Werkloosheid Sint-Joost drie keer hoger dan Woluwes

De werkloosheidsgraad in het arme Sint-Joost is meer dan drie keer hoger dan in het rijke Sint-Pieters-Woluwe. Dat blijkt uit stastieken van arbeidsbemiddelaar Actiris. De vijf armste gemeenten tellen procentueel ook de meeste werklozen.

De werkloosheidsgraad in het Brussels gewest schommelt al een tijdje rond de 20 procent. Maar dat cijfer verbergt grote verschillen tussen de verschillende gemeenten. Sint-Joost-ten-Node en Sint-Jans-Molenbeek hebben veruit het meest te kampen met werkloosheid; in 2012 zat respectievelijk 28,4 en 27,1 procent van de beroepsbevolking er zonder werk. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van arbeidsbemiddelaar Actiris.

Ook Sint-Gillis, Schaarbeek, Anderlecht, Brussel-Stad en Koekelberg scoren slecht met meer dan 22 procent werklozen. Aan de andere kant van de tabel vinden we de zuidoostelijke tweede kroon. Daar zit de werkloosheidsgraad overal onder de 13 procent. In Sint-Pieters-Woluwe bedraagt die zelfs maar 9,5 procent. In Sint-Joost, in vogelvlucht maar een handvol kilometer verder, is dat dus drie keer zoveel.

Parallel met armoede
De cijfers tonen nogmaals de socio-economische tweedeling van Brussel. De ranglijst is dan ook erg gelijklopend met die van de gemiddelde inkomens. De vijf gemeenten met de hoogste werkloosheid, zijn ook de vijf gemeenten met het laagste gemiddeld inkomen per inwoner.

Het zwaartepunt van de armoede en ook van de werkloosheid ligt duidelijk in de kanaalzone. De gemeenten met een lagere werkloosheid liggen rond het Zoniënwoud en zijn de enige in Brussel waar het gemiddelde inkomen nog op of boven het Belgische gemiddelde ligt.