Jazz en hiphop hebben altijd al een innige relatie gehad, en dat hebben ook LG en ZG, zijnde hoofdstedelijk jazzgenie Lander Gyselinck en zijn rappende evenknie Zwangere Guy. Uit hun liefde is nu een gezamenlijk album geboren. “Soms word ik wakker met melodieën en teksten in mijn hoofd en denk ik, fakking Gorik, ga uit mijn kop!”
Zwangere Guy (onder) en Lander Gyselinck: 'We wilden proeven van elkaars wereld'
Wie zijn LG en ZG?
- Gorik van Oudheusden (1988) ontdekte de kracht van rap als jonge ket op en rond “Sainte-Cath”. Eerst met zijn homies in STIKSTOF, daarna solo als Zwangere Guy. In 2017 debuteerde hij met de mixtape Zwangerschapsverlof. vol. 3, waarna hij met zijn rauwe, niets verbloemende verzen op de albums Wie is Guy?, Brutaal, Brutxxl en de STIKSTOF-platen Overlast, Familie boven alles en Moeras uitgroeide tot ‘s lands meest radde rapper
- Lander Gyselinck (1987) bouwde als vierjarige zijn eigen drumstel met keukengerei. Daarna ging hij jazz studeren in Brussel en Gent, en belandde in New York en Berlijn. Via zijn zus, een professionele danseres, ontdekte hij de breakdance. Sinds 2015 geeft hij jazz een nieuwe, hippe glans met STUFF., maar hij verkent ook ‘stoepdisco’ met BeraadGeslagen, oosterse klanken met Ragini Trio, synthetische beats met Hihats In Trees en post-nudistische raves met Lander & Adriaan
Pourriture noble heet de vrucht van het verbond tussen Lander Gyselinck en Gorik van Oudheusden, zoals Zwangere Guy nog altijd echt heet. In het Nederlands: edele rotting. Het is een verwijzing naar een schimmelproces dat soms bij druiven optreedt in een warm, vochtig najaar. De schil wordt poreus, het vocht verdampt, de suikers nemen toe. Het levert een zoete wijn op.
“Aaah, ik mis het,” knipoogt Van Oudheusden naar de gembersapjes die worden aangevoerd op de lekker in de najaarszon gloeiende koer van muziekcentrum Volta. De Brusselse rapper heeft zichzelf een alcoholban opgelegd. Hij oogt fris en scherp, sporten en slapen zijn in de plaats gekomen van de roes. “Pourriture noble komt in sommige landen maar eens in de zoveel jaar voor,” vertelt hij. Geen mooier symbool voor de unieke versmelting van een van de meest intrigerende jonge jazzmuzikanten van het land met een van zijn strafste rappers. Dat is de ‘noble’ in de titel van hun album. Maar er is ook nog de ‘pourriture’.
Ik heb 'Pourriture noble' ingeblikt als een machine. Mijn olie en benzine waren alcohol
Beide heren hebben een heftige periode achter de rug. Straatjoch Van Oudheusden kroonde zich onder zijn alias Zwangere Guy tot Brusselse rapkoning en maakte niet minder indruk met de uit grootstedelijk gruis opgetrokken rapcrew STIKSTOF, maar vertaalde dat succes in overmatige consumptie van drank en drugs. Hij ging door een persoonlijke crisis en zag zijn relatie stranden. Intussen is de breuk gelukkig gelijmd. Gecultiveerde ex-Gentenaar Gyselinck, die de rek in jazz op geniale wijze oprekte met STUFF., BeraadGeslagen en Lander & Adriaan, werd geveld door een burn-out, die hem zichzelf en zijn muziek in vraag deed stellen.
“Ik heb in de zomer van vorig jaar een zware tik gekregen,” knikt Gyselinck terwijl hij zijn J Dilla-sweater uitspeelt. “Een gevolg van de werkdruk die ik mezelf had opgelegd de voorbije vijftien jaar. Op een ochtend werd ik wakker met tinnitus, ik had bijna geen energie meer om zelfs maar te stappen. Ik ben twee weken bij mijn ouders gaan wonen. Ga ik dit nog wel kunnen doen? vroeg ik me af. Ik begon te hunkeren naar een nine to five. Simpel. En ’s avonds niet meer stressen omdat de WhatsApp nog op volle toeren draait. Deze ochtend om tien over acht hing Gorik al aan de lijn, ‘Jooow, zijde wakkeeeuur!’ Dat is oké, maar als muzikant stopt je werk nooit.”
“Doe die shit tot mijn allerlaatste rimpel, kan niet kappen, kan niet krimpen,” rap je in de titeltrack van Pourriture noble, Gorik. Heb jij de voorbije jaren ooit getwijfeld aan muziek?
