Voetganger haalt auto in

Christophe Degreef
© Brussel Deze Week
19/06/2013
De Brusselaar gaat vaker te voet dan met de auto. Dat is de voornaamste conclusie van een studie van het kenniscentrum Brusselse Mobiliteit. Toch blijft het autogebruik aanzienlijk en bij het hoogste van Europa.

Z evenendertig procent van alle verplaatsingen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gebeurt te voet, tegenover 32 procent met de auto. Tien jaar geleden was dat nog respectievelijk 32 procent en 50 procent. Conclusie: stappen is in de stad het voornaamste vervoermiddel geworden. Het gebruik van metro, tram of bus bedraagt 24 procent van alle verplaatsingen in de stad.

Dat alles staat in de tweede editie 'katernen' van het Kenniscentrum voor Brusselse Mobiliteit. Die brengt - onder meer op gezag van Brussels Staatssecretaris voor Mobiliteit Bruno De Lille (Groen) - allerhande cijfers over mobiliteit samen in één document.

Het succes van stappen in de stad hoeft niet te verbazen, gezien het drukke verkeer waarmee Brussel dagdagelijks te maken heeft. Volgens het kabinet-De Lille is het autoverkeer dan wel licht afgenomen de voorbije tien jaar - onder meer door een sterke instroom van mensen zonder auto - maar is de autodruk wel gestegen, onder meer omdat de openbare ruimte gestaag is aangepast aan andere vormen van mobiliteit, zoals stappen, fietsen en openbaar vervoer.

Uit de studie blijkt bijvoorbeeld duidelijk dat een gebrek aan parkeerplaatsen in de nabijheid van het werk een sterk ontradend effect heeft op wie hoofdzakelijk de auto neemt. Ter illustratie: als je kan parkeren, dan is het autoverkeer binnen Brussel goed voor 38 procent van alle verplaatsingen. Is er geen parkeerplaats, dan zakt het aantal verplaatsingen per auto tot vijftien procent. Die cijfers komen overeen met een sterke stijging van stap- en openbaar vervoersverkeer. Kan je parkeren, dan zijn die middelen goed voor respectievelijk 29 procent stapverkeer en 21 procent openbaar vervoersverkeer. Is er geen parkeerplaats, dan stijgt het stapverkeer tot 34 procent en het openbaar vervoersverkeer tot 30 procent.

Brussel vs Vlaanderen
Een ander verhaal is het pendelverkeer van en naar Brussel. Daar blijft de auto het hoofdvervoermiddel. 50 procent van alle verplaatsingen gebeurt individueel per auto, alle andere vervoersmodi zijn van verwaarloosbaar belang voor pendelaars, behalve de trein, die goed is voor ongeveer 27 procent van alle verplaatsingen.

Dat wil echter niet zeggen dat de Brusselaar zelf geen autoliefhebber is. 65 procent onder hen heeft één of meerdere auto's. Na Turijn (623) en Napels (537) is Brussel de derde stad met het hoogst aantal inschrijvingen voor auto's per duizend inwoners (482). Steden als Kopenhagen (218), Glasgow (286) en Amsterdam (286) doen beter. Het autobezit daalt wel lichtjes in Brussel. Een aanzienlijk percentage van de Brusselaars - 35 procent - heeft helemaal geen auto.

De fiets is in Brussel goed voor ongeveer 3,5 procent van alle verplaatsingen. Op tien jaar tijd is dat een verdrievoudiging. Zestig procent van de inwoners van het stadsgewest hebben echter geen fiets, hoofdzakelijk wegens plaatsgebrek.

Opmerkelijk in de cijfers is dat de stedelijke mobiliteit zich distantieert van de mobiliteit in Vlaanderen en Wallonië. Enkele voorbeelden: tachtig procent van de Randbewoners heeft geen abonnement op het openbaar vervoer, vijftig procent van de Brusselaars heeft dat wel. In de Rand heeft tachtig procent van de bewoners één of meerdere auto's. Maar in diezelfde Rand heeft zeventig procent ook wel één of meerdere fietsen.

Dit en volgend jaar worden nog twee edities van de 'katernen' uitgebracht door het kabinet van de staatssecretaris, de Facultés Universitaires Saint-Louis en Brussels Studies.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving

Lees ook

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni