‘We geven Beursgebouw terug aan de Brusselaar’

Volgens schepen Philippe Close (PS) zal de herbestemming van het Beursgebouw veel meer inhouden dan enkel het geplande biermuseum. “Het Beursgebouw wordt opengesteld voor iedereen en moet vooral een passage worden tussen de Grote Markt en de Anspachlaan”, maakt de schepen zich sterk.

Dat zei de schepen Close op de laatste gemeenteraad van het jaar maandagavond. Hij reageerde op de zorgen van onder meer oppositieraadslid Marie Nagy (Ecolo-Groen), die vreesde “voor een nieuw Ilot Sacré, waarbij het centraal zetten van bier enkel toeristen en avondactiviteiten zal aantrekken en de bewoonbaarheid van de wijk niet zal verbeteren. De situatie op de centrale lanen is sinds de inrichting van de voetgangerszone al niet bepaald prettig.” Eerder gaf ook stadsvereniging Arau al aan dat het vreest voor “de folklorisatie van het centrum” door het biermuseum.

Maar dat biermuseum,voorlopig Belgian Beer Palace genaamd, is slechts één onderdeel van de plannen, verzekert Close, nadat het al enkele maanden opvallend stil bleef over de herbestemming van het museum. “Ik kan niet genoeg benadrukken dat het biermuseum maar een klein deel van het gebouw zal innemen, en dan nog vooral de kelders en het dak.”

“Het Beursgebouw is sinds 1998 in privéhanden en was al die tijd gesloten voor het publiek. We zullen nu het symbolische gebouw teruggeven aan de Brusselaar door het voor iedereen open te stellen.” De Beurs zal vooral moeten dienen als doorgang, waar iedereen gratis door kan lopen. “Daarom werd het project van het prestigieuze architectenbureau Robbrecht & Daem net gekozen, omdat het net een gemixte functie van het gebouw beoogt.”

Close benadrukt nog dat de nadruk ligt op de renovatie van het gebouw. Op de gemeenteraad werd gewag gemaakt van een prijskaartje van 12 miljoen euro. “Dat is inderdaad de schatting, maar op zo’n emblematisch gebouw mogen we geen prijs plakken”, aldus Close.