De Lijn stopt niet meer aan ondergrondse haltes van Noordstation

De Lijn laat zijn bussen niet meer stoppen aan de ondergrondse haltes van het Noordstation. Busreizigers kunnen wel nog afstappen aan de zijkant van het station, ter hoogte van BNP Paribas in de Vooruitgangstraat. Opstappen gebeurt voortaan aan het Rogierplein. De Lijn neemt die drastische maatregel, door de overlast van daklozen en transmigranten in het station.

De verplaatsing van de bushalte hing al een tijdje in de lucht. Vlaams minister Ben Weyts (N-VA) had Brussel op de vingers getikt over het onveiligheidsgevoel voor reizigers en chauffeurs op de ondergrondse verdieping van het station Brussel-Noord.

Overlast door transmigranten

De geïmproviseerde slaapplaatsen, de uitwerpselen en de afvalberg schrikten busreizigers af, klonk het. Als het Brussels Gewest niets deed aan die situatie, zou De Lijn het Noordstation verlaten. Een week later voegt de vervoermaatschappij ook de daad bij het woord.

“Jammer genoeg heeft het Brussels Gewest de overlast niet aangepakt. In het belang van onze reizigers en medewerkers hebben we daarom beslist in te grijpen", aldus Roger Kesteloot, directeur-generaal van De Lijn.

Opstappen aan Rogier

De begin- en eindhalte van dertig buslijnen worden vanaf maandag verplaatst. Rezigers zullen voortaan afstappen vlak naast het Noordstation, ter hoogte van de hoofdzetel van BNP Paribas in de Vooruitgangstraat. Zo'n 350 meter verder wordt opgestapt aan het Rogierplein.

"Zo moeten de reizigers niet meer naar niveau -1 waar veel overlast is door transmigranten", zegt Kesteloot. "We blijven streven naar een structurele oplossing. Dit omvat zowel een aanpak van de overlast als de goedkeuring van onze bouwaanvraag voor een nieuwe terminal aan Brussel Noord.”

De Lijnwinkel in het Noordstation, ook op de ondergrondse verdieping, wordt tijdelijk gesloten. "Als alternatief versterken we onze loketten in Aalst, Leuven en de stelplaatsen van Dilbeek en Grimbergen", klinkt het.

Contractuele verplichtingen

De Lijn schermt met een overeenkomst uit 1995, waarin het Gewest zich engageert om "de algemeen gangbare normen inzake beveiliging, verlichting, verwarming, onderhoud en netheid te respecteren". Ook de Lijnwinkel op de ondergrondse verdieping van het station sluit tijdelijk de deuren.

In een reactie aan BRUZZ zei Brussels minister voor Mobiliteit Pascal Smet (SP.A) eerder deze week nog dat De Lijn de bushaltes niet zomaar mag verplaatsen. "De beheersovereenkomst stipuleert dat De Lijn eerst toestemming moet vragen. Het Gewest bepaalt de busroutes", zei Smet.

Volgens de Brusselse regering is het onveiligheidsgevoel in het station de verantwoordelijkheid van de partijgenoten van Weyts (N-VA), Jan Jambon en Theo Francken, die het probleem van transmigratie aan de basis niet aanpakken.

'Situatie was onhoudbaar'

"We kunnen gewoonweg niet anders", reageerde Weyts. "Op vlak van veiligheid en hygiëne is de situatie niet meer te harden, zowel voor chauffeurs als voor reizigers." De minister kijkt in de richting van de lokale politie, die verantwoordelijk is voor de openbare orde, en het Brussels gewest.

Dat het Brussels gewest naar minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon wijst voor de beveiliging van het busstation, neemt hij niet. "In Brussel zien ze toch ook het verschil tussen een bus en een trein? De spoorwegpolitie is verantwoordelijk voor de veiligheid op de perrons en de treinen, niet aan bushaltes."

Tijdelijke maatregel

De verplaatsing van de bushalte is tijdelijk, zeggen zowel Kesteloot als Weyts. "Het zijn tijdelijke maatregelen, we hopen nog altijd dat het gewest zijn verantwoordelijkheid toch opneemt", zei Kesteloot. Hoe lang dat zal duren, "hangt af van de manier waarop de autoriteiten daar gaan reageren."

Bekijk ook de BRUZZ-reportage: