Reportage

Op stap met de hoornaarspeurder: ‘Uitroeien lukt niet meer’

Kris Hendrickx
© BRUZZ
29/05/2024

| Brusselse imkers binden strijd aan met de Aziatische hoornaar, een invasieve exoot.

Als iets de Brusselse imker koude rillingen bezorgt dan wel de Aziatische hoornaar. De exoot is bezig aan een pijlsnelle opmars in de stad en richt daarbij een bloedbad aan onder honingbijen. Met zijn netwerk van hoornaarspeurders gaat Arthur Van Peene in het tegenoffensief. “Ik wil onze techniek integreren in een scoutsspel.”

Daar is ze, vlak bij haar prooien.” Muriel Roberfroid wijst op het nestkastje dat zich hooguit twee meter achter de bijen­korven in haar tuin in Sint-Pieters-­Woluwe bevindt. Turend door de opening zijn geen mezen te zien, maar een klein nest van een Aziatische hoornaar, ter grootte van een tennisbal. In het nest is er ook beweging, van welgeteld één insect. “In deze tijd van het jaar zie je enkel koninginnen, die hun embryonale nest helemaal zelf maken,” zo weet Roberfroid.

Haar collega-imker Arthur Van Peene wil die koningin nu uit het nest lokken, en begint op het vogelkastje te kloppen. De koningin geeft geen kik. “Ze beschermt haar nest,” besluit Van Peene, die zich op den duur verplicht ziet het kastje open te breken om het insect te vangen. In het nest zitten de typische zeshoekige cellen, met daarin de nog onbeweeglijke larven. De hoornaar gaat in een buisje. “Straks wegen we haar nog, vervolgens stoppen we ze een half uur in de diepvries tot ze gekalmeerd is en dan krek.” De imker maakt een plettend gebaar.

Van Peene – werkmansjas, open Birkenstocks en een outdoormuts – is zowat monsieur frelon asiatique in het Brussels gewest. Niemand die zoveel tijd in de strijd tegen de exoot stopt als de loodgieter en hobby-imker, die vaak tot een gat in de nacht nog data zit te verzamelen over zijn favoriete vijand. “Sommigen verklaren me gek. Maar de toename van het aantal hoornaarvolken is echt indrukwekkend, vooral in stedelijk gebied omdat er meer voedsel is. In 2018 zag ik de eerste individuen en vorig jaar heb ik met ons netwerk al 133 nesten opgespoord, waarvan er 98 geneutraliseerd zijn, alleen al in een gebied van 4,6 vierkante kilometer.”
De Aziatische hoornaar zette in 2004 voet aan wal in Europa, wellicht nadat het insect met een lading aardewerk was meegereisd per schip. Sindsdien verspreidt de exoot zich, onder meer richting België. En het is vooral de honingbij die daarbij de pineut blijkt. Een bijenkast vinden, dat is voor een Aziatische hoornaar een buffet à volonté. De wespachtige vangt er de honingbijen in de vlucht, snijdt het insect vervolgens in stukken en voedert het middendeel aan de larven. Zelf kan de jager geen honingbijen oppeuzelen: door de wespentaille kan ze immers enkel vloeibaar voedsel tot zich nemen.

Sterven van stress

Voor de honingbijen zijn hoornaars voor het nest dan weer een ware nachtmerrie. “Dat er bijen worden gedood is één zaak, maar de insecten in het nest merken de aanwezigheid van de hoornaars ook,” legt Van Peene uit. “Dat veroorzaakt erg veel stress, waardoor de werksters niet meer genoeg voedsel verzamelen, wat het volk op den duur verzwakt. Dat is het échte risico voor de bijenvolken, die zo kunnen uitsterven.”
Een belronde langs Brusselse imkers bevestigt de omvang van het probleem: elke imker begint spontaan over de exoot. Heel wat bijenhouders lijken er ook de brui aan te geven onder druk van de hoornaar – niet enkel de bijen hebben blijkbaar last van stress.

eb6188b4-20240430101328.jpg

KH/BRUZZ

| Muriel Roberfroid en Arthur Van Peene dwingen een hoornaar om uit het nestkastje te komen dat achter de bijenkorven van Muriel hangt.

Arthur Van Peene wou niet bij de pakken blijven neerzitten. Hij bouwde een netwerk van hoornaarspeurders uit, vaak – maar niet alleen – imkers. Samen met zijn kompanen trekt hij in twee etappes ten strijde tegen de invasieve exoot. De eerste fase is nu bezig en is misschien wel de belangrijkste: tijdens de lentecampagne komt het erop aan zoveel mogelijk koninginnen te vangen en te doden. Op dat moment zijn de koninginnen de enige insecten die rondvliegen en elke vangst betekent mogelijk één hoornaarvolk van duizenden exemplaren minder.
“Ik maak me geen illusies: dit insect uitroeien lukt niet meer. In de geschiedenis van de mensheid is het nog nooit gelukt om een invasie van wespachtigen echt volledig terug te dringen, behalve misschien op afgelegen eilandjes. Maar de overlast beperken, dat lukt wel,” maakt Van Peene zich sterk.

Carapils en witte wijn

De campagne gaat als volgt: Van Peene verdeelde 110 selectieve vallen bij burgers in een gebied van 4,6 vierkante kilometer, in Sint-Pieters-Woluwe. De vallen staan kleinere insecten als bijen en wespen toe om er weer uit te kruipen, maar Aziatische hoornaars blijven steken en nog grotere insecten raken niet eens in de val.

De imker gunt BRUZZ een blik in zijn bestelwagen, waar een respectabele voorraad Carapils en grenadine staat. Die blijken niet voor de imker bestemd, maar voor de vallen. “Het lokmengsel bestaat uit witte wijn, bier en grenadine, daar zijn ze verzot op.” Burgers die een hoornaar klissen in hun val, vullen vervolgens een webformulier in, waarmee Van Peene de voortgang van de operatie kan volgen. Het beestje zelf gaat in de koelkast of diepvries en krek.

Naast het vallennetwerk moedigt monsieur frelon asiatique ook de jacht op hoornaarkoninginnen op andere plekken aan. Gewapend met een vlindernetje toont Van Peene hoe dat in zijn werk gaat. “Ik zoek planten op waar de insecten dol op zijn, zoals dwergmispel. Vorige week nog ving ik drie exemplaren op één struik.” Van Peene trekt vervolgens een straat in waar de plantensoort opvallend vaak opduikt in voortuinen. De dwergmispel blijkt een magneet voor honing­bijen, hommels en vliegen, maar van Aziatische hoornaars is er geen spoor. “Je zou hem niet enkel zien, maar ook horen, het is een zwaarder, helikopterachtig geluid. Ach, misschien heb ik ze allemaal al gevangen.”

1892 Aziatische hoornaar 3

Bart Dewaele

| Een verdelgd nest Aziatische hoornaars.

“Een nest dat niet verdelgd wordt, betekent gemiddeld vijf nieuwe nesten in het volgende jaar en 25 in het jaar erop”

Arthur Van Peene

Imker en hoornaarbestrijder

Zijn strooptochten langs voortuintjes trokken ondertussen al een aantal keer de aandacht van de lokale politie. “Die hebben me nu al drie keer gecontroleerd. Maar als ik de zaak uitleg, zijn ze snel mee.”

De tweede fase van de veldtocht tegen de bijenkiller dan. Die heeft wat weg van het betere detectivewerk. Ze gebeurt met een veel kleinere groep van vijf hoornaartrackers en start pas vanaf juli, wanneer de insecten een secundair nest hebben gebouwd. Dat kan tot 1,2 meter hoog en 80 centimeter breed worden en hangt vaak goed verscholen in een boomtop.

Lokpotten met suiker

“Het komt er dan op aan om die nesten op te sporen,” legt Van Peene uit. “Een nest dat niet verdelgd wordt, betekent gemiddeld vijf nieuwe nesten in het volgende jaar en 25 in het jaar erop.” Voor het speurwerk gebruikt de imker een techniek die hij leerde van Vlaamse collega-hoornaarjagers. Hij wijst op een driepoot die hij meebracht. “Ik zet lokpotten met een suikervloeistof op plekken waar hoornaars gesignaleerd zijn. Zodra ik zie dat een insect op geregelde tijden terugkomt naar de lokpot, vang ik ze en markeer ik de hoornaar met een Posca-stift.” Als de imker vijf 'trouwe' exemplaren van een eigen kleurcode heeft voorzien, gaat hij op zoek naar het nest. “Ik volg dan de vliegrichting en hou rekening met de vliegtijden die ik gechronometreerd heb. Als je weet dat de hoornaar ongeveer 3,88 meter per seconde vliegt, kom je bij benadering bij de plek van het nest uit.”

