Bart De Wever wil druggebruiksruimte Gate sluiten: 'Slecht idee', zeggen experts

© BRUZZ
23/10/2024

Bart De Wever (N-VA) bepleit in zijn formateursnota voor de sluiting van Gate, de gecontroleerde druggebruikersruimte in het centrum van de stad. Steven Debbaut, criminoloog van de VUB, vindt dat een slecht idee. 'Een puur repressieve aanpak ten opzichte van drugs werkt niet.'

Bart De Wever, die momenteel sleutelt aan de vorming van een federale regering, is zeer duidelijk in zijn formateursnota die naar buiten lekte: hij is geen voorstander van een gedoogbeleid op vlak van drugs. Initiatieven zoals druggebruikersruimte Gate ziet hij daarom liever de deuren sluiten.

Toch blijkt uit onderzoek dat ruimtes zoals Gate wel degelijk werken. Dat zegt ook VUB-criminoloog Steven Debbaut: “In eerste instantie is het positiever voor de gezondheid van de gebruikers. Daarnaast is het ook een soort van contactpunt voor een bepaalde groep die niet makkelijk te bereiken valt. Het zijn mensen die met een chronische verslaving kampen, bijvoorbeeld aan harddrugs zoals heroïne en crack.”

Zonder ruimtes zoals Gate vindt het druggebruik gewoon op straat plaats, wat leidt tot meer onrust en onveiligheid, gaat Debbaut verder. Hoewel het dealen van drugs haast onmogelijk van straat te halen lijkt, is het al een belangrijke eerste stap om het gebruik van harddrugs uit het straatbeeld te halen. "Een puur repressieve aanpak ten opzichte van drugs werkt niet. Dat heeft het verleden doen blijken. Er is geen zaligmakende oplossing voor de drugproblematiek in Brussel, maar Gate is wel een zeer goed initiatief. Participatief te werk gaan en contact tussen organisatie én politie werkt beter met dit soort onderwerpen”, besluit Debbaut.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel , Politiek , GATE , drugs , formateur Bart De Wever , Bart De Wever , druggebruiksruimte , steven debbaut

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni