Vrouwenwerkloosheid tot 50 procent in kwetsbare wijken

De werkloosheidsgraad bij Brusselse vrouwen bedraagt 22 procent. In verarmde wijken is dat gemiddeld 36 procent en loopt het cijfer op tot bijna 50 procent. Ook hoogopgeleide vrouwen uit wijken als Kuregem of Oud-Molenbeek vinden moeilijker werk. Dat besluit Actiris uit een analyse van de werkloosheidscijfers.

Het Observatorium voor de Werkgelegenheid zette de cijfers van 25 'kwetsbare wijken' naast elkaar. De vrouwenwerkloosheid is het hoogst in de buurt rond het Weststation (49,2 procent). Ook in de Dauwwijk en Oud-Molenbeek zijn de cijfers schrikbarend hoog: meer dan 45 procent. In de Noord-, Maritiem- en Brabantwijk bedraagt de vrouwenwerkloosheid bijna 40 procent. Ook bij de mannen liggen de cijfers er trouwens ver boven het gemiddelde.

Het aandeel vrouwen onder de werkzoekenden in kwetsbare wijken is relatief kleiner dan het Brusselse gemiddelde (43 procent tegenover 47,1 procent). Werkloosheid is dus overwegend mannelijk. Maar dat duidt voor Actiris eerder op een grotere uitsluiting van de vrouwen dan op hun hogere inschakelingsgraad. In deze wijken is het verschil in de activiteitsgraad tussen mannen en vrouwen trouwens het grootst.

Voor vrouwen uit deze wijken is het moeilijker om uit de werkloosheid te geraken. Dat geldt ook voor hooggeschoolden. 67,1 procent van de hooggeschoolde vrouwen heeft werk tegenover 69,5 procent voor het hele gewest. "Daaruit blijkt dat hun diploma minder wordt gevaloriseerd dan bij vrouwen met dezelfde scholingsgraad uit een andere wijk", klinkt het bij Actiris.

In vergelijking met de situatie over heel het Brussels gewest zijn de werkzoekende vrouwen in de bestudeerde wijken gemiddeld jonger, hebben ze vaker studies in het buitenland gevolgd die in België niet erkend worden en zijn ze in grotere mate van niet-Europese afkomst.

Eind september 2012 bedroeg de werkloosheidsgraad in Brussel 20 procent voor de mannen en 21,7 procent voor de vrouwen.

Werkloosheid bij vrouwen per wijk in 2008