Gorik van Oudheusden: Muziek heeft mij door al het donkerste, drukste, moeilijkste in mijn leven gehaald. Het helpt bij het opstaan, het doorgaan ... Nee, aan muziek heb ik nooit getwijfeld. Wel aan het feit of wij als artiesten nog verder konden. Tijdens de pandemie werd alles ons afgepakt. Ineens waren we maar muzikantjes die er niet toe deden. Muziek is een van de minst naar waarde geschatte kunstvormen. Kijk naar hoe onze muziek te grabbel wordt gegooid. Elke dag worden er 100.000 tracks geüpload op Spotify. Daartussen moet je proberen op te vallen. Als je geluk hebt, kan je je muziek op een vinylplaat persen, maar je moet wel een jaar wachten. Pourriture noble ís ook een jaar oud. Ik leef zo hard in het nu, maar nu moet ik terugkeren naar de zwarte mindset van toen, terwijl ik wil evolueren en die balans vinden met mezelf.
Lander Gyselinck: Na mijn burn-out heb ik mijn doctoraat op een lager pitje gezet. STUFF. en BeraadGeslagen staan nu even op pauze. Maar er sluimert nog altijd angst dat het terugkeert. Ik kan er nu beter mee om, heb wat tools aangereikt gekregen, ademhalingstechnieken en zo, maar het is echt een trauma. Ik ben niet meer dezelfde persoon als daarvoor. Maar het project met Gorik heeft mij op een manier wel rust gegeven, omdat ik me maar op één ding moest concentreren.
Van Oudheusden: Ik heb Pourriture noble ingeblikt als een machine. Mijn olie en benzine waren alcohol. Je hoort het niet, maar het hele album is in een delirium geschreven en getapet. Net als Lander kreeg ik ook oorsuizingen. Mijn linkeroor is om zeep. Maar ik hoorde het niet, ik zoop gewoon een fles wijn leeg en viel in slaap. Ik vluchtte ervan weg.
Er zijn vandaag veel muzikanten die aangeven dat ze mentale rust nodig hebben. Hebben we dat te lang genegeerd?
Van Oudheusden: Mentale problemen zijn van alle tijden. Maar nu blijkt dat iedereen erdoor geveld kan worden, zelfs de hoogste pief, is het iets gevaarlijks geworden en wordt erover gesproken. Prima. Alleen moeten de politici volgen en budgetten vrijmaken, zodat ook jongeren en kansarmen hulp kunnen krijgen. Bij een CGG (Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg, red.) heb je wachtrijen van acht maanden tot een jaar. Dat is absurd. Een privépsycholoog biedt geen uitweg. Wie kan dat vandaag nog betalen?
Gyselinck: De vriendin van Gorik is kindertherapeute. Ik heb haar gecontacteerd toen ik ten einde raad was. Ze heeft me adressen doorgespeeld, maar pas deze maand heb ik antwoord gekregen op mijn mails, na meer dan een jaar.
Van Oudheusden: Daarom blijft wat wij doen zo belangrijk: mensen doen beseffen dat ze niet alleen zijn. Dat wij ook diep kunnen zitten. Dat wij niet in een gouden toren leven waarin onze reet wordt afgekuist.
De documentaire Plan A, die nu te zien is op VRT Max, maakt dat pijnlijk duidelijk. Jonge muzikanten die geen plan B hebben, gaan tot het gaatje om hun droom te realiseren.
Gyselinck: Kijk naar deze plek, die binnen een paar maanden verdwijnt. Brussel, I love it, maar als ik hier geen ruimte meer heb om muziek te maken, sluit ik niet uit dat ik verhuis.
Van Oudheusden: Er zit misschien veel boosheid in deze plaat, verdriet, introspectie, maar ook passie, hoop en geluk. Pourriture noble is de weerslag van een zoektocht, van twee individuen die totaal niets met elkaar te maken hebben.
Pony op het menu
“Het begon in de Brasseurs als een hele goeie grap,” rapt Zwangere Guy op Pourriture noble. Het café onder het hoofdkwartier van STIKSTOF speelde een sleutelrol in de creatieve deling van Van Oudheusden en Gyselinck, maar het besnuffelen gebeurde al eerder. In 2016 verdiende Van Oudheusden de kost in de keuken van de AB. Toen hij stomende beats uit de ABClub hoorde komen, ging hij een kijkje nemen. De Gentse elektrojazzers van STUFF. waren op dat moment artist in residence in de concertzaal, en waren bezig met opnames. “Ik stond daar in mijn schort en dacht, damn, welke vijf pipo’s hebben ze hier binnen gesmeten! Ik heb toen de jongens van STIKSTOF opgetrommeld om naar hun show te gaan kijken. Daaruit borrelde het idee om ‘STIKSTUFF.’ te vormen. Leek me een goed plan. Maar er volgde een njet.”
