Franstalige cultuurhuizen mogen meer bezoekers ontvangen dan Vlaamse

De Nederlandstalige cultuurhuizen in Brussel moeten zich nog altijd aan de social distancing houden, terwijl die afstandsregels in de Franstalige theaters niet meer gelden. Daar zijn mondmaskers voldoende, zo staat in hun laatste protocol. De KVS hoopt op dezelfde versoepeling aan Vlaamse kant. “Mensen zitten toch ook al op een vliegtuig naast elkaar met een mondmasker?”

Woensdag besliste de Nationale Veiligheidsraad dat theaterzalen vanaf 1 juli tot 200 personen mogen ontvangen, zoals dat geldt voor alle evenementen die binnen plaatsvinden. “Dat zet ons een beetje vast, want wij kunnen geen 200 zitjes verkopen als we ons aan de regels van social distancing moeten houden”, zegt Inge Jooris, persverantwoordelijke van de KVS, aan BRUZZ.

Die regels staan geschreven in de Vlaamse sectorgids cultuur, opgesteld door het Overleg Kunstenorganisaties (Oko) en goedgekeurd door de GEES. Aan Franstalige zijde geldt een ander protocol, dat ook is goedgekeurd door de GEES, maar daarin staat dat het niet meer nodig is om anderhalve meter afstand tussen het publiek te behouden. Als iedereen een mondmasker draagt, is dat voldoende. Dat schrijft De Morgen donderdag.

Dubbele situatie

“Het is niet wenselijk dat we in Brussel met een dubbele situatie zouden zitten”, zegt Inge Jooris van de KVS over die tweedeling. Op wandelafstand van hen ligt namelijk het Théatre National, maar dat valt onder de Franstalige richtlijnen en zou dus 200 personen - met mondmasker - kunnen ontvangen. De KVS komt daarentegen maar tot een honderdtal bezoekers, op een totaal van 430 zitjes. “Wat aan de ene kant veilig wordt bevonden, zou dat aan de andere kant ook moeten zijn”, aldus Jooris.

“Het Vlaamse plan is een pak strenger dan wat je in andere sectoren ziet: de bubbels worden groter en mensen mogen intussen op het vliegtuig naast elkaar zitten met een mondmasker. Gezien die evolutie lijkt het ons ook veilig om dat op dezelfde manier in theaterzalen te organiseren.”

Extra plaatsen

Voor de KVS zou een bijsturing van de regels ook financieel welkom zijn, want met honderd extra plaatsen zou de instelling al dubbel zoveel tickets kunnen verkopen als vandaag. “Dat maakt veel verschil, want hoe meer inkomsten we uit de ticketverkoop halen, hoe meer geld we terug kunnen investeren in de productie van nieuwe voorstellingen”, zegt Jooris.

Bij het Kaaitheater zegt woordvoerster Katelijne Meeusen dat de sectorgids regelmatig herbekeken kan worden. "Op het moment dat we de sectorgids mee hebben geschreven, was die voor ons in orde", zegt Meeusen, "maar uiteraard is het logisch dat we die kunnen aanpassen als de zaken evolueren. We vinden het belangrijk om dat in overleg met veel verschillende collega's uit de sector te doen."

De Vlaamse sectorgids is wel al goedgekeurd door vakbonden en werkgeversorganisaties, wat voor het Franstalige protocol nog niet zou gelden, schrijft De Morgen. Volgens viroloog Marc Van Ranst is het - ondanks de Franstalige regels - hoe dan ook niet de bedoeling dat de cultuurhuizen weer vol zitten. "We hebben met de GEES nooit het ­advies gegeven om een zaal te vullen als iedereen een mondmasker draagt. Dit was zeker niet de ­afspraak", zegt hij in De Standaard. "Laat de ministers van Cultuur dit eerst rustig onder elkaar uitvechten. En als er dan nog verwarring over bestaat, moet het terug naar de Nationale Veiligheidsraad."

Openluchttheater

Al is het nog niet zeker of de vraag zich wel zal stellen, want het Théatre National is nog niet van plan om deze zomer bezoekers te ontvangen met mondmaskers. "Wij doen in juli nog geen voorstellingen en vanaf augustus enkel buiten de zalen", zegt woordvoerster Sophie Dupavé. Vanaf midden augustus komt er elk weekend een openluchtvoorstelling in Franstalig België. De eerste in Brussel zal pas 5 september in Jette plaatsvinden. "Vanaf dan mogen we al tot 800 mensen in openlucht ontvangen, dus die mensen moeten geen masker dragen", zegt Dupavé.

Ook het Kaaitheater zal pas op 3 september weer openen. Het theaterfestival wordt dan hun eerste voorstelling. "Tegen dan krijgen we weer een ander verhaal, waarop we zullen moeten inspelen", zegt Meeusen.