De deuren van de Anderlechtse Foodmet staan opnieuw wagenwijd open - al voelt het winkelen er niet als vanouds. Er mogen maximum 200 personen naar binnen, en de openluchtmarkt blijft tot nader order gesloten. Toch is woordvoerder Paul Thielemans enigszins trots bij de eerste file die zich vormt onder de markthal.
Foodmet in Anderlecht heropent: 'Kijk daar, onze eerste file!'
De visboer aan de ingang van de Foodmet schept een glibberige geschoeide hand vol vette, roze garnalen voor zijn de eerste klant. Iets verder gaan ook de worsten weer per lopende meter over de toonbank. Slogans als 'nice to meat you' klonken zelden zo gemeend.Het is extreem wennen in de grote hal, zo weinig volk en zo veel gebricoleer - maar de vaste winkelstek van veel Brusselaars mocht gisteren dan toch weer open.
"In het weekend voor de lockdown was hier nog zo veel volk op de been", herinnert woordvoerder Paul Thielemans zich. "Dat was tijdens de hamsterweek. Maar vanaf de lockdown was er al heel wat minder volk. Tijdens één van die eerste weekends moest de politie vaststellen dat het te moeilijk was voor ons publiek om de regels rond social distancing te respecteren tijdens het winkelen. We moesten de hele maand april dicht, want snel terug opengaan onder strikte regels was onmogelijk. We moesten plots honderden winkelkarren kopen - gelukkig hebben we die in Nederland nog tweedehands gevonden, een investering van zo'n 15.000 euro. En er moest éénrichtingsverkeer komen, met een gespreide in- en uitgang."
"Enkele weken later hebben we opnieuw met het gemeentebestuur en de politie samengezeten, en sinds gisteren mochten we gelukkig opnieuw open. Onze winkeliers ontsmetten voortdurend hun winkeltje, en ze dragen maskers.Voorlopig gaat het goed. Al trekken we in normale omstandigheden zo'n 50.000 mensen per weekend, en zullen we nu tevreden mogen zijn als het er 8.000 zijn. Bijna alle vijftig winkels in onze hal zijn opnieuw geopend, maar ik vrees dat we een paar marktkramers nooit meer zullen terugzien. Vooral oudere marktkramers zullen ontmoedigd zijn - zo'n zware financiële klap aan je fin de carrière, die kunnen én willen sommige zelfstandigen niet meer ophalen."
Vuistje
Het regent weliswaar pijpenstelen, maar toch vindt een deel van het abattoirpubliek zaterdagmiddag zijn weg naar de markthallen. En ook al mag het niet, zo nu en dan loopt een Brusselaar met twee grote cabasssen of een caddy tussen de twee archetypische stieren de hoofdingang door. De felgele lijnen geven aan vanaf waar de mensen mogen aanschuiven, en het is een geweldig af- en aanrijden met winkelkarren. Zelfs nu begrijpen veel klanten niet waarom men een winkelkar in de hand duwt. Velen wandelen gewoon verder. Aan de winkeltjes buiten geven passanten elkaar een vuistje in plaats van de gewoonlijke handdruk.
Ook CEO Elke Tiebout trotseerde al fietsend het regenweer. Bij aankomst tovert ze een lach van achter haar zelfgemaakte stoffen mondmasker. "Heb je dat gezien?" vraagt Thielemans. De CEO kijkt hem vragend aan. "Normaal zou ik er niet zo blij om zijn, maar zonet stond hier de allereerste file", meldt hij tevreden.
"Ons publiek is extreem multicultureel", besluit Thielemans. "We hebben veel specifieke producten die je in supermarkten niet kan krijgen, en nergens anders aan zo'n lage prijs - denk maar aan organenvlees, of Roemeense of Poolse kruidenierswaren. Maar door die multiculturaliteit is het niet altijd makkelijk om aan ons publiek in de juiste taal te communiceren wat de regels zijn. Een typisch Brussels probleem, natuurlijk. Maar we hebben zelfs letterlijk muren laten weghalen in onze hal om ervoor te zorgen dat de afstand kan worden bewaard. Hopelijk vindt de rest van ons publiek ook snel de weg weer terug."
Lees meer over: Anderlecht , Economie , Samenleving , Abattoir , foodmet , Anderlecht , coronavirus
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.