Een trainer die in je gelooft, een topprestatie op het juiste moment: dergelijke ‘details’ kunnen uitmaken of een voetballer al dan niet doorbreekt. Voor Kevin Serville (31) was het altijd net niet. Ondanks goede prestaties kreeg hij nooit zijn kans in eerste klasse. Na zijn passage bij RWDM zoekt hij bij Leopold Ukkel vooral naar spelplezier.
Kevin Serville ruilde RWDM voor Leopold Ukkel
Serville heeft er een resem clubs op zitten. Het begon met een aanbod van Anderlecht toen hij nog erg jong was. “Anderlecht wou me als prille tiener wegplukken bij RCS Brainois,” vertelt Serville. “Dat liep mis. Omdat hun afgevaardigde niet opdaagde voor een afspraak met mijn vader, was het voor hem uitgesloten dat ik naar Anderlecht zou gaan (lacht). Dat RWDM kwam aankloppen en mijn pa supporter van die club is, zal ook wel een rol gespeeld hebben.”
Serville was dertien toen hij naar Molenbeek trok, een hele verandering vergeleken met de buurtploeg waar hij debuteerde, maar hij verteerde de overstap zonder problemen. Hij beleefde drie mooie jaren in het Edmond Machtensstadion, tot de club failliet ging.
“Die periode blijft een van mijn mooiste souvenirs. RWDM was een grote familie, met veel talentvolle jongeren.
Soms maakten we wel wat mee. Met zeven ploegen op één synthetisch veld trainen omdat de andere velden onder water stonden. Of trainingspakken die na twee maanden kapot waren. Maar we presteerden uitstekend. Elk seizoen klopten we Anderlecht, toen met Kompany in de ploeg.”
“Met het faillissement werd de toekomst van de club onduidelijk en ik vertrok naar Anderlecht. Wat een contrast. Ik was zeventien en werd geconfronteerd met harde concurrentie. Regelmatig kregen testspelers de voorkeur op ons, en jongeren kregen in die tijd niet zoveel kansen. Ik heb er veel bijgeleerd door met toppers te trainen, maar ik besefte na twee jaar dat ik weg moest.”
Serville verliet Anderlecht voor Brussels, maar kreeg ook daar geen kans. De ploeg draaide niet en dan wordt niet meteen op een jonge ket gerekend. Derdeklasser White Star Woluwe bood een uitkomst. Serville begon aan een tocht door derde en tweede klasse. “Het liep goed in Woluwe, daarom kwam tweedeklasser OHL me halen.
Met ons sterke team speelden we tijdens mijn tweede seizoen zelfs de eindronde, al eindigden we daarin laatste. Ik speelde een zeventigtal wedstrijden voor OHL. Na twee seizoenen kreeg ik echter de boodschap dat andere spelers voorrang zouden krijgen. Ik ging op zoek naar een nieuwe ploeg, maar ik vond er geen naar mijn zin. Dat was erg frustrerend.”
American Dream
Uiteindelijk werd het eerst een terugkeer naar White Star, om vervolgens weer in tweede klasse te belanden, bij het Oost-Vlaamse Wetteren. Daar kwam Serville tot het besef dat hij een stap had gemist om in de verhoopte eerste klasse te kunnen spelen. “Je hebt een beetje geluk nodig om door te kunnen breken. Dat geluk heb ik niet gehad. In mijn periode bij OHL heb ik nochtans bewezen dat ik er de kwaliteiten voor heb.”
“Na mijn passage bij Wetteren had ik het mentaal moeilijk. Ik zat zonder club en moest mijn ritme onderhouden bij de beloften van Woluwe-Zaventem. Gelukkig haalde Racing Mechelen me tijdens de winterstop binnen. Ik speelde er anderhalf seizoen en was er zelfs kapitein. Mijn passage daar is een superherinnering.”
Helaas staken financiële problemen de kop op en zat Serville opnieuw zonder club. Deze keer waagde hij zich aan een buitenlands avontuur. Via een vriend die hij deelt met Vincent Kompany, belandde hij in Manchester. Hij testte er bij Accrington Stanley, in de Engelse vierde klasse, en had er lang uitzicht op een contract.
Een nieuwe geldschieter van de club stak er een stokje voor. “Ik heb dat seizoen nog vier maanden bij Macclesfield Town gespeeld, in de Engelse vijfde klasse, maar door problemen met mijn papieren waren dat alleen vriendenmatchen.”
“Op het einde van dat seizoen benaderde een Canadese makelaar me met het voorstel om in de Verenigde Staten te testen. Zonder die man ooit ontmoet te hebben, trok ik naar de Eagles in North Carolina, die in de Amerikaanse derde klasse uitkomen. Wat een verrassing!
De infrastructuur was er prachtig, het was geweldig om daar te testen. Lange tijd zag het ernaar uit dat ik er mocht tekenen, maar uiteindelijk zagen ze er toch van af. Dat was een van de grootste ontgoochelingen uit mijn carrière. Ik zag de American Dream al helemaal voor me.”
Ket van Molenbeek
De ontgoocheling was zo groot dat Serville er zelfs even aan dacht om te stoppen met voetballen. Tot Thierry Dailly zijn plan voorstelde om RWDM opnieuw tot leven te wekken. Serville besliste te tekenen bij zijn oude liefde, op een moment dat er nog zeer veel onzekerheden waren rond de club.
“Het was fantastisch om als ket van Molenbeek terug te komen bij de club van mijn hart en opnieuw een volle tribune te zien in het Edmond Machtensstadion,” zegt Serville. “Jammer genoeg heb ik door veel blessureleed maar de helft van de matchen kunnen spelen. We hebben als ploeg niet kunnen beantwoorden aan de verwachtingen van onze aanhang. Je moet dat ook in de context zien: we werden uit het niets samen in een ploeg gestoken, in een club die net was opgericht.”
“Na het seizoen werd duidelijk dat ik alleen met een prestatiegericht contract kon blijven. Dat vond ik een gebrek aan erkenning. Ik moest veel matchen kort op elkaar spelen en inspringen op verschillende posities. Net daardoor heb ik die blessures opgelopen. Daarom was ik erg ontgoocheld in het voorstel van de club.”
Serville zal dit seizoen nog één keer in het Edmond Machtensstadion te zien zijn, maar wel als speler van Leopold Ukkel. Een club met een zekere ambitie, waar hij zijn voetbalcarrière kan combineren met werk. “Ik heb meer dan 220 matchen in de nationale reeksen achter de rug. Als ik nog een paar jaar kan spelen, ben ik tevreden. De tijd is gekomen om te focussen op mijn professionele carrière na het voetbal.”
Het seizoen van RWDM
Lees meer over: Ukkel , Sport , Het seizoen van RWDM
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.