“STUFF. is een band met heel veel verschillende persoonlijkheden, met elk hun eigen projecten,” schippert Gyselinck. “We zoeken heel hard naar onze eigen taal en zijn daarom niet into collabs. Menno (Mixmonster Menno, alias Menno Steensels, red.), Dries (Laheye, die nu ook bas speelt op Pourriture noble, red.) en ik zijn wel hiphop-heads en we hadden er zin in, maar we voelden dat het er niet van zou komen.”
De kous was niet af. Gyselinck en Van Oudheusden kruisten geregeld elkaars pad. Een show in Recyclart van BeraadGeslagen, het geflipte popverbond tussen Gyselinck en toetsenist Fulco Ottervanger, leverde een nieuwe vonk. “Gorik stond daar aan de rand van het podium te popelen om mee te doen,” glundert Gyselinck. “Tegen Fulco had ik gezegd dat ‘die gast daar’ iets ging doen.” Het bleek een bom. Er volgde een bis in de AB, en later ook op Jazz Middelheim, waar Gyselinck samen met Ottervanger een dag cureerde. “En plots stond hij hier, uit Flappistan verhuisd naar Brussel,” lacht Van Oudheusden. “Vanaf dan zagen we elkaar veel vaker.”
Deze plaat is zo eerlijk van begin tot einde. Je kan ze afbreken, maar we don’t care, we hebben ze voor onszelf gemaakt
Qua background zijn jullie tegenpolen. Wat deed het zo goed klikken?
Gyselinck: Dat is net wat mij aantrok. Gorik heeft dat grootstedelijke, en ik ben trailer trash uit Flappistan. (Lacht)
Van Oudheusden: (Aan de telefoon met een zekere Jojo) Pee, ik heb ne restaurant gevonden waar ge pony kunt fretten, Piétrain in Antwerpen.
Gyselinck: Kijk, ik ben opgegroeid net buiten Gent, op een plek waar je rustig pony’s kan gaan kijken op een weide. En Gorik vreet ze op. (Lacht)
Van Oudheusden: Maar wij zijn alle twee ook hiphop-heads, jazzcats, house-heads. We horen een beat, en denken allebei: yeah!
Gyselinck: Ik heb lang gebreakdancet en op straat rondgehangen. Ik lonkte naar die straatcultuur, ook al ben ik veel introverter of braver. Het is een andere soort van denken, iets heel concreets, terwijl ik meer een idealist ben. Gorik heeft een energie die heel nice is, je voelt die golf alleen al als je maar gewoon met hem babbelt. Muzikaal probeer ik ook zo’n golf te zijn.
Is Lander intussen een goeie Brusselaar, Gorik?
Van Oudheusden: Tuurlijk. Lander is van Bx, zo simpel is het. Hij is gewoon binnengekomen in de familie, boem, bam.
Gyselinck: Gorik is de perfecte shortcut voor Vlamingen om Brusselaar te worden.
Van Oudheusden: Er is in Brussel ook zoveel tofs bezig. En Lander zit er helemaal in, kijk hoe hij zich met jonge cats bezighoudt.
Gyselinck: In elke stad waar ik heb gewoond, Gent, Berlijn, New York, hier, ga ik op zoek naar feesten waar je voelt hoe de muziek evolueert en de komende jaren zal klinken. Daarom support ik collectieven als Brikabrak, Gloom ... Die jonge producers en dj’s, dat is de toekomst.
“Lander wou geen jazz, en Guy die wou geen rap,” klinkt het in ‘Stier & schorpioen’. Wat wilden jullie dan wel?
Van Oudheusden: Ik denk dat wij vooral van elkaars werelden wilden proeven. Ik kruip nooit met iemand in de studio zonder eerst een goeie babbel te hebben. Waar sta je voor, wat zijn je waarden. Met Lander ben ik beginnen te chillen, babbelen, eten, dansen. Het was snel duidelijk dat we wilden samenwerken, en dat we niet voor één track zouden gaan. Wij zijn beiden intense mensen, werken graag hard. Ik zie Lander dan meteen allerlei muziek in zijn hoofd maken, heerlijk. Ik kon nog eens met beatmakers samenwerken, óf met echte muzikanten. Toen dacht ik, Lander, show me what you got! Ik wil leren. Ik wil op mijn bakkes gaan.
Hebben jullie elkaar uitgedaagd?
Van Oudheusden: Heel hard. We hebben ruzie gemaakt, intense discussies gehad. Een stevige inkijk in elkaars werkethiek gekregen. Lander gaf mij het vertrouwen dat ik misschien niet door een beat zou krijgen, hij leerde me hoe rijk instrumenten kunnen zijn.
