Federaal minister Karine Lalieux (PS) zal contact opnemen met premier Alexander De Croo (Open VLD) over de financiering van metro 3. Ondanks het hoge kostenplaatje blijft Lalieux achter het project staan.
Lalieux zal met premier De Croo spreken over financiering metro 3
"Ik verdedig het noordelijk project", zei Lalieux donderdag in de Kamer. "Het is een aanzienlijke investering, maar met een grote return op het vlak van werk, economische ontwikkeling en mobiliteit."
Het is echter niet aan haar, aan Beliris of aan de federale regering om te beslissen over de toekomst van het project. "Enkel de Brusselse regering heeft daarvoor de verantwoordelijkheid."
Lalieux zal wel contact opnemen met premier De Croo over de vraag van de Brusselse regering om een gesprek te voeren over de financiering van metro 3 (toch voor het gedeelte naar het noorden).
'We willen een metro én een budgettair evenwicht'
Eerder op de dag lieten de bevoegde Brusselse ministers nog het volgende optekenen: "De Brusselse regering stelt vast dat de nationale en regionale hoofdsteden in de meeste landen bijzonder veel steun krijgen van de nationale overheid of van de omliggende deelgebieden voor de aanleg van metrolijnen, die de globale economische ontwikkeling van hele gebieden ten goede komen. De regering zal de federale overheid dan ook vragen om te onderzoeken of zij in staat is om haar bijdrage voor de geplande metro Noord te verhogen."
Het gaat om de geplande metro-uitbreiding tussen het Noordstation en Bordet, de zogenaamde fase 2 van metro 3. Het federale investeringsfonds voor Brussel, dat ook bouwheer is voor fase 2, ontving vorige maand twee offertes. Daaruit blijkt dat de metro-uitbreiding tussen het Noordstation en Bordet niet 1,5 maar bijna 2,5 miljard euro zou kosten.
“Als Gewest willen we nu begrijpen hoe dat komt. We willen analyses van de offertes en weten welke alternatieven er zijn om de kosten te drukken,” zegt minister van Mobiliteit Elke Van den Brandt (Groen). “We willen graag een nieuwe metrolijn en extra openbaar vervoer, maar tegelijk willen we ook een begroting in evenwicht. Dat is een uitdaging. Om dit project te kunnen financieren zullen we extra inkomsten nodig hebben. Daarom stappen we ook naar de federale regering, om steun te vragen zoals dat ook in andere hoofdsteden als Parijs, Londen en Madrid gebeurt. Daarna kunnen we een beslissing nemen over de toekomst van het project.”
'Alle werven vallen tegenwoordig duurder uit. Dit zat eraan te komen'
Opschorten, analyseren en onderhandelen
Begin deze week bezorgde Beliris de Brusselse regering een nota met een huidige stand van zaken. In de nota legt de bouwheer vier scenario’s op tafel: doorgaan met het project, het project opschorten om de tijd te nemen voor analyses en onderhandelingen met de aannemers, het project wijzigen en eventueel enkele stations schrappen of het tracé tussen het Noordstation en Bordet volledig schrappen. “Als je een aantal stations schrapt, begin je eigenlijk helemaal opnieuw. Volgens de huidige plannen zijn de stations vrij groot van omvang. Misschien kunnen we die iets kleiner maken, maar of dat het grote verschil zal maken, weet ik niet,” aldus Van den Brandt.
Beliris vraagt de Brusselse regering om voor 15 juli een beslissing te nemen. Hoe dan ook zal de bouwheer de Brusselse regering de komende weken heel wat extra uitleg moeten komen geven. “Hoe krijgen we die offertes omlaag? Daarover zijn heel veel technische vragen. Maar ook: hoe is dit kunnen gebeuren? Waarom is hier niet op geanticipeerd? Dat zijn elementen die je nodig hebt om stappen te kunnen zetten,” zegt de minister. “Dan kom je dicht bij het tweede scenario waarbij we zeggen dat we het grondig gaan analyseren om echt te weten wat er op tafel ligt.”
Koste wat kost doorgaan met fase 2 of de stekker er nu al uit trekken zijn opties die volgens Van den Brandt op dit moment onbespreekbaar zijn, al is de point of no return nog niet bereikt, zoals wel het geval is voor het deel tussen Noord en Albert. “De echte point of no return is pas als de aanbesteding is toegekend. Dat is voorzien voor het einde van 2024. Dan moeten we beslissen of we het doen of niet.”
Moeras
Woensdag zei federaal minister Karine Lalieux (PS), bevoegd voor Beliris, dat het geen verrassing hoeft te zijn dat het metroproject veel duurder is dan gepland. “Alle werven vallen tegenwoordig duurder uit. Dit zat eraan te komen,” vertelde ze aan BRUZZ, maar daar is de Brusselse minister van Mobiliteit het niet helemaal mee eens.
“Je kan niet gewoon zeggen dat de bouwprijzen zijn verhoogd, want het gaat doorgaans om prijsstijgingen van 20 tot 30 procent,” zegt Van den Brandt daar op. Zij vraagt zich af of de twee aannemers die een offerte hebben ingediend met elkaar hebben gesproken of dat er gewoon te weinig concurrentie is.
Daarnaast wijst de minister naar de werf aan het Zuidpaleis, voor het zuidelijke deel van de nieuwe metro. Die werf ligt al een tijdlang stil door problemen met de ondergrond. “We weten nu dat onze ondergrond niet de gemakkelijkste is en dezelfde bedrijven zijn betrokken bij de werf aan het Zuidpaleis. Misschien vinden die dat Beliris met een heel aantal zaken geen rekening heeft gehouden en was de schatting van Beliris effectief niet hoog genoeg? Het is hier een moeras. Onze ondergrond is moeilijk en een metro graven is sowieso niet gemakkelijk, maar dat is in andere steden ook zo, dus is dat de reden? Of misschien overdrijven die aannemers?”
'De echte point of no return is pas als de aanbesteding is toegekend. Dat is voorzien voor het einde van 2024. Dan moeten we beslissen of we het doen of niet'
Failliet van het Gewest
Minister Lalieux zei eerder al dat de federale overheid haar bijdrage voor metro 3 al levert met een investering van 500 miljoen euro tussen 2015 en 2024 via het Beliris-fonds. Van den Brandt: “Als het antwoord van het federale niveau is dat Brussel altijd de meerkost zal moeten dragen, zijn we een probleem aan het creëren in de Brusselse begroting dat we niet aankunnen. Daar moeten we eerlijk in zijn: we willen die extra metrolijn, maar de begroting mag niet het failliet van het gewest betekenen. Als er vanuit de federale overheid geen extra middelen komen, zullen we elders moeten kijken.”
Binnen het huidige Beliris-fonds zou in theorie ook nog geschoven kunnen worden, maar daar is de mobiliteitsminister geen voorstander van. Dat zou ten koste gaan van andere geplande projecten. “Voor deze legislatuur gaat het om 700 miljoen euro, maar daar worden ook veel andere projecten mee gefinancierd die we willen. Er is geen pot met goud aan het einde van de regenboog.”
Fase 1 van metro 3, tussen Noord en Albert, loopt momenteel vertraging op door de problemen aan het Zuidpaleis. De kosten van die werf zullen wellicht nog oplopen. Als er ook een fase 2 komt zal ook dat deel van de metro ongetwijfeld vertraging oplopen. Volgens de laatste planning zou de metro vanaf 2032 tot aan Bordet moeten rijden. “Het lijkt me erg onwaarschijnlijk dat het tegen 2032 kan,” zegt de minister nog. “Evere is slecht verbonden met het centrum en tram 55 is niet de meest performante verbinding. Daarom gaan we bekijken hoe we intussen de alternatieven kunnen versterken.”
Lees meer over: Brussel , Mobiliteit , Metro 3