Gewest krijgt tijd om bijkomend bewijs aan te leveren voor coronafietspaden

Het Brussels Gewest moet bewijzen kunnen voorleggen waaruit blijkt dat de coronafietspaden die in juni van dit jaar werden aangelegd wel degelijk legitiem zijn. De vzw Mauto Défense, die opkomt voor de rechten van de automobilisten, betwist namelijk de rechtsgeldigheid van een aantal fietsstroken en spande daarom een rechtszaak aan. Het Gewest krijgt al minstens tot 28 december de tijd om de nodige bewijsstukken te verzamelen.

Mauto Défense daagde het Brussels Gewest in oktober voor de rechter met het oog op het verwijderen van enkele recent aangelegde coronafietspaden. Die werden in juni in het leven geroepen door het kabinet van mobiliteitsminister Elke Van den Brandt (Groen), onder meer om het openbaar vervoer te ontlasten na de eerste lockdown.

De vordering tot staking werd ingediend op 14 oktober bij de burgerlijke rechtbank van Brussel. Niet alleen Mauto Défense, ook drie andere personen sloten zich bij de aanklacht aan omdat zij menen rechtstreeks schade te ondervinden van de fietspaden.

Uitstel tot 28 december

Maandag stonden beide partijen tegenover elkaar in de rechtszaal. Na pleidooien die bijna drie uur in beslag namen werd beslist om de beraadslaging al minstens uit te stellen tot 28 december. Mauto Défense vroeg het Gewest om sluitende bewijzen die de rechtsgeldigheid van de fietspaden aantonen.

Minister Van den Brandt (Groen) wil voorlopig niet reageren, maar volgens Mauto Défense benadrukte het kabinet tijdens de zitting dat het wel degelijk over voldoende bewijsstukken beschikt die aantonen dat de fietspaden legitiem zijn aangelegd.