Zodra de vermoedelijke nestzone bereikt wordt, moeten Van Peene en de zijnen vaak aanbellen aan huizen om de nesten ook echt te vinden. “Je komt zo echt overal, het is erg afwisselend,” vertelt de hoofdhoornaarspeurder. “Ik denk er ook aan om de techniek in een spel voor scoutskinderen te gieten, die dan een echte bijdrage aan de hoornaarjacht kunnen leveren.”
Als de exacte locatie bepaald is, brengen de hoornaarspeurders de brandweer op de hoogte, die uitgerust is om de nesten te neutraliseren.

1892 Aziatische hoornaar 8

Bart Dewaele

| Niemand die zoveel tijd in de strijd tegen de exoot stopt als de loodgieter en hobby-imker Arthur Van Peene.

Met haar ladderwagens en dertig meter lange gifspeer is de Brusselse brandweer inderdaad prima gewapend voor de ontmanteling van de broedplekken. Alleen begint de strijd tegen de Aziatische hoornaar ook bij pompiers zwaar te wegen. “In 2022 maakten we al 205 interventie­fiches op voor de verwijdering van nesten,” zegt woordvoerder Walter Derieuw. “Vorig jaar waren dat er al 883. En als je dan weet dat er tot acht mensen betrokken kunnen zijn bij een interventie …”

Vorig jaar vroeg de brandweer daarom al om ook andere pistes te onderzoeken voor de bestrijding van het insect, zoals de verdelging door privéfirma's. De gesprekken met Leefmilieu Brussel over een toekomstige aanpak lopen nog. Derieuw: “Tot dan is het de brandweer die de verdelging voor haar rekening neemt, met extra materieel en mensen.”

Stedelijke opportunist

De spectaculaire opmars van de Aziatische hoornaar maakt duidelijk dat het insect een blijver is in België, alle verdelgings­pogingen ten spijt. De vraag is dan ook of elk hoornaarnest per se vernietigd moet worden, met giftige pesticiden dan nog.

“Uit landbouwperspectief is het insect een echt probleem voor de imkers,” bevestigt Nicolas Pardon, expert invasieve soorten bij het Vlaamse agentschap Natuur en Bos. “Maar wat de biodiversiteit betreft, is het beeld veel minder duidelijk. Op dit moment kan ik nog niet zeggen dat de Aziatische hoornaar andere insectenpopulaties deed krimpen. In echte natuurgebieden zie je de hoornaar sowieso veel minder. Het is een echte opportunist, die zich vestigt waar hij voedsel vindt. En dat is vooral in of rond de stad.”

1892 Aziatische hoornaar 14

Bart Dewaele

| Gewapend met een vlindernetje toont Arthur Van Peene hoe hij te werk gaat: “Ik zoek planten op waar de insecten dol op zijn, zoals dwergmispel. Vorige week nog ving ik drie exemplaren op één struik.”

Pardon wijst erop dat er alternatieven zijn voor de huidige aanpak. Op dit moment gebruikt de brandweer meestal een erg giftig insecticide om de nesten onschadelijk te maken. “Er worden nu tests gedaan met stoffen die minder gevaarlijk zijn.” Daarnaast is het ook mogelijk om de bijenkorven te beschermen door een gaas te spannen op enkele meters van de bijenpopulaties, met een opening die de hoornaars tegenhoudt, maar bijen doorlaat. Een variante daarop zijn zogenoemde 'elektrische harpen', een gelijkaardig systeem met stroomspanning.

“Die systemen kunnen helpen om de druk op de bijenkorven te verminderen,” bevestigt Van Peene. “Maar zeker de elektrische harpen zijn duur en werken ook niet altijd in onze vochtige klimaat.” De pogingen om bijenkorven te beschermen, voelen voor de imker toch wat als morrelen in de marge. “Het enige wat voor mij echt effect heeft is koninginnen vangen en nesten verdelgen. Al de rest doet me wat denken aan iemand die een brand probeert te blussen met een flesje oordruppels.”

1892 Aziatische hoornaar 5

Bart Dewaele

| Deze Aziatische hoornaar werd gevangen, en zal dat niet overleven.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel , Milieu , aziatische hoornaar , brusselse imkers , honingbij , Arthur Van Peene

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni