Caroline: 'In mijn job spreek ik drie talen'

Stefanie Nijs
© BRUZZ
25/04/2018

Hoe is het om naar een Vlaamse school te gaan in Brussel, als je thuis een andere taal spreekt? En wat betekent de Nederlandstalige cultuur voor die anderstaligen? BRUZZ vroeg het aan vier oud-leerlingen.

Caroline Jonckheere (26)

Sint-Jan-Berchmanscollege, Brussel-Stad

Hun vier kinderen van jongs af aan tweetalig maken, dat was voor Carolines ouders erg belangrijk. Voordat Caroline in het Sint-Jan-Berchmanscollege belandde, ging ze naar een Vlaamse basisschool in haar woonplaats Merchtem. Thuis sprak ze enkel Frans, op school enkel Nederlands.

“Op familiefeesten werden mijn broers, zus en ik uitgelachen, omdat we Frans spraken met een Nederlands accent. Ik had zelfs een rollende tongpunt-r. Ook de typisch Vlaamse nieuwjaarsbrief van ‘hun kapoentjes’ vond iedereen hilarisch.”

De lagere school verliep vlot voor Caroline, alleen in het vijfde leerjaar werd er weleens gepest. “En dan was ‘Franstalige’ een gemakkelijk scheldwoord. Het jaar daarop waren die problemen gelukkig van de baan.”

Maar de middelbare schoolvrienden in Sint-Jans-Berchmans zorgden voor een kentering. “Mijn vrienden daar waren vooral Franstalig. Toen begon ik weer met een Franse r te spreken.”

'Drie talen in mijn job'

Ondanks haar Nederlandstalige opleiding bleef Caroline zich eerder Franstalig voelen. “Hoger onderwijs in het Frans was dan ook de meest logische keuze. Maar omdat ik al Nederlands sprak, was ook een master in het Engels een stuk vanzelfsprekender.”

In haar job bij Deliveroo in Brussel komt die drietaligheid goed van pas. “Ik switch constant tussen Nederlands met mijn directe collega’s en Frans met de rest van het bedrijf. Schrijven doe ik dan weer het liefst in het Engels. Ik ben dus erg dankbaar dat ik in het Nederlands naar school ben geweest. Voor mijn werk maakt dat echt het verschil.”

“Het is vooral erg fijn dat ik met eender welke collega vlot kan babbelen. Want hoe je het ook draait of keert: als je dezelfde taal spreekt, krijg je gemakkelijker een band.” En samenwerken doet ze het liefst met Nederlandstaligen. “Misschien cliché, maar Vlamingen zijn directer en meer gestructureerd. Zo werk ik ook graag.”

Samson en Gert

Toch heeft Caroline verder niet veel meer met de Nederlandstalige cultuur. “Vroeger keek ik wel standaard Samson en Gert (lacht). Nog steeds vind ik de Vlaamse tv-zenders veel interessanter. Maar met bijna al mijn vrienden spreek ik enkel Frans, ook met degenen die perfect tweetalig zijn. Ik kan me mezelf ook niet met een Vlaams lief inbeelden: ik zou me niet goed genoeg kunnen uitdrukken.”

Desondanks is het voor Caroline duidelijk: “Mijn broer heeft nu zijn kind naar het Nederlandstalig onderwijs gestuurd. Als ik ooit kinderen heb, doe ik hetzelfde. Daar moet ik zelfs niet over nadenken.”

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel-Stad , Onderwijs , Samenleving , anderstalig , Special Onderwijs

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni