Hippe horecaketens veroveren terrein in Brussel

Een nieuwe Bavet in Elsene en maar liefst twee nieuwe O'Tacos, met daarbovenop de komst van een Wagamama in de voetgangerszone, Five Guys in de City2 en een Prêt à Manger in het Zuidstation. Het bestand aan hippe horecaketens in Brussel groeit als kool. Volgens de ene puur een kwestie van vraag en aanbod, maar de Brusselse horecafederatie waarschuwt wel voor de teloorgang van het klassieke restaurant.

Nieuwe, hippe horecaketens waar je terecht kan voor een snelle hap, schoten de laatste jaren als paddenstoelen uit de grond in Brussel. Zo kun je in Vorst, Elsene of het centrum nauwelijks meer buiten komen zonder op een O'Tacos, Umamido, Knees To Chin of andere keten te stuiten.

In de nieuwe zaken zal je zelden iemand langer dan twintig minuten zien tafelen - zoals de term fast casual dining suggereert, is uitgebreid dineren er ook helemaal niet de bedoeling. De groei van het aantal ketens is al langer aan de gang - denk maar aan de hamburger-hype van zo'n vijf jaar terug -, maar het laatste jaar gaat het wel uitzonderlijk hard.

De twee nieuwste O'Tacos openden op de Elsensesteenweg en in de City2, de nieuwste Bavet bevindt zich in de Baljuwstraat nabij Drievuldigheid in Elsene. Ondertussen zijn er overigens al negen O'Tacos op Brussels grondgebied te vinden.

Daarnaast opende de Amerikaanse hamburger-keten Five Guys na enkele maanden uitstel recent ook in City2.

"De klassieke zaken worden duidelijk uitgedaagd", vindt Erik Baptist van het gewestelijke handelsagentschap Atrium. Hij ziet geen graten in de opkomst van de ketens, volgens hem spelen ze in op een duidelijke vraag van het Brusselse publiek.

"Zowel buitenlandse concepten als binnenlandse ketens doen het goed, kijk maar naar de burgers van Ellis", verklaart Baptist. "Slecht voor de zelfstandigen is dat niet: de uitbater van zo'n keten is zelf ook een plaatselijke zelfstandige."

"Ook het bestuur verwelkomt die nieuwe zaken hartelijk, zeker in de nieuwe voetgangerszone is nieuwe, hippe horeca welkom. Er woont ook een jonge bevolking in de stad, die nogal prijsbewust is en geen grote bedragen wil uitgeven in klassieke restaurants. Eten in België is niet goedkoop, dus zijn die ketens voor hen aantrekkelijk. En een keten kan hier meteen op meerdere plaatsen een vestiging neerplanten: het volk in de bovenstad in Elsene heeft weinig te maken met de toeloop in het centrum, dus hebben ze op verschillende plaatsen in de stad een publiek. En er is internationaal natuurlijk een gigantische interesse in onze stad, die jong, hip, Europees en internationaal is."

No more slow food

Yvan Roque van de Brusselse horecafederatie is minder enthousiast. Volgens hem is de komst van de nieuwe ketens het gevolg van de lokale horeca die geenszins het hoofd nog boven water houdt.

"De regering moet eindelijk eens beseffen dat horecauitbaters de zware belastingen op arbeid niet meer kunnen dragen", zucht hij. "Tien of vijftien man personeel aannemen is bijna onmogelijk geworden, terwijl er toch minimumvereisten zijn om een kwalitatieve, gezellige zaak op poten te zetten. Je hebt mensen nodig aan de afwas, afruimers, opdieners, iemand aan de kassa, en liefst ook een gepassioneerde kok... Welke keten heeft dat allemaal in huis?"

"Ik wil niet zeggen dat al die ketens slecht eten serveren", nuanceert Roque. "Maar volgens mij is het gezonder om voor voeding te kiezen die niet snel-snel is afgewerkt, en waar je rustig voor kan gaan zitten. Bovendien daalt de kwaliteit van het eten dat wordt aangekocht - vis is bijvoorbeeld gezond, maar niet als die in slecht water werd gekweekt."

"Ik denk niet dat deze ketens er zijn gekomen omdat de bevolking ernaar vraagt, maar gewoon omdat klassieke restaurants het niet meer trekken. Nou ja, ik ben van een andere generatie, en ik ben opgevoed met de gedachte dat snel eten nooit goed kan zijn."