De regering gaat dan toch niet in beroep tegen de uitspraak van de Brusselse kortgedingrechter die ons land dwingt om het voor tien kinderen van Belgische IS-strijders vanuit Syrië naar ons land terug te keren. Dat heeft minister van Buitenlandse Zaken Philippe Goffin (MR) gezegd in de Kamercommissie Buitenlandse Zaken.
Geen beroep tegen opgelegde terugkeer van tien kinderen van IS-strijders
De Belgische regering moet, volgens de op 11 december uitgesproken beschikking van de kortgedingrechter, aan tien kinderen consulaire bijstand verlenen en hen identiteits-, administratieve of reisdocumenten bezorgen die hen in staat stellen om onder begeleiding vanuit Syrië naar België te komen.
Dwangsom van 5.000 euro
De kinderen verblijven in het vluchtelingenkamp Al-Hol, samen met hun moeders, aan wie volgens de rechter dan weer geen consulaire bijstand of documenten moeten worden verleend. De kortgedingrechter legde de Belgische staat ook een dwangsom op van 5.000 euro per kind voor elke dag dat de terugkeer vertraging oploopt.
Daags na de uitspraak had minister van Justitie Koen Geens (CD&V) gezegd dat de regering 'de gewoonte heeft' om in dit soort zaken beroep aan te tekenen. De regering heeft de uitspraak nu onderzocht, maar beslist om toch niet in beroep te gaan.
Volgens de minister onderzoekt het departement hoe aan de uitspraak tegemoet gekomen kan worden. Het grootste struikelblok lijkt daarbij de toestemming van de moeders om de kinderen zonder hen te laten vertrekken. Ons land wil volwassen Syriëstrijders immers niet actief terughalen.
Lees meer over: Brussel , Justitie , kinderen IS-strijders , kortgeding , geen beroep
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.