Het is precies een jaar geleden dat het federaal parlement sekswerk in België decriminaliseerde. Een stap in de goede richting vindt de organisatie voor en door sekswerkers UTSOPI, maar er is nog veel werk aan de winkel. "De decriminalisering van vorig jaar is het resultaat van een jarenlange strijd, maar tegelijkertijd ook het begin van een nieuwe strijd."
Eén jaar na decriminalisering sekswerk: ‘Stap vooruit, maar nog veel werk’
In de nacht van 17 op 18 maart 2022 werd de hervorming van het seksueel strafrecht goedgekeurd. Daarmee was België het eerste Europese land dat sekswerk effectief uit de strafwet haalde. Daarvoor was er een gedoogbeleid. Zich prostitueren was niet illegaal, maar al de rest daarrond wel, zoals adverteren of een pand verhuren aan een sekswerker.
Door het gedoogbeleid ontstond een grijze zone, waarbij sekswerkers niet dezelfde rechten en bescherming kregen als werknemers in andere sectoren. Zo hadden sekswerkers tijdens de coronacrisis niet automatisch recht op overheidssteun, terwijl de sector wel een van de eerste was die volledig werd gesloten.
De hervorming van de strafwetgeving is dus een stap in de goede richting, zegt Daan Bauwens, directeur van UTSOPI. "Dankzij de wetswijziging zijn accountants, advocaten, bankmanagers en meer algemeen derde partijen niet langer vervolgbaar als pooiers wanneer ze voor sekswerkers optreden." Al moet er volgens hem nog heel wat gebeuren om de fundamentele rechten van sekswerkers te waarborgen.
Zo worden ze nog al te vaak geconfronteerd met discriminatie. “Banken weigeren vaak om een rekening te openen voor hen, met het argument dat dat ingaat tegen hun deontologie. Het gebeurt ook dat een rekening wordt gesloten, eens de bank te weten komt dat het om een sekswerker gaat.” Ook is het voor sekswerkers vaak moeilijker om een woning te huren, beweert Bauwens.
"De haat en degout voor sekswerk is zo diepgeworteld, dat we nog heel veel werk hebben om die volledig de wereld uit te helpen"
Dat erkent ook Marianne, die zelf ook in Brussel werkt. "De beeldvorming rond sekswerk is al verbeterd, zowel in de media als in de politiek. Maar de haat en degout tegenover ons is zo diepgeworteld, dat we nog heel veel werk zullen hebben om die helemaal de wereld uit te helpen. Het is niet omdat sekswerk gedecriminaliseerd wordt, dat de mentaliteitswijziging automatisch volgt. Daar zullen nog vele jaren overheen moeten gaan."
Daarnaast bestaat er nog geen arbeidsstatuut voor contractuele sekswerkers. De kabinetten Justitie, Arbeid, Sociale Zaken en Volksgezondheid werken daar wel aan, maar dat is er nu nog niet. Zo’n statuut is nodig om sekswerkers meer bescherming te bieden, zegt de organisatie, maar het houdt ook risico’s in. “Een te restrictief kader kan ervoor zorgen dat de drempel te hoog wordt en dat sekswerkers opnieuw in de illegaliteit belanden”, zegt Marianne.
Voortrekkersrol
Hoewel er volgens UTSOPI nog veel werk is, benadrukt de organisatie wel dat België een voortrekker is op Europees niveau bij de decriminalisering van sekswerk. Volgens hen is er druk op Europees niveau om het Noords model te volgen, net als Noorwegen, IJsland, Frankrijk en Canada. “Het model gaat ervan uit dat er geen aanbod nodig is wanneer er geen vraag is”, legt Bauwens uit. “Daarom criminaliseren ze de klanten. Onderzoek toont aan dat dat niet zorgt voor minder sekswerk, maar wel voor meer onveiligheid.”
Als andere Europese landen het Noords model zullen volgen, kan dat een argument zijn voor Belgische politici om dat ook te doen, waarschuwt Bauwens. “De decriminalisering van vorig jaar is het resultaat van een jarenlange strijd, maar tegelijkertijd ook het begin van een nieuwe strijd”, besluit hij.
Lees meer over: Brussel , Justitie , sekswerk , Utsopi , decriminalisering sekswerk
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.