Gyselinck: Ik vond het wel geestig dat Gorik zichzelf zag als ‘dat rapperke’ en zich bijna als een karikatuur afschilderde. Terwijl ik al snel zag dat hij een ongelofelijke digger is, met een geweldige muziekkennis. Ik wilde de muzikant in hem naar boven halen en mijn wereld binnenbrengen in de zijne, als een soort van blauwe regen die rond de tekst kan groeien. Jazz en rap hebben elkaar altijd al besnuffeld, maar vaak resulteert een samenvloeiing in iets sentimenteels. Ik dacht meer aan iemand als Madlib (Amerikaanse beatmaker, red.). Hij maakt hiphop, maar de kleur is jazz. Ergens hoop ik dat Gorik en ik geslaagd zijn om onze taal te combineren. Belgiës beste mc met een pracht van een organische onderkant, dát wilde ik horen.
Normaal rap je op een beat, Gorik, nu zat je in de studio met echte muzikanten. Hoe was dat?
Van Oudheusden: Dat was echt ... intens. Samenwerken met een kleine twintig mensen was nieuw voor mij. En zoveel takes van elk nummer, what the fuck!
Gyselinck: Muzikaal veranderde het ook voortdurend. Eerst maakten we de demo, en dan moest het nog eens goed opgenomen worden. Gorik kreeg er een punthoofd van. (Lacht) Deze nacht heb ik de hele tijd zitten denken aan die lyric over twijfel, een stukje tekst uit ‘Ad rem’.
Van Oudheusden: (Grijnst) “Ik zag twijfel als een motor en nooit als een rem.” Dat heb ik opgepikt bij Stephan Vanfleteren, toen ik een keer bij hem zat te ontbijten. Ik dacht, Stephan, bar!
Gyselinck: Soms kan ik wakker worden met melodieën en teksten in mijn hoofd, en dan denk ik, fakking Gorik, ga uit mijn kop! (Lacht) Gorik is iemand die niet twijfelt en beslist. Ik ben het omgekeerde. Ik heb altijd vijf argumenten om het anders te doen. Dat haat hij.
Van Oudheusden: Ik ontplof.
“Soms ben ik nonchalant en wordt Lander pissed, toch kop ik ‘m binnen door zijn perfecte assist,” vat je dat samen in ‘Stier & schorpioen’.
Gyselinck: Zonder wrijving geen glans. Die veranderingen, het schaven, zijn de essentie van Pourriture noble. De quality check waardoor het net iets beter wordt.
Er zit meer dynamiek in je raps, Gorik, maar straffer nog: je diept een paar keer je zangstem op. Het mooiste bewijs daarvan zit in ‘Verlies’.
Van Oudheusden: Ik had al een keer op een track van (de Brusselse rapper) Peet gezongen, ik denk dat ik bij anderen meer durf te experimenteren. Solo ga ik voor het vaste recept. Maar ik was een beetje vastgeroest, ik zat in mijn comfortzone, alsof ik tevreden was met mijn 8,5 op tien. Ik heb heel veel naar muziek geluisterd waarin werd gezongen, en dat wilde ik ook eens proberen.
Gyselinck: Wij zijn allebei rhythm heads, maar eigenlijk gaat deze plaat vooral over lyriek en melodie. Ik heb wel beats gemaakt, maar ik merkte dat ik toch vooral de juiste atmosfeer wilde creëren voor de tekst. Dat vind ik wel chic.
Van Oudheusden: ‘Verlies’, een song over mijn relatiebreuk, was een van de laatste zangtakes. Mijn batterijen waren leeg, de rotheid zat zo diep, ik bevond mij in staat van ontbinding. Op het einde van de track hoor je mij huilen.
Gyselinck: Iedereen in de studio stond erbij met tranen in de ogen. Deze plaat is zo eerlijk van begin tot einde. Je kan ze afbreken, maar we don’t care, we hebben ze voor onszelf gemaakt.
Van Oudheusden tovert een beat uit zijn telefoon en begint “nieuwe shit” te rappen. “Ik ben gestopt met weg te lopen van de realiteit, ik ben nu acht maanden sober en heb nog altijd geen spijt,” spit hij. Gyselinck wiegt mee met de beat. “Nice! Maar ik zou de hihats opnieuw opnemen.” De rapper grijnst. “Ik ga jou daarvoor inschakelen.” Muziek maken, het stopt nooit.
Pourriture noble verschijnt op 4/11 (Top Notch)
Lees meer over: Muziek , Ice , Zwangere Guy , Lander Gyselinck , pourriture noble