Ook Brussel kwetsbaar voor overstromingen: 'Hoog Brussel moet laag Brussel helpen'

Eva Christiaens
© BRUZZ
27/07/2021

| Kleren hangen buiten te drogen na het hevige onweer van begin juni in Sint-Gillis.

De hevige regenval van de voorbije twee weken legde Waalse dorpen volledig blank en zorgt nog altijd voor overlast in West-Vlaanderen. In Brussel is het risico voorlopig onder controle, maar klimaatexperts waarschuwen dat dit soort buien vaker gaan voorvallen. Zijn onze riolen en woningen daartegen opgewassen? Ontharding blijft het codewoord.

De overstromingen van vorige week zorgden in Wallonië voor minstens 37 doden en enorme materiële schade. Enkele dagen later werd de Demervallei in Vlaanderen getroffen, maandag was het de beurt aan de West-Vlaamse kustgemeenten.

Brussel kwam er met enkele ondergelopen kelders en straten nog behoorlijk van af. De wateroverlast blijft onder controle, met dank aan de tijdig geleegde stormbassins. Heel wat rioolwater uit Brussel is ook overgestort in de Zenne en het kanaal, wat de druk verlaagde.

“De overstromingen die we in Wallonië hebben gezien, waren gelinkt aan een rivier, een beek of oppervlaktewater”, zegt hydrologe Nora Van Cauwenbergh (VUB). Zij werkt voor de startup BitaGreen, die het overstromingsrisico van Europese grootsteden in kaart brengt. “In Brussel heb je dat ook, rond de Zenne en de Maalbeek, maar hier is het meer waarschijnlijk dat er een overstroming komt door een overbelasting van de riolering, of een stagnatie van de neerslag op straat.”

In plaats van een rivier die uit de oevers treedt, moet Brussel dus eerder bezorgd zijn over 'ondergrondse rivieren’ die uit de riolering kunnen treden, zegt ze. En omwille van de Brusselse hoogteverschillen zijn vooral de nauwe valleien in de stad kwetsbaar voor ophopend water. In Ukkel, Laag-Vorst, Sint-Gillis en Jette heb je zulke laaggelegen zones, met bijhorende wateroverlast (zie video hieronder).

Een riolering in Ukkel kon niet al het regenwater slikken vorige zondag, waardoor de straat overstroomde.

Overstromingsrisico

Onderstaande kaart van Leefmilieu Brussel toont de kans op ernstige of terugkerende wateroverlast in de Brusselse wijken. De hoogste (donkerblauwe, red.) risicozones liggen rond de Zenne, de Woluwe en de Molenbeek. Langs de Maalbeek is het risico middelmatig. Het kanaal krijgt een lichtere (lichtblauwe, red.) risicoscore. Daar zou een overstroming maar eens om de honderd jaar kunnen voorvallen. Dat overstromingsrisico is wel slechts indicatief. (Lees verder onder de kaart)

Armere wijken lopen hier, in tegenstelling tot bijvoorbeeld in Verviers, niet noodzakelijk meer risico dan de rijkere delen van Brussel. Zo moest de Brusselse brandweer zondagnacht zeven keer tussenkomen in Ukkel, terwijl er geen enkele interventie was in de noordoostelijke gemeenten zoals Koekelberg of Ganshoren. “Ook de gemeente Sint-Joost komt nauwelijks voor in onze lijsten”, zegt brandweerwoordvoerder Walter Derieuw.

"Het is niet altijd logisch waar overstromingen zich voordoen, omdat we niet juist weten in welke straten de riolering in goede toestand ligt"

Nora Van Cauwenbergh, hydrologe (VUB)

“Er is nu geen indicator dat we alert moeten zijn voor bepaalde wijken of plaatsen, die meer kwetsbaar zouden zijn voor overstromingen of wegverzakkingen”, zegt ook woordvoerster Saar Vanderplaetsen van watermaatschappij Vivaqua, die de rioleringen beheert. Ze legt uit dat wegverzakkingen, zoals vorig weekend nog op vijf plaatsen in het gewest, te maken hebben met lekken in (oudere) rioleringen. “Dat heeft te maken met de oorspronkelijke opbouw van het net”, klinkt het. Vivaqua kan geen (publieke) lijst delen van plaatsen waar de riolering het meest aan vernieuwing toe is in Brussel.

Maar volgens hydrologe Van Cauwenbergh is juist dat soort informatie essentieel om het echte overstromingsrisico te kennen. In de tussentijd moeten de onderzoekers zich baseren op informatie van verzekeringsmaatschappijen, maar die is meestal zelf onvolledig omwille van privacyregels. “Het is niet altijd logisch waar overstromingen zich voordoen, omdat we niet juist weten in welke straten de riolering in goede toestand ligt”, zegt Van Cauwenbergh.

Waterdichte woningen

De toestand van de woningen kan wel enig verschil maken. Leefmilieu Brussel heeft daarvoor al een informatiebrochure voor burgers. Zo zou de funderingsplaat van huizen bijvoorbeeld minstens 30 centimeter hoger dan de straat of het overstromingsniveau moeten liggen. Openingen op het gelijkvloers, zoals deuren en ramen, hangen best nog wat hoger. In kelders zijn afvoerputjes of gootstenen af te raden, zodat het water niet via die weg uit de riool kan opstijgen. En dan zijn er nog meer gerichte maatregelen, zoals het plaatsen van waterdichte schotten voor deuren, of de installatie van groendaken of regentuinen.

Leefmilieu Brussel noch bevoegd minister Alain Maron (Ecolo) weten hoeveel Brusselse huizen op die manier uitgerust zijn tegen overstromingsgevaar. Staatssecretaris voor Stedenbouw Pascal Smet (one.brussels-Vooruit) laat weten dat er bij de heraanleg van publieke ruimte en bij grote vastgoedprojecten alvast meer aandacht is voor ontharding. Dat moet het regenwater helpen opvangen.

"We weten dat er zich vaker dan vroeger intense buien gaan voordoen. Zo verhoogt de kans dat de riolering met een capaciteitsprobleem komt te zitten"

Boud Verbeiren, hydroloog (VUB)

“Elke riolering wordt gemaakt met een bepaalde capaciteit. Je aanvaardt altijd dat er een bepaald risico is, want anders moet je een gigantisch rioolnet maken dat veel plaats inneemt voor weinig efficiëntie”, zegt hydroloog Boud Verbeiren (VUB) daarover. Brussel aanvaardt een (relatief hoog) risico van T10, wat wil zeggen dat de riolering in principe elke tien jaar één hevige bui niet meer zal kunnen slikken.

De voorbije weken lukte dat wel nog, aangezien een deel van het overtollige rioolwater in de Zenne en het kanaal is overgestort. "Maar dat is pas de laatste oplossing", zegt Van Cauwenbergh. "Bij regenbuien die heviger zijn dan diegene die we vorige week hebben gezien, is de overstort alleen ook niet voldoende."

"We weten we dat er zich vaker dan vroeger intense buien gaan voordoen. Zo verhoogt de kans dat de riolering met een capaciteitsprobleem komt te zitten”, zegt ook Verbeiren. De oplossing zit hem volgens Verbeiren niet zozeer in het vergroten van de riolering, maar in het vermijden dat het water er nog naartoe stroomt. Door de overheid, bijvoorbeeld via het aanleggen van waterbekkens en het behouden van bovengrondse bronnen, maar ook door particulieren. “Inwoners in lager gelegen gebieden zijn vaker huurders en sociaal kwetsbaarder dan in hogere wijken in de stad", zegt Verbeiren. "Je kan de mensen die hogerop wonen vragen om solidair te zijn: als zij een watertank installeren of hun tuin ontharden, zorgen ze er mee voor dat er minder water naar beneden stroomt.”

Wie vaak last heeft van ondergelopen kelders of waterschade aan de woning, kan contact opnemen met Vivaqua om de situatie te laten onderzoeken.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel , Milieu , regenbui , noodweer , wateroverlast , overstromingsrisico , overstromingen , Brusselse riolering , Nora Van Cauwenbergh , Boud Verbeiren

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni