Bij elke verkiezing is het voor de Nederlandstalige politici in Brussel altijd weer bang afwachten hoe groot het electoraat nog is. Daar hoeft geen tekening bij. Sinds de stadsvlucht van de jaren 1960 is het aantal Vlamingen in Brussel significant gedaald, zelfs al kunnen we dat moeilijk exact bepalen: talentellingen zijn er al lang niet meer.
Edito: de Vlaming houdt stand
De verkiezingen geven, onder meer via de kieslijsten, wél een mooie indicatie. We vroegen ze op en de recente cijfers vallen goed mee. Tussen 2012 en 2018 stabiliseerde het aantal mensen dat in een straat of laan woont en niet in een rue of avenue.
Er zijn grote onderlinge verschillen tussen de gemeenten, en het is zo dat het totale aantal kiezers óók stijgt, maar we kunnen zonder verpinken zeggen: de Vlaming houdt stand.
Dat is ook wat we allemaal wel aanvoelen. Er hangt veel negativiteit in Vlaanderen als het over Brussel gaat, maar er is tegelijk ook een gezonde interesse bij veel Nederlandstaligen voor de hoofdstad.
Jongeren laten zich niet wegjagen door de negatieve berichten en komen hier met volle teugen genieten van de stad. De diversiteit, de wervelende cultuurscene, de jobs die dichtbij zijn: Brussel is voor hen de place to be, het kloppend hart van ons land. De enige stad die met recht en reden de titel van metropool mag dragen.
"De diversiteit, de wervelende cultuurscene, de jobs die dichtbij zijn: Brussel is voor jongeren the place to be"
Dat is een stevig hart onder de riem voor de honderden Nederlandstaligen die zich kandidaat stellen voor de verkiezingen van 14 oktober. Ze gaan de laatste dagen van hun campagne in. De meesten hopen op massa’s Franstalige stemmen, maar mikken toch voornamelijk op die Nederlandstalige kiezer.
Het zijn ook kiezers voor wie Franstalige burgemeesters niet ongevoelig zijn. Daar zijn uiteraard opportunistische redenen voor. Een Nederlandstalig gemeenteraadslid kan tot schepen gebombardeerd worden. Dat is erg lucratief. Vorig jaar is op die manier maar liefst 37 miljoen euro verdeeld onder de (negentien) gemeenten, alleen maar omdat ze een Nederlandstalige schepen in hun college hebben.
Intussen is de tijd dat de Nederlandstalige schepenen er als een bloempot bijzaten, al lang vervlogen tijd. Ze zijn OCMW-voorzitter of schepen van Financiën of Openbare Werken. Ze worden gewaardeerd om hun talent. Sommige gemeenten hebben zelfs meerdere Nederlandstaligen in het college.
Het kan alleen maar betekenen dat de communautaire pacificatie in Brussel haar vruchten heeft afgeworpen. Zelfs al is die met geld afgekocht.
Lees meer over: Brussel , Brussel Kiest 2018 , Opinie , Vlaamse Brusselaar , gemeenteraadsverkiezingen 2018
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.