Gele hesjes, Extinction Rebellion of pop-upbetogingen tegen de coronamaatregelen. De Belgische en vooral Brusselse politiediensten worden de voorbije jaren steeds vaker met nieuwe manieren van betogen geconfronteerd. Een echte organisator ontbreekt daarbij vaak, afspraken maken blijkt aartsmoeilijk. En een pasklaar antwoord, dat heeft de politie nog niet. “Alles begint met vertrouwen opbouwen.”
| Onder de noemer Royal Rebellion roept de radicale klimaatbeweging Extinction Rebellion in oktober 2019 op om het Koningsplein te bezetten, waar betogen verboden is. De situatie escaleert.
November en december 2018. Brussel maakt voor het eerst kennis met de gele hesjes, op dat moment al een half jaar vooral een Frans fenomeen. Een aanvraag voor hun betoging is er niet, een gesprekspartner voor de politie evenmin, laat staan dat de betogers een eigen ordedienst zouden hebben. Een deel van de honderden betogers kiest bij verschillende opeenvolgende edities resoluut voor de confrontatie: de politie wordt bekogeld, de schade door vandalisme is groot.
Oktober 2019. Extinction Rebellion organiseert zijn meest spraakmakende actie tot nog toe. Onder de noemer Royal Rebellion roept de radicale klimaatbeweging op om het Koningsplein te bezetten, in de neutrale zone waar betogen verboden is. Er zijn deze keer wel contacten tussen de politie en leden van de beweging, maar de situatie escaleert toch. De politie zet CS-gas en het waterkanon in om het plein te ontruimen, honderden manifestanten zijn helemaal verrast door het plotse geweld.
Maart 2021. Op het Vossenplein in de Marollen verzamelen enkele honderden deelnemers voor een Carnaval Sauvage, een optocht door de wijk richting Sint-Gillis en Anderlecht. De deelnemers zijn bont uitgedost in zelfgemaakte kostuums, de politie van de zone Brussel-Elsene valt uit de lucht. Het evenement was dan ook nergens aangekondigd en een organisator blijkt onvindbaar. Een toelating hadden de deelnemers in tijden van strenge coronamaatregelen hoe dan ook niet gekregen. Even later steekt de groep, die aangroeit tot een kleine duizend man, de grens naar de naburige politiezone over. Daar grijpt de politie pas bij valavond in. Er wordt ook gewag gemaakt van een aanval op de agenten.
De drie voorbeelden zijn stuk voor stuk uitingen van een nieuwe manier van manifesteren, zelfs al is het anarchistische carnaval geen betoging in de klassieke zin. In de drie scenario's heeft de politie het moeilijk om contact te leggen met een verantwoordelijke van de organisatie. Vaak is dat omdat die er ook helemaal niet is. Extinction Rebellion gaat er bijvoorbeeld prat op dat er geen leiders zijn, alleen mensen die er individueel voor kiezen om deel te nemen. Soms omdat de organisatoren expliciet geen contact willen met de politie, die ze als vijand beschouwen.
“Ik herinner me dat toen we eindelijk iemand van de gele hesjes ontmoetten, die me geen hand wou geven,” vertelt Daniel Van Calck. “'Als ik u een hand geef, zal ik me vuil voelen,' kreeg ik te horen.” Van Calck staat bekend als de Monsieur Manif van het politiekorps Brussel Hoofdstad Elsene. Hij is verantwoordelijk voor het strategische beleid inzake betogingen binnen het korps. “Terwijl wij geen vijand zijn, maar ons net dubbel plooien om zoveel mogelijk betogingen mogelijk te maken.”
“Iemand van de gele hesjes wou me geen hand geven. Hij zou zich ‘vuil’ voelen. Terwijl wij geen vijand zijn, maar ons juist dubbel plooien om zoveel mogelijk betogingen mogelijk te maken”
Aanhoudingen als doel
Het gebrek aan een representatieve gesprekspartner is meer dan vervelend voor de politie. “We weten dan bijvoorbeeld niet hoeveel deelnemers er bij benadering zijn, wat de mogelijke reisplannen zijn,” legt Aline Lefèvre uit, het hoofd van de dienst interventies bij het korps, dat negenhonderd betogingen per jaar begeleidt. “Het is ook moeilijker om te communiceren over bepaalde wettelijke voorschriften, zoals het verbod op demonstraties in de neutrale zone of op de Grote Markt. Dat kan tot gevolg hebben dat de deelnemers de aanwezigheid van de politie aan de ingangspunten van deze perimeters niet begrijpen, wat als een provocatie kan overkomen of de spanningen kan aanwakkeren.”
Als je geen gesprekspartner hebt, loopt de situatie met andere woorden veel sneller uit de hand, ook dat is een kenmerk van de NWP, zoals het fenomeen binnen de politie ondertussen wordt afgekort, de new ways of protesting. Niet alleen de politie kan daarbij een provocerende indruk maken. Agenten hebben ook steeds vaker te maken met demonstranten die doelbewust de confrontatie zoeken. “Zich laten aanhouden wordt soms een doel op zich, want op die manier spreekt de pers over je actie,” zegt Van Calck. “De daden van de politie criminaliseren wordt nog zo'n doel. Geweld uitlokken om nadien van politiegeweld te kunnen spreken.”
Wat de nieuwe manier van manifesteren nog typeert: de rol van sociale media. Die staan toe om snel een grote groep mensen te mobiliseren die elkaar verder vaak van haar noch pluim kennen. En diezelfde sociale media maken het ook eenvoudig om nadien scènes uit de betoging te isoleren en daarrond opnieuw te mobiliseren, merkte Van Calck. “Sociale media versterken een soort tunnelvisie. Op café worden laat op de avond weleens boude stellingen verkondigd, maar meestal is er wel iemand die net iets minder dronken is dan de rest en tegengas geeft. Wel, die persoon ontbreekt vaak op sociale media. En als hij er is, wordt hij soms zelfs geblokkeerd.”
Ook Sofie De Kimpe, VUB-professor en politie-experte, ziet hoe de nieuwe manieren van protesteren opgang maken. “België liep lang voorop als het gaat over het beheer van betogingen, wij waren een echt voorbeeldland, dat het concept van 'genegotieerd beheer van de publieke ruimte' heeft uitgewerkt.” Dat concept houdt in dat de politie voordien afspraken maakt met de organisatoren over demonstraties en een deel van de verantwoordelijkheid ook bij die organisator komt te liggen, die bijvoorbeeld een interne ordedienst op poten zet.
Achterhaald model
“De oorsprong van die praktijk gaat al terug tot de jaren 1970 en de mijnstakingen,” zegt De Kimpe. “Die verliepen vaak zo hard dat er slachtoffers vielen bij zowel de betogers als de rijkswacht. Het is die rijkswacht die daarop op zoek ging naar betere manieren om met demonstraties om te gaan. Alleen is dat model vandaag achterhaald omdat de maatschappij is veranderd. Met een vakbond die zijn leden mobiliseert, kan je prima afspraken maken, met dat nieuwe soort betogingen ligt dat helemaal anders.”
En de actievoerders, hoe kijken die naar de nieuwe trend? Bij Extinction Rebellion geven ze alvast grif toe dat er geen centrale sturing is. “De decentrale organisatie maakt actievoeren net veel efficiënter,” zegt Christophe Meierhans, behalve theaterregisseur ook actief lid (noem hem geen woordvoerder) van Extinction Rebellion. “Lokale groepen moeten geen toestemming vragen als ze actie willen voeren. Die manier van werken is geïnspireerd op het concept van de holacratie, een verticale organisatie die ook steeds meer ingang vindt in bedrijven.”
Meierhans ontkent ook niet dat Extinction Rebellion bewust buiten de lijntjes kleurt. “Als we in de neutrale zone protesteren is dat omdat we het vertrouwen verloren hebben in de overheid. Als zeventigduizend mensen netjes volgens de regels betogen voor het klimaat beweegt er helemaal niets. Dus moet het anders. We proberen de actievoerders daar ook op voor te bereiden, uit te leggen dat je bij burgerlijke ongehoorzaamheid ook moet bereid zijn om gearresteerd te worden. En we leggen uit hoe je geweldloos verzet kunt plegen.”
De manier waarop die Royal Rebellion in 2019 eindigde, heeft Meierhans vandaag overigens nog niet helemaal verteerd. “Er waren wel degelijk contacten vooraf met de politie, maar die heeft op een bepaald moment beslist om zonder waarschuwing en met groot machtsvertoon in te grijpen. Het voelde alsof men de weerstand wou breken. In zekere zin heeft dat geweld ook een deel van het elan gebroken.”
