Kunnen we nog dromen van deze stad? Is er een utopie mogelijk? Het zijn vragen die tekenaar François Schuiten volledig terecht stelt. De stad is er niet zo goed aan toe.
| François Schuiten heeft Moby Train ontworpen, een monumentaal kunstwerk dat in 2026 klaar moet zijn voor de honderdste verjaardag van de NMBS.
Lees ook: Ecolo likt zijn wonden: 'Nichedebatten leiden aandacht af van prioriteiten als veiligheid'
François Schuiten heeft Moby Train ontworpen, een monumentaal kunstwerk dat in 2026 klaar moet zijn voor de honderdste verjaardag van de NMBS. Het kunstwerk is zowel het verleden, als de toekomst. Het verwijst naar het belang van de komst van de trein in de ontwikkeling van Brussel, maar net zo goed naar de duurzame manier van verplaatsen. De trein is de toekomst.
"Dromen over een beter Brussel is vandaag moeilijker dan een tijd geleden”
En toch gaat het, zo kennen we de Brusselaars ook wel, over de exorbitante kosten van het kunstwerk. Twee miljoen euro. Op een moment dat de noden zo hoog zijn in de stad. En zo spat de visionaire droom al snel weer uit elkaar.
En precies dat kunnen we, met Schuiten, ook wel vaststellen. De stad is er niet zo goed aan toe. Dromen over een beter Brussel is vandaag moeilijker dan een tijd geleden. We kregen het hard te verduren. Met terroristische aanslagen, tunnels die verbrokkelen, en vandaag is er, na corona, de armoede die steeds dieper in het stadsweefsel snijdt. Kraakpanden worden ontruimd of onklaar gemaakt door er gaten in te boren. Daklozen zijn tegenwoordig overal, asielzoekers belanden op straat en het metronetwerk is een oord geworden van crackgebruik. Openlijk en right in the face. Wie de stad doorkruist kan er moeilijk omheen. De Brusselse regering zegt wel een plan van aanpak te hebben, maar daar valt vooralsnog niet veel van te merken.
Dus is de vraag: kunnen we nog dromen van de stad? Met welke visie wordt er bestuurd? Het is ook een vraag die ze hebben bij Arau, l’Atelier de Recherche d’Action Urbaine. Arau is een instituut. In dit magazine geven de stichter en de huidige directrice een indrukwekkend overzicht van vijftig jaar stedelijk beleid. Om vast te stellen dat het er niet beter op is geworden.
Kern van het probleem is de inspraak. Arau heeft ervoor gevochten. Het was de tijd dat de nationale regering haar wensen botvierde op Brussel, zonder rekening te houden met de Brusselaars. “Want wie woont er nu in de stad?” zo klonk het toen heel antistedelijk.
Arau kon in 1976 het openbaar onderzoek in de wacht slepen. Een enorme verwezenlijking, waardoor de Brusselaar niet alleen op de hoogte werd gebracht van allerlei bouwplannen, maar ook, via de overlegcommissie, inspraak kreeg. De canapépolitiek, waarbij vastgoedpromotoren en politiek het op een akkoordje gooiden, kreeg er meteen en serieuze stakeholder bij: de bewoner zelf.
De antistedelijkheid is vandaag grotendeels verdwenen, en wonen in de stad wordt vandaag als een zegen beschouwd omdat het duurzamer is, maar paradoxaal genoeg gaat het met de inspraak te verkeerde richting uit.
Zo is de nieuwe Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening Good Living zo opgesteld dat overheden veel meer beoordelingsvrijheid krijgen. Er zullen minder afwijkingen zijn, waardoor er meteen ook minder openbare onderzoeken zullen zijn. Weg inspraak. De iconische uitspraak van staatssecretaris Pascal Smet vat het goed samen: “Soms moeten politici de mensen gelukkig maken, tegen hun zin.”
Staatssecretaris Nawal Ben Hamou (PS) komt er openlijk voor uit. Ze stelt voor om de overlegcommissie voor publieke woningen af te schaffen, en de regering meteen te latenbeslissen. Ook de termijnen waarop de Raad van State kan tussenbeide komen moeten korter. Veel te veel ballast. Ze deed de uitspraken niet toevallig op de vastgoedbeurs Realty. Wat weer de indruk voedt dat de PS bij de vastgoedsector op de schoot zit.
En dan hebben we het nog niet over de Josaphat-site, waar een agentschap van het Brussels Gewest een contract toekent aan een vastgoedconsortium voor het volbouwen van een deel van die site, ondanks een overweldigende vraag bij de lokale bevolking naar meer biodiversiteit en groen in de stad. Inspraak nihil. En alweer die nauwe band tussen PS en het vastgoed.
En zo komen we terug bij de eerste vraag. Is er nog een droom voor de stad? Een utopie? Een wervende visie waar de Brusselaars in kunnen worden meegetrokken. Of blijft het pappen en nathouden?
Lees meer over: Brussel , Opinie , François Schuiten , Moby Train , ARAU , Good Move
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.