Brusselaars betalen 100 miljoen voor ‘groene stroom’ verbrandingsoven

Via de stroomfactuur betalen Brusselaars sinds februari tien miljoen euro per jaar aan groenestroomsubsidies voor de Brusselse verbrandingsoven. Dat zal tien jaar duren. Groenestroomcertificaten voor zo’n oven kunnen niet want de installatie is te vervuilend, vindt de Brusselse regulator voor energie Brugel. Zo schrijft de VRT.

Al in het Brusselse regeerakkoord (2014-2019) lees je: “Het komt erop aan de troeven die de verbrandingsoven van Net Brussel biedt voor de productie van groene stroom en het opwekken van warmte volop te benutten. In het licht hiervan zal de Regering aan de verbrandingsoven van Net Brussel groenestroomcertificaten toekennen, waarvan de winsten integraal moeten terugvloeien naar het Gewest.”

In december vorig jaar nam de Brusselse regering een nieuw besluit aan rond groene stroom. Dat bevestigt de toekenning van groenestroomcertificaten aan de verbrandingsoven bij het kanaal. Sinds februari betalen de inwoners van het gewest daar ook echt voor, zo schrijft de VRT.

Ongehoord

Regulator Brugel levert sterke kritiek op het nieuwe beleid. De Brusselse verbrandingsoven is te oud en te vervuilend om groenestroomcertificaten te krijgen. Nieuwe, schonere manieren om energie op te wekken, zoals zonnepanelen of windmolens, krijgen alsmaar minder certificaten. De verbrandingsoven krijgt er net wel. Dat kan niet.

Bovendien moet de opbrengst van groenestroomcertificaten normaal gezien terugvloeien naar de energieproducent. Dat is Brussel-Energie, een samenwerking van overheidsorgaan Net Brussel en privébedrijf SUEZ. Het Brussels Gewest zal echter alle winsten van de certificaten opstrijken, zo leest de regeerverklaring.

De oppositiepartijen noemen het hele systeem van de regering een “verkapte belastingverhoging”. In de vorige Brusselse regering (2013-2014) kon Ecolo, toen coalitiepartner, het uitreiken van groenestroomcertificaten aan de verbrandingsoven verhinderen. Dat is dus niet opnieuw gelukt.