De Brusselse rechtbank van koophandel zal zich op 24 oktober buigen over de stakingsvordering die de Belgische taxifederatie (FeBeT) en een 20-tal taxichauffeurs hebben ingesteld tegen concurrent Uber en een tiental chauffeurs die ervoor rijden. Dat heeft de handelsrechtbank woensdag beslist.
Uber en Belgische taxifederatie in oktober voor de rechter
Met hun stakingsvordering willen de eisers bekomen dat de Uberchauffeurs niet langer in Brussel kunnen rondrijden met een licentie voor huurwagens met chauffeur. Ze eisen ook een dwangsom van 1 miljoen euro per dag.
"Uber en zijn chauffeurs plegen concurrentievervalsing en maken zich schuldig aan inbreuken op de sociale en regionale wetgeving", zeggen meesters Antoine Chomé en Nicholas Ouchinsky, de advocaten van de FeBeT en de taxichauffeurs.
'Aantonen dat Uber liegt'
De eisers vragen aan de handelsrechtbank om Uber en zijn chauffeurs te verplichten een aantal documenten voor te leggen, waaronder de BTW-lijsten van Uber en zijn chauffeurs, de huurcontracten en de sociale zekerheidslijsten van Uber in Nederland, waar het bedrijf gevestigd is.
"Wij zullen aantonen dat Uber het publiek en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bedriegt door huurwagenlicenties te gebruiken terwijl ze in werkelijkheid een taxidienst vormen", aldus nog de advocaten.
Die hebben intussen een hele reeks vaststellingen laten doen door deurwaarders. Daaruit moet onder meer blijken dat minstens een aantal Uber-chauffeurs rondrijden met wagens die niet aan de voorwaarden beantwoorden.
Lees meer over: Brussel , Mobiliteit , taxifederatie , Uber
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.