Politie schuldig bevonden aan gebruiksdiefstal na afname camera van journalisten

Twee politie-inspecteurs van de federale politie zijn schuldig verklaard aan feiten van gebruiksdiefstal omdat ze de camera van enkele journalisten hadden afgenomen omdat die beelden hadden gemaakt van een politieactie. Een van de beklaagden werd ook vervolgd omdat hij het beeldmateriaal op het toestel zou hebben gewist, maar daarvoor werd de man vrijgesproken.

De twee politiemensen kregen geen straf. Volgens de rechtbank was de redelijke termijn overschreden en daarom kregen beide politiemannen de gunst van opschorting toegekend.

Op 15 oktober 2015 werd een zestigtal betogers administratief opgepakt bij een manifestatie in de Europese wijk tegen het internationale handelsverdrag TTIP. Enkele uren later werden de arrestanten met een bus naar de Hallepoort gebracht, waar ze werden vrijgelaten.

Onder de opgepakte betogers bevonden zich twee journalisten van Zin TV. Een van hen filmde onder andere hoe de arrestanten van de bus werden gehaald. Toen een politieman dat in de gaten kreeg, nam hij het toestel af. Dat de journalist zich niet verzette en dat de politieman geen geweld of bedreigingen gebruikte, wil volgens de rechtbank niet zeggen dat de journalist vrijwillig de camera overhandigde.

“In België is er geen verbod op het filmen van politiediensten” sprak de rechter in het vonnis. “Dat wil niet zeggen dat het filmen en verspreiden van zo’n beelden in alle omstandigheden volkomen wettelijk is. Maar dat geeft de politie geen rechtsgrond om de camera af te nemen.” Beide beklaagden, een hoofdinspecteur en een van zijn ondergeschikten, werden daarom schuldig bevonden aan gebruiksdiefstal. “De camera werd afgenomen om de beelden te bekijken”, aldus de rechter. “Het is echter niet met zekerheid bewezen dat de geheugenkaart vervolgens doelbewust werd geformatteerd.”