Bozar zet de kroon op tien jaar Singing Brussels met Let's Zing Ensemble, een project dat vijftien amateurkoren loslaat op tien nieuwe composities. Hoe vat je Brussel in muziek? Hoe klinkt de stad van je hart? En hoe zing je een bonte dwarsdoorsnede van je hometown?
Ivan Put
| Componist en Let’s Zing Ensemble-begeleider Maarten Van Ingelgem geeft de amateurkoren tijdens de doorloop de sporen.
Ma belle? Bruxelles? / Un deux trois perdu! / Ma belle? B-X-L? / Wie niet weg is j'ai pas vu!”
“Wie wil de bas zingen?” Componist en Let's Zing Ensemble-begeleider Maarten Van Ingelgem weet dat hij voor de zangpartij van 'Ma belle', een van de sleutelsongs van het nieuwe Brussel-oeuvre, veel vraagt van de aanwezige amateurkoren. De songs komen van tien Brusselse artiesten: van de Frans-Brusselse chanteuse Françoiz Breut en de Schaarbeekse rasmuzikant Tomas Van Cottom alias Cabane over Avalanche Kaito, de rockband rond de Brussels-Burkinese griot Kaito Winse, en de Belgisch-Marokkaanse zangeres Laïla Amezian tot r&b-talent Oriana Ikomo. Alhoewel sommigen als kind al zongen in een koor, wijkt hun huidige werk fel af van het doordeweekse koorrepertoire. Omdat hun gevraagd werd om hun muzikale universum trouw te blijven, gaat het telkens om een hoogst individuele lezing van de stad. Maar samen vormen de composities een bonte dwarsdoorsnede van hun hometown.
Van Ingelgem moet maar even wachten voor er respons komt uit de Henry Le Bœuf-zaal, waar vijftien koren verzameld zijn, die een groot deel van het podium en de parterre bezetten. Tijdens Fête de la Musique zullen ze na een korenparcours hier opnieuw de krachten bundelen voor een slotevenement met dirigent Dirk Brossé, die orkestraties schreef bij de nieuwe composities. Dan zullen de koren extra ondersteund worden door (leden van) het Belgian National Orchestra, de Orchestra Academy en Young Belgian Strings.
De man die meteen rechtsprong toen Van Ingelgom verlegen zat om een basstem, blijkt Ayham Kassab (34) te zijn. De Syrische postdoctoraal onderzoeker verhuisde vijf jaar geleden naar Brussel vanuit de Franche-Comté, waar hij Computerwetenschappen studeerde. In zijn vrije tijd zingt hij al een tijdje bij Café Latte, het studentenkoor van de VUB. “Peer pressure,” lacht hij, gepolst naar een reactie. “De tenoren waren me aan het uitdagen!”
Oorwurm
Café Latte is een van de meest diverse koren in de zaal, ook al omdat hun repetities in het Engels zijn. “Alhoewel we een studentenkoor zijn, staan we open voor iedereen,” vervolgt Kassab. “Het repertoire waar we hier onze tanden in mogen zetten, beklemtoont het inclusieve en levendige karakter van de hoofdstad. Zelfs als het fout gaat en we gecorrigeerd moeten worden, weten we er het beste van te maken. Omdat het repertoire verschilt van wat we gewoon zijn, was het in het begin wat zoeken, maar oefening baart kunst.”
“Het was geen liefde op het eerste gezicht met 'Ma belle',” treedt zijn jongere collega Ward Gauderis hem bij. “Maar uiteindelijk viel alles in de plooi.” De jonge Antwerpenaar, die straks zijn podiumdebuut maakt met Café Latte, vergelijkt het met zijn eigen Brussel-parcours. “Ik woon hier nu twee jaar en heb me ook moeten aanpassen. Daarom herken ik me in de tekst. Een zinsnede als 'huizen die praten': dat is op en top Brussel.”
“Elke dag één voet aan de grond / om mee te verdwalen / huizen die praten / vol kieren en gaten / het dak en de straten / geen droom die hier kan gaan slapen”
De woorden van 'Ma belle' zijn van Els Moors, van 2018 tot 2020 Dichter des Vaderlands. Zij werd erbij gehaald door Van Ingelgem, die de muziek schreef. “Enkele jaren geleden had hij al eens enkele gedichten uit mijn bundel Liederen van een kapseizend paard op muziek gezet,” vertelt ze BRUZZ even voor de eerste doorloop van het nieuwe repertoire. “Toen was ik er zelf niet bij betrokken. Dit keer was het schrijfproces een dynamische beweging.”
“Omdat iedereen zijn eigen Brussel heeft, vroeg dat ook van mij een aanpassing. Mijn poëzie is licht en sluit eerder aan bij chanson dan bij het klassieke koorwerk, waar Maarten mee vertrouwd is. Ik wilde er een oorwurm van maken, een liedje dat makkelijk te onthouden en mee te zingen is. Door te beginnen met een kinderrijmpje in de twee landstalen heb ik geprobeerd om het talige van de stad mee te geven zonder belerend of vervelend te worden.”
Beton versus zon
In 'Ma belle' zit zowel een verwijzing naar Joseph Conrad, die het in Heart of darkness heeft over Brussel als een begraafplaats van beton – Moors laat er als tegengewicht zonlicht op weerkaatsen –, als naar de jeugd van de schrijfster. “Als ik het heb over 'pleinen met meisjes geplooid naar de mode' zie ik mijn 15-jarige zelf opnieuw de trein nemen van Gent naar Brussel om samen met enkele vriendinnen kleren te gaan kopen in de tweedehandswinkels van de Marollen. Vandaag zie ik jonge gesluierde moslima's de mode even nauwlettend volgen.” Zulke observaties overstijgen de hectiek van alledag waar je in een grootstad – “toch vaak een dumpplek voor allerlei problemen” – mee geconfronteerd wordt.
“Als ik Brussel in het buitenland moet uitleggen, zeg ik altijd dat het centrum hier van niemand is. Hier liggen kansen die je in Parijs of Berlijn minder hebt, omdat de elite daar de ruimte dwingender inpakt. In Brussel kan dat niet, omdat die elite te dun is. Ze bestaat, maar is meer verspreid en zit goed verstopt. De gedachte dat de stad van niemand is, geeft een grote vrijheid. De vervelende kant van de zaak is dat als Brussel van niemand is, ook de schuld van niemand is. Die kan je blijven doorschuiven, want je hebt even weinig ownership als al de anderen die hier rondlopen. Als Vlaming voel ik me wel bevoorrecht: we worden cultureel enorm goed bediend vergeleken met andere bevolkingsgroepen.”
“Bruxelles, ma belle / Dans tes ruelles, de nos cœurs / Bruxelles, ma belle / Dans tes ruelles de couleurs”
Ook multi-instrumentaliste Esinam Dogbatse focust in haar compositie op de (gast)vrijheid die ze ervaart in haar geboortestad. “Brussel is de stad van mijn hart. Ze behoort niemand toe en is precies daarom van ieder van ons. Ik woon hier graag, maar keer na een reis of tournee ook graag terug. Dan zie je alle positieve aspecten die je weleens vergeet als je hier lang vastzit. 'Freedom, peace and love' ademt mijn muzikale identiteit, omdat ik me afgevraagd heb wat ik zelf met al die stemmen zou doen. Door mijn loop station halen, natuurlijk!” (Lees verder onder de foto)
Singer-songwriter Judith Kiddo liet zich, zoals wel vaker, inspireren door de natuur, in dit geval de zon en de klaproos. “De bloem staat symbool voor de Eerste Wereldoorlog, maar ook voor Palestina. Dat ontroerde me. Ze oogt frêle en breekbaar, maar kan overleven op de meest random plekken, dus ook in Brussel.”
Brussel van alledag
Bozar heeft de muzikale en thematische diversiteit van het nieuwe Brussel-repertoire doorgetrokken naar de selectie van de koren. “Er doen een Japans, een Chinees en een Oekraïens koor mee,” zegt coördinator Hidde van Schie. “De leden van dat laatste zijn twee jaar geleden de oorlog in hun thuisland ontvlucht en een koor begonnen om de moed erin te houden. Er zijn een lgbtqia+-koor, een gospelkoor, en ook een kinderkoor dat leerlingen uit twaalf Molenbeekse scholen tijdens de schoolpauze samenbrengt. Voor mensen die zelf niet in een koor zitten, maar toch zin hadden om deel uit te maken van Let's Zing Ensemble, hebben we zelf een koor opgericht, dat maandelijks gerepeteerd heeft, een beetje zoals bij Singing Brussels, de voorloper van Let's Zing Ensemble.”
De schrijvers zijn intussen erg onder de indruk. Moors beleefde haar kippenvelmoment al eerder, toen ze het koor Shout at Cancer 'Ma belle' voor het eerst hoorde brengen, met Van Ingelgem achter de piano. “Als kunstenaar denken we vaak dat iets alleen maar goed kan zijn als het esthetisch top is. Dat koor met mensen die geopereerd zijn aan hun stembanden heeft dat idee direct ontmanteld. Alleen de rauwe emotie van het samen zingen bleef over en sneed door merg en been. Dat weerspiegelde voor mij heel erg het Brussel van alledag, dat gewone mensen zich toe-eigenen.”
Als het de beurt is aan 'Puppies in the sky' nestelt Kiddo zich helemaal vooraan in de zaal. Zij ging vooraf al eens langs op een repetitie van Sing Out Brussels!, het kleurrijke queer koor uit Elsene dat haar liedje aanpakte. “Intense vreugde,” omschrijft ze het moment waarop ze het voor het eerst vertolkt hoorde door zoveel stemmen. “Ik heb het in afzondering gemaakt in een Frans klooster, waar ik soms op schrijfsessie ga, en was overweldigd door het aantal zangers, die bovendien net als ik queer zijn. Het grappige is dat mijn vriendin me erop moest wijzen dat mijn liedje over een coming-out gaat. Smachten naar de zon, zodat de bloemen kunnen bloeien, en dan de regels: 'We've been hiding too / … / We don't even know why we are also puppies in the sky.' Het ligt er vingerdik op.” (Lacht)
Even later staan we naast Esinam als ze alle koren voor het eerst haar compositie live hoort blenden. Ze geniet er dubbel van, want ze kan er tijdens het eigenlijke concert niet bij zijn. “Vraiment chouette. Ze moeten er nog een beetje in komen, maar dat is normaal.” Tijdens de doorloop zien we haar de dan al beter klinkende mix van stemmen filmen met haar smartphone. “Vooraf probeer je te visualiseren hoe het zal resoneren, maar met zo'n collectief is dat lastig. De koorleden voegen duidelijk een extra laag toe. Zij zijn de suiker.” De stemmenrijkdom voert haar terug naar haar kindertijd, toen ze zelf in een koor zat.
Kiddo kent die ervaring niet, “maar ik heb nu wel heel veel zin gekregen om me in te schrijven.” Moors, die ooit met een meisjeskoor optrad in Polen, volgt al een zangopleiding. “Komend jaar is samenzang daarbij verplicht. Misschien sluit ik me wel aan bij het koor van de VUB.”
Toegankelijk
Van Schie had het vooraf benadrukt: “Amateurkoren zijn een fantastische manier om je te verbinden met de stad. Een rockband is vier ego's in een hok, terwijl een koor je gemeenschapszin prikkelt en je opneemt in een sociaal weefsel. Met de mix van koren en schrijvers hebben we gepoogd de muzikale en culturele diversiteit van Brussel te vatten. Het nieuwe materiaal biedt een eigentijds panorama op de stad: het is niet religieus, maar transcendent, niet folkloristisch, maar multicultureel, maar vooral erg toegankelijk. Wie ermee aan de slag wil, kan partituren en tutorials downloaden. Bozar wordt nog te vaak gezien als een gebouw voor toppers uit de klassieke wereld, terwijl we ook een huis willen zijn waar mensen zich thuis voelen, nieuwsgierig zijn naar elkaar en fundamenteel menselijke activiteiten uitoefenen. Zingen is wat dat betreft net als tekenen: iedereen schaamt zich ervoor en zegt het niet te kunnen, maar uiteindelijk doen we het allemaal. Beseffen dat dit repertoire elke avond wel ergens in Brussel wordt ingeoefend en voor verbinding zorgt, maakt het project nu al geslaagd. De apotheose, met meer dan 500 zangers in Bozar, zal dat straks nog in de verf zetten.”
Op 23/6 vult Let's Zing Ensemble Bozar in het kader van Fête de la Musique, bozar.be
Lees meer over: Brussel-Stad , Events & Festivals , Muziek , Let's Zing Ensemble , Singing Brussels , Bozar , amateurkoor , Maarten Van Ingelgem , Els Moors
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.