Dramatisch voorjaar voor Belgische kledingwinkels

De Belgische kledingwinkels hebben er het slechtste jaar­begin op zitten sinds 2011. Op de covidjaren 2020 en 2021 na lag het verkoopvolume in het eerste kwartaal op het laagste peil in 13 jaar. Dat schrijven De Tijd, Gazet van Antwerpen en Het Belang van Limburg vrijdag op basis van cijfers van het Belgische statistiekbureau ­Statbel. Pluspunt voor de consument: de koopjesperiode belooft maandag meteen met stevige kortingen van start te gaan.

Vergeleken met de eerste drie maanden van vorig jaar verkochten de modewinkels nu 3 procent ­minder. Sinds 2022 - een recordjaar doordat mensen na de pandemie terugkeerden naar de winkelstraat - neemt het verkochte volume ­continu af. En het ziet er niet naar uit dat het tweede kwartaal beterschap gebracht heeft.

Statbel heeft nog geen cijfers voor de hele periode, maar in april kalfde het verkoopvolume nog sterker af, met 10,5 procent tegenover dezelfde maand in 2023. Daarmee was het de slechtste april sinds 2008 en de zwaarste terugval ten opzichte van een jaar eerder sinds het begin van de metingen in 2006.

Het aantal modewinkels in Vlaanderen is de voorbije tien jaar met 22 procent gedaald tot zo'n 9.000 vestigingen, leren data van het bureau Locatus. Zelfstandige zaken en de Belgische familiale ­ketens staan daarbij onder druk. E5, JBC en Cassis Paprika sloten in de voorbije jaren filialen. De schoenwinkelketen Bristol flirt met een faillissement en dreigt na net geen 100 jaar te verdwijnen.

Maar ook de internationale ­ketens blijven niet gespaard. De Belgische winkels van Scotch & ­Soda en Esprit gingen zopas failliet. H&M ging donderdagochtend nog 15 procent onderuit op de beurs na een winstwaarschuwing.