Burgemeesters willen gemeenschapswachters omvormen tot agenten

De Brusselse burgemeesters en hun politiekorpschefs willen de gemeenschapswachten de mogelijkheid geven om makkelijker door te groeien tot politieagenten. De vakbond vindt dat geen goed idee. Zij betwijfelen of de ervaring van de gemeenschapswachters wel voldoende aansluit bij de taken van een politieagent.

De 19 Brusselse gemeenten en de korpschefs van de politie onderschrijven het voorstel van minister van Binnenlandse Zaken Joëlle Milquet (CDH). Die wil gemeenschapswachten laten opgaan in de politie, echter zonder daarvoor de volledige opleiding te genieten.

Nu mogen de gemeenschapswachten, te herkennen aan hun paarse jas, alleen niet-politionele taken uitvoeren. Op termijn zouden ze echter onder meer alcohol- en snelheidscontroles moeten uitvoeren.

Bij de burgemeesters en de korpschefs wordt het voorstel op applaus onthaald. “1 op 5 Brusselaars is werkloos”, zegt Johan De Becker, korpschef van de zone West. “Bovendien komt het merendeel van onze rekruten van buiten Brussel. Wij willen ook graag mensen uit de stad in onze rangen aan het werk krijgen.”

Gemeenschapswachten met drie jaar ervaring die politieagent willen worden krijgen volgens het plan van Milquet een duwtje in de rug. Ze worden vrijgesteld van een aantal testen. Testen die voor gewone sollicitanten wel verplicht zijn. Het enige wat de gemeenschapswachten nodig hebben is de persoonlijke goedkeuring van hun burgemeester. Dan kunnen ze de politieschool aanvatten om daarna als hulpagent terug te keren.

De vakbonden zien het idee helemaal niet zitten. “Het werk is anders en de verwachtingen zijn anders”, zegt Gert Cockx van de neutrale politievakbond. “Om je job goed te doen heb je toch andere kennis en vaardigheden nodig.”

Ook de voordracht door de burgemeester is een doorn in het oog. “De burgemeester die kan verklaren dat iemand een geschikte kandidaat-agent is, dan is de verleiding groot om aan een bepaalde vorm van tewerkstelling te doen”, zegt Cockx.

Volgens korpschef De Becker zal het plan niet leiden tot een minder strenge selectie, integendeel. “Maar het geeft iemand die nog niet klaar was voor de proeven van inspecteur, wel de mogelijkheid om geleidelijk toe te treden tot het korps”, zegt hij.