. Maar 50 besmettingen op 100.000 inwoners is dan ook weer een arbitrair getal. Je moet ergens de grens trekken.”

“Elk getal is arbitrair,” besluit Van Ranst. “Het zal altijd wikken en wegen blijven. We proberen er nu gewoon voor te zorgen dat iedereen in september naar school kan. Dat is op dit moment het belangrijkst.”