Raadkamer aanslagen start onder massale belangstelling en strenge veiligheidsmaatregelen

In de voormalige Navo-gebouwen in Evere is maandagochtend de raadkamerzitting van start gegaan over de aanslagen van 22 maart 2016 in Brussel en Zaventem. Dat gebeurde onder grote persbelangstelling en strenge veiligheidsmaatregelen. Door de massale belangstelling is het moeilijk om de coronamaatregelen te handhaven.

Iedereen die het gebouw wilde betreden, moest verschillende controles ondergaan en enkel wie zijn komst op voorhand had gemeld, werd toegelaten. De zitting vindt achter gesloten deuren plaats, maar in de inkomhal hebben verschillende journalisten, cameraploegen en persfotografen postgevat om alle advocaten te interviewen en op beeld vast te leggen. De coronamaatregelen worden daarbij al eens met de voeten getreden. Om te vermijden dat dat nog gebeurt, werd een lint gespannen. De bedoeling is dat de camera's langs dat lint worden opgesteld, zodat elk medium afzonderlijk interviews afneemt.

De aanslagen van 22 maart op de luchthaven Brussels Airport en in het metrostation Maalbeek kostten het leven aan 32 mensen, terwijl zowat 340 personen gewond raakten. Beide aanslagen kwamen een viertal maanden na de aanslagen op 13 november 2015 in Parijs en waren het werk van dezelfde cel IS-terroristen. Drie terroristen, Najim Laachraoui, Ibrahim en Khalid El Bakraoui, lieten die dag het leven maar in de weken en maanden nadien werden in totaal 13 personen in verdenking gesteld.

Tien zittingen

Het federaal parket wil acht verdachten laten terechtstaan voor het hof van assisen. Het gaat om Salah Abdeslam, Oussama Atar, Mohamed Abrini, Sofien Ayari, Osama Krayem, Ali El Haddad Asufi, Bilal El Makhoukhi en Hervé Bayingana Muhirwa. Voor twee anderen, de broers Smail en Ibrahim Farisi, wordt de doorverwijzing naar de correctionele rechtbank gevraagd en voor de laatste drie verdachten, Faycal Cheffou, Brahim Tabich en Youssef El Ajmi, de buitenvervolgingstelling.

De raadkamer heeft voor de behandeling van het dossier tien zittingen uitgetrokken. Normaal komen eerst de onderzoeksrechters aan het woord, die verslag zullen uitbrengen van het hele onderzoek. Vervolgens krijgen de burgerlijke partijen de kans om hun standpunt uiteen te zetten, waarna het federaal parket zijn vordering zal brengen. Als laatste pleit de verdediging.