Vlaams parlement stemt voor meer voorrang Nederlandstaligen

In het Vlaams parlement is het Onderwijsdecreet XX goedgekeurd. In Brussel krijgen Nederlandstaligen meer voorrang. Het gaat om 55 procent van de plaatsen. Voordien was dat 45 procent. De ouders zullen ook moeten bewijzen dat ze effectief Nederlands spreken. [1 reactie]

In het decreet zitten ook andere maatregelen vervat om de capaciteitsproblemen in Brussel en andere steden aan te pakken. Zo kunnen nieuwe scholen voortaan worden opgericht op minimum 250 meter van een bestaande. Tot nu kon mocht er geen school opgericht worden als er binnen de twee kilometer een school van hetzelfde net was.

Met het decreet wil Vlaams onderwijsminister Pascal Smet (SP.A) er onder meer voor zorgen dat Nederlandstaligen in Brussel zeker een plaatsje vinden in een Nederlandstalige school.

Vlaams parlementslid Paul Delva (CD&V) en Brussels parlementslid Bianca Debaets (CD&V) zijn tevreden : "Nederlandstalige kinderen moeten ten allen tijde in Nederlandstalige scholen terecht kunnen. Ook in Brussel. Ook de vele anderstalige kinderen die in de Nederlandstalige scholen in Brussel les volgen en er heel welkom zijn, hebben hier immers belang bij."

Ook N-VA is blij met de nieuwe regels. Net als CD&V verheugt de partij zich ook over het sneuvelen van de verklaring op eer. Ouders die gebruik willen maken van de voorrangsregeling voor Nederlandstaligen moeten nu een duidelijk controleerbaar bewijs voorleggen. Dat kan met een diploma van een Nederlandstalige secundaire school, via een bewijs dat men 9 jaar Nederlandstalig onderwijs heeft gevolgd, of door het afleggen van een taaltest.

"Een goede zaak", vindt Vlaams parlementslid Willy Segers. "Vaak werd al te creatief omgesprongen met deze verklaring op eer. Het systeem was allesbehalve sluitend, met misbruiken tot gevolg. Daarom kiezen we nu voor objectieve maatstaven."