Dialogue policing
Wat zijn dan de juiste antwoorden op die nieuwe manieren van protesteren? Dat is de hamvraag waarop de politie vandaag nog geen eenduidig antwoord kent, geeft Olivier Slosse, woordvoerder van de zone Brussel Hoofdstad Elsene toe. Het is ook de reden waarom de geïntegreerde politie met een werkgroep is begonnen rond de new ways of protesting. Aline Lefèvre is er covoorzitter van. Of ze al een begin van een antwoord heeft?
“We willen met communicatieteams beginnen, teams in uniform die naar de betogers gaan om de aanpak van de politie uit te leggen. Zo hopen we te voorkomen dat een menigte gewelddadig wordt. Verder werken we aan nieuwe technieken en tactieken om te reageren op het fenomeen van een harde kern, die in de demonstratie infiltreert om te plunderen. Ten slotte willen we onze procedures bij massa-arrestaties verbeteren en zo bijvoorbeeld voorkomen dat mensen van hun vrijheid worden beroofd die niets met de demonstratie te maken hebben.” Dat laatste was met name het geval bij de veelbesproken betoging van 24 januari, uitgerekend tegen politiegeweld. Een 250-tal manifestanten werd toen opgepakt en er liepen ook heel wat klachten over fysiek geweld in het cellencomplex binnen.
Ook Daniel Van Calck benadrukt het belang van blijvend communiceren én hamert op vertrouwen als fundament. “Die communicatieteams maken deel uit van wat we dialogue policing noemen. De belangrijkste manier om uit de impasse te raken lijkt me om het vertrouwen terug te winnen door te blijven praten, ook als er geen toestemming is aangevraagd voor een betoging. Dat we bij bepaalde groepen het vertrouwen verloren hebben, heeft trouwens ook te maken met Covid. Maar ik denk dat we na de pandemie wel zullen zien dat we die nieuwe protestgroepen geleidelijk zullen kunnen bereiken met ons model van 'genegotieerd beheer van de publieke ruimte'.”
Niet iedereen deelt het optimisme van Monsieur Manif. “We zitten met een algemeen probleem van vertrouwen in de politie,” analyseert professor emeritus en veiligheidsexperte Els Enhus (VUB). “Niet alleen in Brussel, dat blijkt uit alle literatuur die er tegenwoordig over verschijnt. De politie snapt naar mijn gevoel niet genoeg dat vertrouwen de basis is en dat gebrek eraan confrontaties uitlokt, ook bij betogingen. Daarom ben ik ook zo boos als agenten de pedalen verliezen.” Enhus ziet trouwens nog een tweede vertrouwensbreuk en die ligt binnen de politie zelf. “Recent onderzoek toont ook hoeveel agenten een gebrek aan steun ondervinden van hun oversten.”
Militarisering
Achter de schermen meent Enhus nog altijd een strijd te zien tussen verschillende trends binnen de politie. “Sinds het moment dat de politie en rijkswacht een organisatie geworden zijn, voel je dat men blijft zoeken naar manieren om die nieuwe grote organisatie te runnen. Het model van de nabijheidspolitie leek daarbij de overhand te halen, maar onderhuids voel je ook krachten die naar meer militarisering en een harde aanpak neigen. Ook in het buitenland is dat zo, kijk maar naar de VS. De aanslagen hebben die roep hier nog versterkt.”
Haar opvolger Sofie De Kimpe wijst erop dat we ook wat verder mogen kijken dan het politiekader. “Vertrouwen ontstaat ook als de politiek luistert naar bepaalde verzuchtingen. Als je die blijft negeren, dan vangt de politie vaak de klappen, zoals bij Black Lives Matter. ”
Binnen het politiekader blijft de professor geloven in nabijheidspolitie als de weg vooruit om het vertrouwen te herstellen. “Het werk in de wijk leidt tot verbinding met de bevolking. Dat én een efficiënte recherche, waarbij je ook over de resultaten communiceert, lijken me de basiselementen.”
De Kimpe herinnert zich in dat verband een huldiging van een van de grondleggers van het model van het 'genegotieerd beheer van de publieke ruimte', dat vandaag in zijn voegen kraakt. “In zijn speech benadrukte hij dat de politie nooit mag vergeten dat ze er is om de mensenrechten te verdedigen. De man kreeg toen een staande ovatie en ik vond dat prachtig. Als we voor ogen houden dat dat de basisopdracht is, is er hoop.”
Lees meer over: Brussel , Veiligheid , Justitie , extinction rebellion , Brusselse politie , gele hesjes , pop-upbetogingen , royal rebellion , daniel van calck , Sociale media
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.