Nemmouche bij start ontvoeringsproces in Parijs: 'Nooit bewaker geweest' van gijzelaars

Mehdi Nemmouche, de dader van de aanslag op het Joods Museum in Brussel in 2014, staat momenteel in Parijs terecht voor de gijzeling van vier Franse journalisten in Syrië in 2013. Maandag heeft hij bij de start van zijn proces gezegd dat "hij nooit de bewaker was van de gijzelaars".

De 39-jarige Nemmouche, die kort geschoren en gekleed in een zwart sportshirt verscheen, wordt er samen met vier andere jihadisten, van wie er twee vermoedelijk overleden zijn, van beschuldigd dat ze in 2013 de Franse journalisten Didier François, Edouard Elias, Nicolas Hénin en Pierre Torres hebben ontvoerd in Syrië voor terreurorganisatie IS.

Pas in april 2014 kwamen de vier, na maanden van marteling, waaronder fysiek en psychologisch geweld, uithongering en schijnexecuties, opnieuw vrij. François, Elias en Hénin waren maandag aanwezig in de zaal, Torres niet.

Start proces

Voorzitter Laurent Raviot begon met Mehdi Nemmouche en zijn twee aanwezige medebeklaagden te vragen zich te identificeren. Nemmouche gaf daarop aan een verklaring te willen doen en voegde de daad bij het woord door te stellen dat hij "nooit de bewaker was van de westerse gijzelaars".

De voorzitter antwoordde dat die vraag later aan bod zou komen, maar een minuut later nam Nemmouche opnieuw het woord. Hij zei onder andere dat hij de vier slachtoffers nooit heeft ontmoet in Syrië, en dat hij, in de strijd "tegen het regime van Bashar al-Assad", slechts "een soldaat aan het front" was voor verschillende jihadistische groeperingen in Syrië.

Islamitische Staat in Irak en de Levant (ISIL) ontvoerde heel wat westerse hulpverleners en journalisten. Verschillende van hen, waaronder de Amerikaanse journalist James Foley en de Britse hulpverlener David Haines, werden geëxecuteerd. De macabere beelden van de executies in oranje kledij gingen de wereld rond.