Nu de competities erop zitten, maken we de balans op van het seizoen van de vier grootste Brusselse sportclubs. Vandaag: RWDM. In juni 2015 had RWDM geen stadion en hoop en al vijf werkloze voetballers onder contract. Vier jaar en twee promoties verder eindigde de herboren volksclub op een 8ste plek in de eerste amateurklasse. Op papier een parcours om fier op te zijn, maar na een al bij al saai seizoen is er stof tot nadenken: wil RWDM verder groeien, en tegen welke prijs?
| Wat is de ambitie van de club? Op welk niveau wil RWDM een stabiele club worden? Het zijn vragen die voorzitter Dailly zo snel mogelijk moet beantwoorden.
RWDM kwam dit jaar nooit in de gevarenzone terecht en de top-vijf bleek lange tijd haalbaar. Maar een dramatisch seizoenseinde veegde de hoop op een eindronde ruwweg van tafel.
-
Ambitie vooraf
Voorzitter Thierry Dailly bleef voor én tijdens het seizoen bewust vaag: de titel moest niet, maar een plek in de eindronde zou Dailly niet laten schieten. De droom van een promotie naar 1B sluimerde op de achtergrond. De club is daar volgens Dailly ook klaar voor. Dat de licentie voor 1B met vlag en wimpel werd binnengehaald, spreekt in het voordeel van de president.
Achteraf bekeken was niemand echt tevreden met de achtste plaats in de eindstand. RWDM liet dit seizoen twee gezichten zien: voor de winterstop lagen vooral het gebrek aan efficiëntie vooraan en zekerheid achterin aan de basis van duur puntenverlies.
Na de winter werd de verdediging enigszins gestabiliseerd, maar met het plotse vertrek van creatieve middenvelder (en notoir enfant terrible) Sindou Cissé verdween ook alle creativiteit uit de ploeg.
-
Match van het seizoen
In maart pakte RWDM na een ware thriller de scalp van leider Thes Sport: 4-3 werd het, met een winning-goal in de slotminuten. Even leek de eindsprint richting eindronde en wie weet, de promotie, ingezet. Vreemd genoeg zakte de ploeg nadien als een pudding in elkaar, met een beschamende 1 op 15 als resultaat.
De wittebroodsweken van RWDM zijn bij deze voorbij: de club kan niet meer terugvallen op haar geschiedenis, haar brede supportersschare of het heroïsche verhaal van haar wedergeboorte
De fans reageerden prompt met een protestactie tegen Lierse, maar rekening houdend met het sterke parcours van de afgelopen jaren leek die actie een beetje ongelukkig en vooral: bijzonder overhaast. Want wat hadden ze dan precies verwacht? De kern kon wellicht niet beter en enkele concurrenten bleken duidelijk te sterk.
La Louvière, Durbuy en Waremme van de mat vegen is duidelijk iets helemaal anders dan opboksen tegen het gewicht én de budgetten van profclubs als Deinze en Virton.
-
Speler van het seizoen
Van de kern die twee jaar geleden een eerste keer de promotie mocht vieren, blijft bijna niemand meer over. Sterkhouders als Brouckaert, Liard, Vandiepenbeeck, Timmermans, Sadin, Mabika en de broertjes Cabeke konden de ploeg niet meer op sleeptouw nemen als voorheen, of werden geteisterd door blessureleed. Exponent van de malaise is Jean-François Mbuba: van 24 doelpunten vorig seizoen naar amper 7 in 2018-19.
Slechts één speler slaagde er wel in om te bevestigen: Anthony Bova. De pijlsnelle aanvaller bleek van goudwaarde op de counter en zorgde met enkele belangrijke goals hoogstpersoonlijk voor puntengewin.
De Molenbeekse club zit in een overgangsfase. Dailly staat voor enkele moeilijke keuzes: moet de club blijven inzetten op Brusselaars die in Molenbeek hun opleiding genoten, ook al zal dat niet volstaan om de promotie naar 1B te forceren? Of moet de professionalisering van de club zich ook op sportief niveau doortrekken, met risico’s voor de identiteit en de smoel van de club?
De harde waarheid is dat de supporters één à twee jaar geleden nog naar het stadion kwamen voor jongens ‘van het huis’ zoals Cabeke, Vandiepenbeeck en Timmermans, maar die fans zullen wellicht niet blijven komen om diezelfde homegrown spelers in de middenmoot van eerste amateurklasse te zien spelen. Zelfs dit seizoen zaten er al minder mensen in het stadion dan in het titeljaar in tweede of zelfs derde amateurklasse.
-
Volgend seizoen
De eerste prioriteit van Dailly is het rechtzetten van het catastrofale transferbeleid van afgelopen seizoen. Van het tiental spelers dat hij voor het seizoen en tijdens de winterstop naar het Edmond Machtensstadion haalde, krijgen er hooguit drie een voldoende: verdedigers Gilles Ruyssen en Clement Fabre en de gehuurde middenvelder Ibrahima Bah, die alweer weg is.
Grote namen als Jonathan Kindermans en Nico Binst brachten niet wat er van hen verwacht werd, andere nieuwkomers hebben zelfs niet of nauwelijks op het veld gestaan.
De wittebroodsweken van RWDM zijn bij deze voorbij: de club kan niet meer terugvallen op haar geschiedenis, haar brede supportersschare of het heroïsche verhaal van haar wedergeboorte. Hoe hoger Dailly mikt, hoe meer de wetten van het profvoetbal (en onvermijdelijk: de budgetten) een rol spelen.
Achteraf bekeken was niemand echt tevreden met de achtste plaats in de eindstand
Kan RWDM op eigen kracht een promotie naar 1B forceren en zich daar ook handhaven, of moet Dailly kijken naar het voorbeeld van buur Union, en een externe investeerder zoeken? Daar staat nauwelijks nog een Brusselaar op het veld, maar Dailly heeft het prachtseizoen van de club uit Sint-Gillis ongetwijfeld met argusogen gevolgd.
Ambitieus als Dailly is, beseft hij wellicht als geen ander dat er geen tijd te verliezen valt als hij van RWDM alsnog de tweede club van het gewest wil maken.
Sport op BRUZZ
Lees meer over: Sint-Jans-Molenbeek , Sport , Sport op BRUZZ , RWDM , Het seizoen van , Voetbal
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.