Het wordt elk jaar drukker op de spoed van het Sint-Pietersziekenhuis. In 1997 kregen ze nog 35.000 mensen over de vloer, 20 jaar later zijn dat er meer dan 56.000 per jaar. "Zoals je kunt zien moeten mensen hier soms wachten op de gang”, zegt dokter Bernard Kreps. Een nacht op een van de drukste spoedafdelingen van het land.
Twee agenten komen met een geboeide, weerspannige man de gang op van de spoedafdeling van het Sint-Pietersziekenhuis. Hij is duidelijk dronken, en niet van plan zich zomaar aan een medische controle te onderwerpen. Diverse keren moet de politie een arm- of nekklem gebruiken om hem in toom te houden, tot ze hem uiteindelijk weer meenemen.
We hebben hier een specifiek publiek”, zegt Bernard Kreps, spoedarts van dienst. “Mensen die gebracht zijn door de politie of ervoor op de vlucht zijn, gangsters, mensen zonder papieren, gevangenen. Daarnaast bestaat een heel groot deel van ons publiek uit mensen van vreemde origine, uit mensen die in armoede leven."
De drugs der armen
Op een ziekenhuisbrancard zwalpt een man met een grote snor heen en weer. Hij brabbelt, kwijlt, krijst en roept tegen de twee cipiers, die naast hem een gedetineerde bewaken. Ze zijn niet onder de indruk. De veiligheidsagent, een boomlange kerel, kijkt toe maar laat betijen.
“Alcohol is één van de grootste problemen hier”, zegt Kreps. “Vorige week lagen hier op de gang zeker 12 mensen hun roes uit te slapen. Nu zullen het er wat minder. Het is het einde van de maand, het geld is op.”
Geldgebrek is ook de reden waarom de spoed van Sint-Pieter relatief weinig te maken krijgt met andere drugs. “Recreatieve drugs zijn voor rijken”, zegt Kreps. Cocaïne-intoxicaties zien ze dan ook weinig. “Wel zijn er nog altijd de tijdloze klassiekers heroïne en methadon. Met de MUG zijn het dan weer vooral gebruikers van GHB, vloeibare XTC, waarvoor we moeten uitrukken.”
Paniek
Een gesluierde vrouw wordt er binnengereden, met twee familieleden in haar kielzog. Ze was thuis opgehouden met ademhalen. Nu ademt ze wel weer, maar kermt ze van de pijn. De familie is in paniek en loopt daarbij het personeel voortdurend voor de voeten. Dat blijft rustig, zelfs als het verweten wordt niet te willen communiceren.
“Je ziet de mensen hier op de slechtste dag van hun leven”, zegt Kreps. “Paniek leidt tot onbegrip, en dat slaat soms om in agressiviteit. We hebben mensen al hardhandig aan de deur moeten zetten.”
Weinig plaats
Dat patiënten en familieleden op de gang moeten wachten, vindt Kreps zelf niet zo aangenaam. “We doen dit niet voor ons plezier”, zegt hij. “Maar zoals je kunt zien, zijn we niet heel groot behuisd. Soms moeten we mensen laten wachten in de gang. Dat is niet voor ons plezier, maar omdat er geen onderzoeksruimtes vrij zijn."
Nochtans zien we bij het naar buiten gaan een veel nieuwere, lege vleugel, die net achter de spoed-gang ligt. “Overdag is dit een tussenstation tussen de spoed en de rest van het ziekenhuis”, zegt hij. Waarom wordt deze gang dan ook ’s nachts niet gebruikt? “Personeelsbeleid”, klinkt het. Of hoe behuizing maar een deel van het probleem is.
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.